Inhoudsopgave
Advertenties
Patronen bewerken (Borduurinstellingenscherm)
Patronen bewerken
(Borduurinstellingenscherm)
Wanneer u in het bewerkscherm op
het borduurinstellingenscherm. Nadat u het patroon hebt
bewerkt, drukt u op
om door te gaan naar het
borduurscherm.
■ Borduurinstellingenscherm
7 6 5
Display
Nr.
Toetsnaam
1
Druk op deze toetsen om het patroon te
verplaatsen in de richting van de pijl.
(Met de centreertoets zet u het patroon
Verplaatsingstoets
terug in het midden van het
borduurgebied.) (pagina 44)
2
Met deze toets draait u het hele patroon
op het scherm.
Rotatietoets
Druk op
zetten op de oorspronkelijke positie.
3
Druk op deze toets om de
steekvolgorde voor gecombineerde
Toets voor
patronen te wijzigen. Zo kunnen
sortering van
garenkleuren die overeenkomen in één
kleuren
keer worden geborduurd.
4
Druk op deze toets om het
borduurscherm te openen.
Borduurtoets
5
Druk op deze toets om patronen op te
slaan in het geheugen van de machine
Geheugentoets
of op de USB-stick. Patronen kunnen
ook worden overgebracht naar een
computer via een draadloze
netwerkverbinding. (pagina 47)
6
Druk op deze toets om de positie van
het patroon te controleren. (pagina 33)
Controletoets
7
Met de beginpunttoets stemt u de
beginpositie van de naald af op de
Beginpunttoets
patroonpositie. (pagina 44)
44
drukt, verschijnt
1
2
3
4
Uitleg
om het patroon terug te
Patroon en naaldstand uitlijnen
Voorbeeld: de linkerbenedenhoek van een patroon
uitlijnen met de naaldstand
a
Markeer de plaats waar u wilt beginnen met borduren
op de stof (zie afbeelding).
b
Druk op
.
c
Druk op
en druk op
1
1 Beginpunt
De naaldstand gaat naar de linkerbenedenhoek van
het patroon (het borduurraam verplaatst zich zodanig
dat de naald op de juiste positie wordt geplaatst).
d
Met
zorgt u dat de naald en de markering op de
stof op hetzelfde punt komen. Druk op
met het borduren van het patroon.
.
en begin
Advertenties
Inhoudsopgave
