Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1 Over de documentatie Over dit document................................1.1.1 Betekenis van de waarschuwingen en symbolen ..................2 Algemene veiligheidsmaatregelen Voor de installateur ................................ 2.1.1 Algemeen................................ 2.1.2 Plaats van installatie ............................2.1.3 Koelmiddel — in geval van R410A of R32 ...................... 11 2.1.4 Elektrisch.................................
Pagina 3
Inhoudsopgave 9 Elektrische installatie Over het aansluiten van de elektrische bedrading ......................53 9.1.1 Voorzorgsmaatregelen bij het aansluiten van de elektrische bedrading............53 9.1.2 Richtlijnen voor het aansluiten van de elektrische bedrading ..............55 9.1.3 Specificaties van standaard bedradingscomponenten.................. 56 De elektrische bedrading op de buitenunit aansluiten....................
WAARSCHUWING De installatie, service, onderhoud, reparaties en gebruikte materialen moeten overeenstemmen met de instructies van Daikin en daarnaast ook met de geldende wetgeving en mogen alleen door bevoegde personen worden uitgevoerd. In Europa en gebieden waar de IEC-normen gelden, is EN/IEC 60335-2-40 de toepasselijke norm.
▪ Een deel van de recentste technische gegevens is beschikbaar op de regionale Daikin-website (publiek toegankelijk). ▪ De volledige recentste technische gegevens zijn beschikbaar op het Daikin Business Portal (authenticatie vereist). 1.1.1 Betekenis van de waarschuwingen en symbolen GEVAAR Duidt op een situatie die de dood of ernstige verwondingen als gevolg heeft.
Pagina 6
Over de documentatie Symbool Uitleg Voor meer informatie, zie de uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker. De unit bevat roterende onderdelen. Wees voorzichtig bij het onderhoud of de controle van de unit. Symbolen die in de documentatie worden gebruikt: Symbool Uitleg Geeft een afbeeldingstitel of een verwijzing ernaar aan.
Daikin gemaakt of goedgekeurd werden. WAARSCHUWING Zorg ervoor dat de materialen die voor de installatie en de testen gebruikt worden, voldoen aan de geldende wetgeving (bovenop de instructies beschreven in de Daikin- documentatie). WAARSCHUWING Scheur plastic verpakkingen aan stukken en gooi deze weg zodat niemand, kinderen in het bijzonder, ermee kan spelen.
Algemene veiligheidsmaatregelen Conform de geldende wetgeving kan een logboek bij het product vereist worden; in dit logboek dienen dan minstens de volgende zaken bijgehouden: informatie over het onderhoud, de reparatiewerkzaamheden, de resultaten van testen, de stilstandperioden, enz. Bovendien DIENEN minstens volgende informaties op een toegankelijke plaats bij het product voorzien te worden: ▪...
Algemene veiligheidsmaatregelen WAARSCHUWING De installatie, service, onderhoud en reparaties moeten voldoen aan de instructies van Daikin en de geldende wetgeving en mogen alleen door bevoegde personen worden uitgevoerd. VOORZICHTIG Gebruik GEEN potentiële ontstekingsbronnen bij het zoeken naar of detecteren van koelmiddellekken.
Pagina 10
Algemene veiligheidsmaatregelen OPMERKING ▪ Bescherm het leidingwerk tegen fysieke schade. ▪ Beperk de installatie van het leidingwerk tot een minimum. Minimum vloeroppervlakte bepalen 1 Bepaal de totale koelmiddelvulling in het systeem (= fabrieksvulling koelmiddel extra bijgevulde hoeveelheid koelmiddel). Contains fluorinated greenhouse gases GWP: xxx GWP ×...
Algemene veiligheidsmaatregelen Ceiling-mounted Wall-mounted Floor-standing unit unit unit m (kg) m (kg) A m (kg) A ≤1.842 — ≤1.842 — ≤1.842 — 1.843 28.9 1.843 3.64 1.843 4.45 3.95 4.83 34.0 4.34 5.31 41.2 5.79 49.0 4.74 5.13 6.39 57.5 7.41 66.7 5.53...
Pagina 12
Algemene veiligheidsmaatregelen WAARSCHUWING Neem voldoende maatregelen wanneer koelmiddel zou lekken. Verlucht de ruimte onmiddellijk als er koelgas lekt. Mogelijke risico's: ▪ Een te hoge concentratie aan koelmiddel in een afgesloten ruimte kan een zuurstofgebrek veroorzaken. ▪ Giftige gassen kunnen vrijkomen wanneer het koelgas in contact komt met vuur. WAARSCHUWING Tap het koelmiddel ALTIJD af.
Algemene veiligheidsmaatregelen Er is een sifonbuis Vul bij met rechtopstaande fles. (d.w.z. er zou iets zoals "Met vloeistofvulsifon" op de fles moeten staan) Er is GEEN sifonbuis Vul bij met de ondersteboven staande fles. ▪ Open koelmiddelflessen steeds traag. ▪ Vul bij met koelmiddel in vloeibare vorm.
Pagina 14
Algemene veiligheidsmaatregelen WAARSCHUWING ▪ Gebruik ALLEEN koperdraden. ▪ Alle lokale bedrading moet voldoen aan de geldende wetgeving. ▪ Alle lokale bedradingen MOETEN conform met het product meegeleverd bedradingsschema worden uitgevoerd. ▪ Knijp NOOIT gebundelde kabels samen en controleer of ze NIET met leidingen of scherpe randen in contact (kunnen) komen.
Pagina 15
Algemene veiligheidsmaatregelen Leg de stroomkabels op minstens 1 meter afstand van televisietoestellen en radio's om storingen te voorkomen. Afhankelijk van de radiogolven volstaat een afstand van 1 meter soms NIET. OPMERKING ALLEEN van toepassing als de elektrische voeding driefasig is en de compressor een AAN/UIT-startmethode heeft.
Specifieke veiligheidsinstructies voor de installateur 3 Specifieke veiligheidsinstructies voor de installateur Leef altijd de volgende veiligheidsinstructies en voorschriften na. Omgaan met de buitenunit (zie "4.1.2 De buitenunit hanteren" [ 22]) VOORZICHTIG Raak de luchtinlaat of de aluminium vinnen van de unit NIET aan, dit om letsels te voorkomen.
Pagina 17
Specifieke veiligheidsinstructies voor de installateur "6.2 Openen van de unit" [ 29]) Openen van de unit (zie GEVAAR: RISICO OP ELEKTROCUTIE Laat de unit NIET onbewaakt achter wanneer het servicedeksel verwijderd is. GEVAAR: RISICO OP BRANDWONDEN GEVAAR: RISICO OP ELEKTROCUTIE Installatie van de leidingen (zie "7 Installatie van de leidingen" [ 34])
Pagina 18
Specifieke veiligheidsinstructies voor de installateur VOORZICHTIG Draai de kleppen NIET open voordat de verbreding voltooid is. Anders zou er koelgas gaan lekken. GEVAAR: RISICO OP ONTPLOFFING Draai de afsluiters NIET open voordat het vacuümdrogen voltooid is. "8 Koelmiddel vullen" [ 48]) Koelmiddel vullen (zie WAARSCHUWING ▪...
Pagina 19
Specifieke veiligheidsinstructies voor de installateur WAARSCHUWING ▪ Bij een ontbrekende of verkeerde N-fase in de voeding, kan het systeem defect geraken. ▪ Sluit de aarding correct aan. Aard de unit NIET via een nutsleiding, een piekspanningsbeveiliging of de aarding van de telefoon. Een onvolledige aarding kan elektrische schokken veroorzaken.
Pagina 20
Specifieke veiligheidsinstructies voor de installateur GEVAAR: RISICO OP ELEKTROCUTIE Schakel de elektrische voeding langer dan 10 minuten uit en meet de spanning aan de aansluitklemmen van de condensatoren van de hoofdkring of elektrische onderdelen vooraleer u een onderhoud uitvoert. De spanning MOET minder dan 50 ...
Pagina 21
Specifieke veiligheidsinstructies voor de installateur GEVAAR: RISICO OP ELEKTROCUTIE ▪ Gebruik deze compressor alleen in een geaard systeem. ▪ Schakel de voeding uit voordat u servicewerkzaamheden aan de compressor uitvoert. ▪ Breng na de servicewerkzaamheden het deksel van de schakelkast en het servicedeksel weer aan.
Over de doos 4 Over de doos Denk aan de volgende punten: ▪ De unit MOET bij de levering gecontroleerd worden op beschadiging en volledigheid. Elke vorm van beschadiging of ontbrekende onderdelen MOET onmiddellijk aan de schadeverantwoordelijke van de transporteur worden gemeld.
Over de doos VOORZICHTIG Ga ALLEEN als volgt om met de buitenunit: OPMERKING ▪ Plaats de unit op een effen oppervlak. ▪ Controleer voor de installatie of de aluminium lamellen op de unit niet gebogen zijn. Buig ze anders recht met een fijne kam (lokaal te voorzien). 4.1.3 Om de toebehoren van de buitenunit uit te nemen 1 Hef de buitenunit op.
Het koelmiddel in deze unit is weinig ontvlambaar. INFORMATIE Voor de bedrijfslimieten, zie de recentste technische gegevens van de buitenunit op de regionale Daikin-website (publiek toegankelijk). 5.1 Identificatie OPMERKING Wanneer meerdere units gelijktijdig geïnstalleerd of onderhouden worden, let op de servicepanelen NIET te verwisselen tussen verschillende modellen.
Installatie van de unit 6 Installatie van de unit WAARSCHUWING De installatie moet worden uitgevoerd door een installateur, en de keuze van de materialen en de installatie moet voldoen aan de geldende wetgeving. In Europa is de norm EN378 van toepassing. In dit hoofdstuk Installatieplaats voorbereiden..............................
Installatie van de unit WAARSCHUWING Het toestel moet worden opgeslagen waar het geen mechanische schade kan oplopen in een voldoende geventileerde ruimte zonder ontstekingsbronnen die continu branden (bijvoorbeeld: open vuur, een brandend gastoestel of een werkende elektrische verwarming). De afmetingen van de ruimte moeten zijn zoals beschreven in de Algemene voorzorgsmaatregel.
Pagina 27
Installatie van de unit Sterke windstoten en hevige wind (≥18 km/u) die tegen de luchtuitlaat van de buitenunit blazen, veroorzaken kortsluitingen (luchtaanzuiging of -uitblaas). Dit kan de volgende gevolgen met zich meebrengen: ▪ een vermindering van de capaciteit in bedrijf; ▪...
Installatie van de unit Installeer de buitenunit uit de buurt van directe zeewinden. Voorbeeld: Achter het gebouw. Als de buitenunit rechtstreeks aan zeewinden is blootgesteld, plaats een windscherm. ▪ Hoogte van het windscherm≥1,5×de hoogte van de buitenunit ▪ Let op de benodigde ruimte bij de plaatsing van het windscherm. a Zeewind b Gebouw c Buitenunit...
Installatie van de unit a Afdakje tegen de sneeuw b Voetstuk c Belangrijkste windrichting d Luchtuitlaat Voorzie best minstens 150 mm vrije ruimte onder de unit (300 mm in streken waar veel sneeuw valt). De unit moet bovendien ook minstens 100 mm boven de maximaal verwachte sneeuwhoogte geplaatst zijn.
Installatie van de unit 6.3 De buitenunit monteren 6.3.1 Over de montage van de buitenunit Wanneer De buitenunit en binnenunit moet worden gemonteerd alvorens de koelmiddelleidingen kunnen worden aangesloten. Typische werkstroom De buitenunit monteren omvat typisch de volgende stappen: De installatiestructuur voorzien. De buitenunit installeren.
Installatie van de unit (mm) a 100 mm boven verwachte niveau van sneeuw 6.3.4 De buitenunit installeren 4× M8/M10 6.3.5 Afvoer voorzien ▪ Controleer of het condenswater goed kan worden afgevoerd. ▪ Plaats de unit op een sokkel om goede afvoer te hebben, zodat ijs zich niet kan ophopen.
Installatie van de unit OPMERKING Gebruik in koude streken GEEN afvoeraansluiting, afvoerslang en afvoerdeksels (groot, deksel) met de buitenunit. Neem de gepaste maatregelen zodat het afgevoerde condensaat NIET kan bevriezen. OPMERKING Als de afvoeropeningen van de buitenunit afgedekt zijn door een installatiebasis of de vloer, plaatst u extra voeten van ≤30 ...
Pagina 33
Installatie van de unit 2MXM-A, 3MXM-A, 4MXM-A, 5MXM-A Uitgebreide handleiding voor de installateur R32 Split-reeks 4P600463-5F – 2022.05...
Installatie van de leidingen 7 Installatie van de leidingen In dit hoofdstuk Koelmiddelleiding voorbereiden ............................7.1.1 Vereisten voor de koelmiddelleidingen......................... 7.1.2 Isolatie van de koelmiddelleidingen ........................7.1.3 Lengte koelmiddelleiding en hoogteverschil......................Koelmiddelleiding aansluiten ..............................7.2.1 Over het aansluiten van de koelmiddelleidingen....................7.2.2 Voorzorgsmaatregelen bij het aansluiten van koelmiddelleidingen..............
Installatie van de leidingen 3MXM40, 3MXM52, 3MXM68 Gasleiding 1× Ø9,5 mm (3/8") 2× Ø12,7 mm (1/2") 4MXM68 Vloeistofleiding 4× Ø6,4 mm (1/4") Gasleiding 2× Ø9,5 mm (3/8") 2× Ø12,7 mm (1/2") 4MXM80 Vloeistofleiding 4× Ø6,4 mm (1/4") Gasleiding 1× Ø9,5 mm (3/8") 1× Ø12,7 mm (1/2") 2× Ø15,9 mm (5/8") 5MXM90 Vloeistofleiding 5×...
Installatie van de leidingen Buitendiameter leiding Binnendiameter isolatie Isolatiedikte (t) (Ø (Ø 6,4 mm (1/4") 8~10 mm ≥10 mm 9,5 mm (3/8") 10~14 mm ≥13 mm 12,7 mm (1/2") 14~16 mm ≥13 mm 15,9 mm (5/8") 16~20 mm ≥13 mm Ø Ø Ø Ø Als de temperatuur hoger is dan 30°C en de relatieve vochtigheid meer dan 80% bedraagt, moet het isolatiemateriaal minstens 20 mm dik zijn om condensatie op het oppervlak van de isolatie te voorkomen.
Installatie van de leidingen 7.2 Koelmiddelleiding aansluiten VOORZICHTIG ▪ Niet ter plaatse braseren of lassen voor units die bij de verzending met R32- koelmiddel zijn gevuld. ▪ Tijdens de installatie van het koelsysteem moet bij het verbinden van delen waarvan minstens één deel met koelmiddel gevuld is met de volgende vereisten rekening worden gehouden: in ruimten waar zich mensen bevinden zijn permanente verbindingen niet toegelaten voor R32-koelmiddel, behalve voor ter plaatse gemaakte verbindingen waarbij de binnenunit rechtstreeks op de leiding...
Pagina 38
Installatie van de leidingen OPMERKING ▪ Gebruik de flaremoer die op de hoofdunit is bevestigd. ▪ Om gaslekken te voorkomen, brengt u koelmachine-olie aan op alleen de binnenkant van de verbreding. Gebruik koelmachineolie voor R32 (FW68DA). ▪ Hergebruik GEEN verbindingen. OPMERKING ▪...
Installatie van de leidingen WAARSCHUWING Sluit de koelmiddelleidingen goed aan voordat u de compressor inschakelt. Als de koelmiddelleidingen NIET zijn aangesloten en de afsluiter tijdens het afpompen openstaat, wordt lucht in het circuit gezogen wanneer de compressor wordt ingeschakeld. Dit veroorzaakt dan een abnormale druk in de koelcyclus, wat kan leiden tot schade aan de apparatuur en zelfs letsels.
Installatie van de leidingen 7.2.5 Leidinguiteinde optrompen VOORZICHTIG ▪ Een onvolledige verbreding kan lekken van koelgas veroorzaken. ▪ Gebruik getrompte buizen NIET opnieuw. Gebruik nieuwe getrompte buizen om ervoor te zorgen dat er geen koelgas kan lekken. ▪ Gebruik de getrompte moeren die bij de unit werden meegeleverd. Andere getrompte moeren kunnen koelgaslekken veroorzaken.
Pagina 41
Installatie van de leidingen Totale capaciteitsklasse van de binnenunits die op deze buitenunit kunnen worden aangesloten: Buitenunit Totale capaciteitsklasse binnenunits 2MXM68 ≤10,2 kW 3MXM40 ≤7,0 kW 3MXM52 ≤9,0 kW 3MXM68, 4MXM68 ≤11,0 kW 4MXM80 ≤14,5 kW 5MXM90 ≤15,6 kW Poort Klasse Verloopstuk 2MXM68 A (Ø9,5 mm) 15, 20, 25, 35, (42) —...
Installatie van de leidingen Poort Klasse Verloopstuk C (Ø12,7 mm) 15, 20, 25, 35, (42) 42, 50, 60 — D + E (Ø15,9 mm) 15, 20, 25, 35, (42) 42, 50, 60 — Alleen bij aansluiting op FTXM42R. Type verloopstuk Aansluiting Ø15,9 mm → Ø12,7 mm Ø12,7 mm →...
Installatie van de leidingen a Aansluitingspoort buitenunit b Verloopstuk nr. 2 c Verloopstuk nr. 4 d Wartelmoer voor Ø12,7 mm e Leidingen tussen units Breng een laagje koelmachine-olie aan op de bedrade aansluitpoort van de buitenunit waar de wartelmoer in past. Wartelmoer voor (mm) Aanhaalmoment (N•m) Ø9,5...
Pagina 44
Installatie van de leidingen a Moersleutel b Momentsleutel ▪ Wanneer een lage bedrijfsdruk wordt verwacht (bijvoorbeeld bij koelen bij lage buitentemperaturen), moet u de flaremoer in de afsluiter op de gasleiding voldoende afdichten met siliconen om bevriezing te voorkomen. Siliconen afdichtmiddel; zorg ervoor dat alles goed afgedicht is. De afsluiter openen/sluiten 1 Verwijder het deksel van de afsluiter.
Installatie van de leidingen Item Aanhaalmoment (N∙m) Servicepoortdeksel 11~14 7.2.8 Koelmiddelleiding op buitenunit aansluiten ▪ Leidinglengte. Houd de lokale leidingen zo kort mogelijk. ▪ Bescherming leidingen. Bescherm de lokale leidingen tegen fysieke schade. 1 Sluit de koelvloeistofaansluiting van de binnenunit aan op de vloeistofafsluiter van de buitenunit.
Installatie van de leidingen 7.3.2 Voorzorgsmaatregelen bij het controleren van koelmiddelleidingen INFORMATIE Lees ook de voorzorgsmaatregelen en vereisten in de volgende hoofdstukken: ▪ "2 Algemene veiligheidsmaatregelen" [ 7] ▪ "7.1 Koelmiddelleiding voorbereiden" [ 34] OPMERKING Gebruik een 2-trapsvacuümpomp met een terugslagklep die tot een meterdruk van −...
Pagina 47
Installatie van de leidingen Sluit de vacuümpomp en het verdeelstuk als volgt aan: Sluit de vacuümpomp en het verdeelstuk als volgt aan: a Manometer b Meterverdeelstuk c Lagedrukklep (Lo) d Hogedrukklep (Hi) e Vulslangen f Vacuümpomp g Servicepoort h Kleppendeksels i Gasafsluiter j Vloeistofafsluiter 1 Vacumeer het systeem tot de druk op het verdeelstuk −0,1 ...
Koelmiddel vullen 8 Koelmiddel vullen In dit hoofdstuk Over het toevoegen van koelmiddel............................Over het koelmiddel ................................Voorzorgsmaatregelen bij het bijvullen van koelmiddel ....................... Bepalen hoeveel koelmiddel moet worden bijgevuld ......................De hoeveelheid bepalen om opnieuw volledig te vullen....................... Extra koelmiddel bijvullen ..............................Het label voor gefluoreerde broeikasgassen aanbrengen.....................
Koelmiddel vullen OPMERKING Vacuümdroog tevens de koelmiddelleidingen in de buitenunit vooraleer deze opnieuw te vullen. Typische workflow – volledig opnieuw vullen met koelmiddel bestaat doorgaans uit de volgende stappen: 1 Bij te vullen hoeveelheid koelmiddel bepalen. 2 Koelmiddel bijvullen. 3 Het label voor gefluoreerde broeikasgassen invullen en bevestigen op de binnenkant van de buitenunit.
Koelmiddel vullen WAARSCHUWING Raak ongewenste vloeistoflekken NOOIT rechtstreeks aan. U zou ernstige wonden kunnen oplopen door bevriezing. OPMERKING De geldende wetgeving met betrekking tot gefluoreerde broeikasgassen vereist dat de koelmiddelvulling van de unit wordt aangegeven zowel in gewicht als in CO equivalent.
Koelmiddel vullen 8.5 De hoeveelheid bepalen om opnieuw volledig te vullen INFORMATIE Indien het systeem opnieuw volledig gevuld moet worden, bedraagt de totale hoeveelheid koelmiddel hiervoor: de in de fabriek gevulde hoeveelheid koelmiddel (zie naamplaatje unit) + de aldus vastgestelde bijkomende hoeveelheid. 8.6 Extra koelmiddel bijvullen WAARSCHUWING ▪...
Pagina 52
Koelmiddel vullen OPMERKING De geldende wetgeving met betrekking tot gefluoreerde broeikasgassen vereist dat de koelmiddelvulling van de unit wordt aangegeven zowel in gewicht als in CO equivalent. Formula om de hoeveelheid in ton CO -equivalent te berekenen: GWP-waarde koelmiddel × totale koelmiddelvulling [in kg] / 1000 Neem de GWP-waarde van het label voor bijvullen van koelmiddel.
Elektrische installatie 9 Elektrische installatie In dit hoofdstuk Over het aansluiten van de elektrische bedrading ........................ 9.1.1 Voorzorgsmaatregelen bij het aansluiten van de elektrische bedrading ............. 9.1.2 Richtlijnen voor het aansluiten van de elektrische bedrading................9.1.3 Specificaties van standaard bedradingscomponenten ..................De elektrische bedrading op de buitenunit aansluiten ......................
Pagina 54
Elektrische installatie AL2 AL1 DC(-) a AL1, AL2 - connector kabel elektromagnetische klep* b S20~24 - connector kabel spoel elektromagnetische klep (kamer A, B, C, D, E)* c S40 – connector kabel thermisch overbelastingsrelais en hogedrukschakelaar* d Multimeter (wisselstroomspanningsbereik) e S90~93 – connector thermistorkabel f S70 –...
Elektrische installatie WAARSCHUWING ▪ Bij een ontbrekende of verkeerde N-fase in de voeding, kan het systeem defect geraken. ▪ Sluit de aarding correct aan. Aard de unit NIET via een nutsleiding, een piekspanningsbeveiliging of de aarding van de telefoon. Een onvolledige aarding kan elektrische schokken veroorzaken.
Elektrische installatie Draadtype Werkwijze om het frontrooster te plaatsen Eenaderige draad AA´ A´ a Eenaderige draad met open lus b Schroef c Platte sluitring Gevlochten geleider met rond oog a Klem b Schroef c Platte sluitring Toegestaan NIET toegelaten Aanhaalmomenten Item Aanhaalmoment (N•m) M4 (X1M)
Elektrische installatie Model 3MXM40 3-aderige kabel 2,5 mm 16 A H05RN-F (60245 IEC 57) 2MXM68, 20 A 3MXM52, H07RN-F (60245 IEC 66) 3MXM68, 3-aderige kabel 4,0 mm 4MXM68 H07RN-F (60245 IEC 66) 4MXM80 3-aderige kabel 4,0 mm 25 A H07RN-F (60245 IEC 66) 5MXM90 32 A Elektrische apparatuur moet voldoen aan EN/IEC 61000-3-12, de Europese/ Internationale Technische Norm die de beperkingen vastlegt voor harmonische stromen geproduceerd door apparatuur die is aangesloten op openbare...
Pagina 58
Elektrische installatie c Reststroomapparaat d Voedingskabel e Kabel onderlinge verbinding voor kamer (A, B, C, D, E)* *Kan verschillen naar gelang van het model. 5 Draai de klemschroeven goed vast met een kruiskopschroevendraaier. 6 Trek even aan de draden om te controleren of ze niet loskomen. 7 Maak de draadbevestiging goed vast om externe belasting op het uiteinde van de draden te voorkomen.
De installatie van de buitenunit voltooien 10 De installatie van de buitenunit voltooien 10.1 De installatie van de buitenunit voltooien GEVAAR: RISICO OP ELEKTROCUTIE ▪ Zorg ervoor dat het systeem correct is geaard. ▪ Schakel de voeding UIT alvorens aan servicewerkzaamheden te beginnen. ▪...
Configuratie 11 Configuratie In dit hoofdstuk 11.1 Over de functie energiebesparende stand-by ........................11.1.1 Energiebesparende stand-byfunctie inschakelen ....................11.2 Over de functie voorrangskamer ............................11.2.1 De functie voorrangskamer instellen........................11.3 Over fluisterstille nachtstand ..............................11.3.1 Fluisterstille nachtstand inschakelen........................11.4 Over blokkering verwarmingsstand ............................11.4.1 Blokkering verwarmingsstand inschakelen ......................
Configuratie 11.2 Over de functie voorrangskamer INFORMATIE ▪ Voor de functie voorrangskamer moeten bij de installatie van de unit initiële instellingen worden uitgevoerd. Vraag de klant in welke kamers hij van plan is deze functie te gebruiken en voer de vereiste instellingen uit bij de installatie. ▪...
Configuratie 11.3.1 Fluisterstille nachtstand inschakelen 1 Verwijder het deksel van de schakelaars op de service-printplaat. 1× 2 Zet de schakelaar van de geluidsarme stand (SW6-1) op ON. 11.4 Over blokkering verwarmingsstand Bij blokkering in de verwarmingsstand kan de unit alleen verwarmen. 11.4.1 Blokkering verwarmingsstand inschakelen 1 Verwijder het deksel van de schakelaars op de service-printplaat.
12 Inbedrijfstelling OPMERKING Algemene checklist inbedrijfstelling. Naast de instructies voor inbedrijfstelling in dit hoofdstuk, is er een algemene checklist inbedrijfstelling beschikbaar op het Daikin Business Portal (authenticatie vereist). De algemene checklist voor de inbedrijfstelling vormt een aanvulling op de instructies in dit hoofdstuk en kan worden gebruikt als richtlijn en als basis voor de rapporteringssjabloon tijdens inbedrijfstelling en bij overhandiging aan de gebruiker.
Inbedrijfstelling OPMERKING Schakel de voeding ten minste 6 uur voor gebruik IN om de carterverwarming van stroom te voorzien en de compressor te beschermen. Tijdens het proefdraaien starten de buitenunit en de binnenunits op. Controleer of voorbereidingen van alle binnenunits voltooid zijn (lokale leidingen, elektrische bedrading, ontluchten, ...).
Inbedrijfstelling 12.4 Checklist tijdens inbedrijfstelling Controleer de bedrading. Ontluchten. Testen. 12.5 Proefdraaien en testen Voor de Hybride voor Multi zijn specifieke voorzorgsmaatregelen vereist voordat u deze functie gebruikt. Voor meer informatie, zie de montagehandleiding van de binnenunit en/of de uitgebreide handleiding voor de installateur van de binnenunit.
Inbedrijfstelling 1× 2 Druk kort op de bedradingscontroleschakelaar (SW3) op de service-printplaat van de buitenunit. Resultaat: De service-monitor-leds geven aan of een correctie al of niet mogelijk is. Voor meer informatie over de interpretatie van de led's verwijzen we u naar de servicehandleiding. Resultaat: Bedradingsfouten worden na 15-20 ...
Inbedrijfstelling 2 Meet de temperatuur aan de inlaat en uitlaat van de binnenunit nadat de unit een 20-tal minuten draait. Het verschil moet groter dan 8°C (koelen) of 20°C (verwarmen) zijn. 3 Controleer eerst de werking van elke unit afzonderlijk, en vervolgens ook de gelijktijdige werking van alle binnenunits.
Overhandiging aan de gebruiker 13 Overhandiging aan de gebruiker Als het proefdraaien voltooid is en de unit goed en op de juiste manier werkt, zorg ervoor dat de gebruiker de volgende zaken goed begrijpt: ▪ Controleer of de gebruiker de papieren documentatie heeft en vraag hem/haar deze bij te houden om deze later te kunnen raadplegen.
Behalve onderhoudsinstructies in dit hoofdstuk, staat er ook een controlelijst algemeen onderhoud/algemene inspectie op het Daikin Business Portal (aanmelden vereist). De controlelijst algemeen onderhoud/algemene inspectie is een aanvulling op de instructies in dit hoofdstuk en kan worden gebruikt als richtlijn en sjabloon voor rapportering bij het onderhoud.
Onderhoud en service WAARSCHUWING ▪ Vooraleer een onderhoud of herstelling uit te voeren moet u ALTIJD de hoofdschakelaar op het voedingspaneel uitschakelen, de zekeringen verwijderen of de beveiligingen van de unit openen. ▪ Raak onderdelen die onder stroom staan minstens 10 minuten na het uitschakelen van de voeding NIET aan wegens het risico op hoogspanning.
Opsporen en verhelpen van storingen 15 Opsporen en verhelpen van storingen 15.1 Overzicht: Opsporen en verhelpen van storingen In dit hoofdstuk wordt beschreven wat u moet doen ingeval van problemen. Het bevat informatie over: ▪ problemen oplossen op basis van symptomen ▪...
Opsporen en verhelpen van storingen 15.3 Problemen op basis van symptomen oplossen 15.3.1 Symptoom: Binnenunits vallen, trillen of maken lawaai Mogelijke oorzaken Oplossing De binnenunits zijn NIET goed Maak de binnenunits goed vast. vastgemaakt. 15.3.2 Symptoom: De unit verwarmt of koelt NIET zoals verwacht Mogelijke oorzaken Oplossing Fout in de aansluiting van de elektrische...
Opsporen en verhelpen van storingen 15.3.6 Symptoom: De unit werkt NIET of er is brandschade Mogelijke oorzaken Oplossing De bedrading was NIET uitgevoerd Sluit de bedrading juist aan. volgens de voorschriften. 15.4 Problemen op basis van LED-gedrag oplossen 15.4.1 Storingsdiagnose met behulp van de led op de printplaat van de buitenunit GEVAAR: RISICO OP ELEKTROCUTIE ▪...
Pagina 75
Opsporen en verhelpen van storingen Rode led Diagnose Bedradingsfout ▪ Controleer de bedrading. Het aantal weergegeven leds hangt af van het aantal kamers. Diagnose mogelijk niet van toepassing in sommige gevallen. Voor meer details, raadpleeg de servicehandleiding. Groene LED-A Diagnose Normaal.
Als afval verwijderen 16 Als afval verwijderen OPMERKING Probeer het systeem NIET zelf te ontmantelen: het ontmantelen van het systeem en het behandelen van het koelmiddel, van olie en van andere onderdelen MOETEN conform met de geldende wetgeving uitgevoerd worden. De units MOETEN voor hergebruik, recyclage en terugwinning bij een gespecialiseerd behandelingsbedrijf worden behandeld.
Als afval verwijderen Het afpompen pompt alle koelmiddel uit het systeem naar de buitenunit. 1 Verwijder het kleppendeksel van de vloeistofafsluiter en de gasafsluiter. 2 Voer gedwongen koelen uit. Zie "16.3 Een gedwongen koeling starten en stoppen" [ 77]. 3 Sluit vloeistofafsluiter à...
Pagina 78
Als afval verwijderen 1× 8 Sluit het deksel van de schakelkast en het servicedeksel. 2MXM-A, 3MXM-A, 4MXM-A, 5MXM-A Uitgebreide handleiding voor de installateur R32 Split-reeks 4P600463-5F – 2022.05...
Een deel van de recentste technische gegevens is beschikbaar op de regionale Daikin-website (publiek toegankelijk). ▪ De volledige recentste technische gegevens zijn beschikbaar op het Daikin Business Portal (authenticatie vereist). 17.1 Bedradingsschema Het bedradingsschema is bij de unit geleverd en bevindt zich op de binnenkant van de buitenunit (onderkant van de bovenste plaat).
Bij het product geleverde labels, handleidingen, informatiebladen en apparatuur die moet worden geïnstalleerd volgens de instructies in de meegeleverde documentatie. Optionele apparatuur Door Daikin geproduceerde of goedgekeurde apparaatuur die kan worden gecombineerd met het product volgens de instructies in de meegeleverde documentatie. Lokaal te voorzien NIET door Daikin geproduceerde apparatuur die kan worden gecombineerd met het product volgens de instructies in de meegeleverde documentatie.
Pagina 88
4P600463-5F 2022.05 Verantwortung für Energie und Umwelt...