®
Serie PAS
Colt
Korte duur ademluchttoestel / airlinetoestoel met PAS
tijdens het erin schuiven niet met het handwiel van het
drukreduceerventiel in aanraking komt.
4. Lijn de ademluchtcilinder met het drukreduceerventiel uit en draai het
handwiel handvast (afbeelding 5). Gebruik hiervoor geen gereedschap
en draai het handwiel niet overmatig vast.
3.1.3
Controle van de werking
WAARSCHUWING
!
Als het ademluchttoestel niet aan de normen of de parameters
voldoet zoals beschreven onder "Controle van de werking", of als
een lek wordt vastgesteld, is er sprake van een storing. De storing
dient aan het getrainde servicepersoneel gemeld te worden, of er
dient contact met Dräger opgenomen te worden. Gebruik het
ademluchttoestel niet tot de storing verholpen is.
1. Overdruksystemen: druk op de resetknop (afbeelding 3, punt 2) om de
ademautomaat uit te schakelen.
2. Open de cilinderafsluiter langzaam maar volledig om het systeem
onder druk te zetten en controleer of de ademluchtcilinder volledig
gevuld is. De waarschuwingsfluit van de PAS
3. Sluit de cilinderafsluiter volledig.
4. Zorg ervoor dat de lucht uit de waarschuwingsfluit van de PAS
stroomt en lees de manometer af.
5. Bedek de waarschuwingsfluit bij een druk van ongeveer 70 bar om de
luchtstroom te onderbreken, en laat de lucht vervolgens langzaam
weer stromen. De waarschuwingsfluit op het drukreduceerventiel van
®
de PAS
Colt dient in een bereik van 110 tot 100 bar geactiveerd te
worden.
6. Open de cilinderafsluiter langzaam maar volledig om het systeem
onder druk te zetten. De waarschuwingsfluit van de PAS
geactiveerd.
7. Voor een minimaal verbruik van ademlucht uit de ademluchtcilinder:
sluit de onafhankelijke luchttoevoer onmiddellijk op de male connector
(afbeelding 1, punt 4) aan, en open het afsluitventiel van de
onafhankelijke luchttoevoer (indien aanwezig). De waarschuwingsfluit
van de PAS
®
ASV wordt gedeactiveerd.
8. Controle op hoorbare lekken uitvoeren. Als een lek wordt vastgesteld,
dient dit vóór gebruik onderzocht en gerepareerd te worden (zie
hoofdstuk 4). Maak indien nodig gebruik van een zeepoplossing om
het lek te lokaliseren.
WAARSCHUWING
!
De luchtstroom niet op gezicht, ogen of huid richten.
9. Druk op de knop aan de voorkant van de ademautomaat (afbeelding 3,
punt 3) om de luchtstroom van de afsluiter gedurende 3–5 seconden
te activeren. De lucht stroomt vrij uit de uitgangsopening van de
ademautomaat.
10. Overdruksystemen: druk op de resetknop (afbeelding 3, punt 2) om de
afsluiter uit te schakelen.
11. Isoleer de onafhankelijke luchttoevoer en koppel deze los. Sluit de
cilinderafsluiter vervolgens volledig.
12. Wacht één minuut en lees de manometer af. Open de cilinderafsluiter
vervolgens. De manometer mag geen drukverschil hoger dan 10 bar
weergeven (één streepje op de wijzerplaat van de manometer).
Onderzoek en repareer alle lekken vóór gebruik (zie hoofdstuk 4).
Maak indien nodig gebruik van een zeepoplossing om het lek te
lokaliseren.
13. Sluit de cilinderafsluiter en neem de druk als volgt uit het systeem:
○
Overdruksystemen:
bedek
de
ademautomaat met de palm van uw hand zodat deze volledig
gesloten is. Druk op de knop aan de voorkant van de
ademautomaat (afbeelding 3, punt 3) om de luchtstroom te
activeren, en neem de hand weg om de lucht langzaam weg te
laten stromen.
○
Onderdruksystemen: druk voorzichtig op de knop aan de voorkant
van de ademautomaat (afbeelding 3, punt 3) om de lucht
langzaam weg te laten stromen.
14. De waarschuwingsfluit van de PAS
®
ASV wordt geactiveerd als de
vooraf ingestelde schakeldruk bereikt wordt, en geeft aan dat de
afsluiter
van
de
onafhankelijke
luchttoevoer
ademluchtcilinder (BA) van de PAS
®
waarschuwingsfluit van het drukreduceerventiel wordt eveneens
geactiveerd als de druk daalt. Beide fluiten worden gedeactiveerd als
het systeem drukloos wordt gemaakt.
15. Overdruksystemen: druk op de resetknop (afbeelding 3, punt 2) om de
afsluiter uit te schakelen.
3.1.4
Aantrekken van de PAS
®
Colt (gebruiksklare positie)
In afbeelding 1 wordt de PAS
®
Colt in gebruiksklare positie
weergegeven.
1. Open de gesp van de heupband en strek de heupband en de
schouderband volledig.
2. Strek de linkerarm door het schouderharnas en schuif het harnas
vervolgens tot de rechterschouder over het hoofd. Positioneer de band
diagonaal over het lichaam; de ademluchtcilinder dient op de
linkerheup te rusten.
3. Bind de heupband om de heup en maak de gesp vast – niet
vasttrekken.
4. Pak de cilinderafsluiter met de linkerhand vast en til deze op tot de
heupband in één lijn met de heup ligt. Trek de heupband vervolgens
vast tot het toestel correct en comfortabel op de heup ligt. Trek de
heupband naar beneden om de schouderband in te stellen.
5. Controleer of de inlaatopening van het gelaatsmasker en de connector
en de O-ring van de ademautomaat schoon en onbeschadigd zijn.
6. Sluit de ademautomaat als volgt op het gelaatsmasker aan.
○
Insteekconnector:
steek
de
aansluitopening van het gelaatsmasker tot deze in de juiste positie
vastklikt. Controleer de correcte aansluiting door voorzichtig aan
de connector te trekken.
○
Schroefconnector:
draai
de
aansluitopening van het gelaatsmasker en draai deze handvast.
Als de ademautomaat aan het gelaatsmasker bevestigd is, kan de
connector meedraaien bij hoofd- en lichaamsbewegingen van de
drager.
7. Schuif de nekdraagband van het gelaatsmasker over het hoofd en
steek de pin van de nekdraagband in het gat in de middenriem van het
hoofdbandenstel.
3.1.5
Opzetten van het gelaatsmasker
WAARSCHUWING
!
Een correcte zitting van het gelaatsmasker is uitsluitend
gewaarborgd als de volledige afdichting van het gelaatsmasker
met de huid contact maakt. Hoofdhaar, gezichtshaar (inclusief
baarstoppels,
gezichtspiercings en normale brillen vormen een belemmering
voor de afdichting van het gelaatsmasker, en zijn niet toegestaan
in het bereik van de afdichting. Hoofdhaar dat een belemmering
vormt voor een correcte zitting van het gelaatsmasker (haardot,
pony, toupet, haarstukken enz.) is niet toegestaan.
AANWIJZING
i
i
Neem de gebruiksaanwijzing van het gelaatsmasker in acht.
1. Overdruksystemen: druk op de resetknop (afbeelding 3, punt 2) om de
ademautomaat uit te schakelen.
2. Open de cilinderafsluiter langzaam maar volledig om het systeem
onder druk te zetten. De waarschuwingsfluit van de PAS
®
ASV wordt geactiveerd.
door de ademluchtcilinder van lucht voorzien en weerklinkt daarom
onmiddellijk.
®
ASV
3. Maak de pin van de nekdraagband los van de middenriem van het
hoofdbandenstel.
4. Strek het hoofdbandenstel (afbeelding 6). Plaats de kin in de uitsparing
voor de kin van het gelaatsmasker en trek het hoofdbandenstel over
het hoofd. Plaats de middenplaat van het hoofdbandenstel op uw
achterhoofd.
5. Trek de onderste (1) en de bovenste (2) riemen gelijkmatig op uw
achterhoofd vast zoals weergegeven in afbeelding 7. Trek de
®
ASV wordt
middenriem (3) indien nodig vast.
6. Adem normaal en controleer of het hoofd volledig bewogen kan
worden zonder dat de slang van de ademautomaat overmatig door
trekbewegingen wordt belast. Als een weerstand waarneembaar is,
dient de geleiding van de slang bijgesteld en nogmaals gecontroleerd
te worden. Als vervolgens nog steeds een weerstand waarneembaar
is, dient het ademluchttoestel niet gebruikt te worden en dient contact
met Dräger opgenomen te worden.
7. Voer een controle van de werking van het gelaatsmasker uit.
3.1.6
Controle van de werking van het gelaatsmasker
1. Sluit de cilinderafsluiter en adem normaal om de lucht uit het systeem
te laten lopen. Als het systeem leeg is, dient het gelaatsmasker goed
op het gezicht vast te blijven zitten. De afdichting is in dit geval goed
sluitend. Indien een lek wordt vastgesteld, dient het hoofdbandenstel
bijgesteld en opnieuw gecontroleerd te worden.
2. Open de cilinderafsluiter onmiddellijk opnieuw en begin met ademen –
de uitgeademde lucht dient gemakkelijk uit het uitademventiel te
stromen.
Als de controle van de werking met succes is uitgevoerd, kan normaal
worden geademd en kunt u zich naar de werkzone begeven.
3.2
Tijdens gebruik
De nominale gebruiksduur (10 of 15 minuten) geldt voor een PAS
met een volledig gevulde ademluchtcilinder, en heeft betrekking op de
gebruikstijd tot de waarschuwingsfluit van het drukreduceerventiel wordt
geactiveerd om de drager voor een lage druk in de ademluchtcilinder te
waarschuwen. De drager moet zich naar een veilige zone begeven voordat
uitgangsopening
van
de
de waarschuwingsfluit van het drukreduceerventiel wordt geactiveerd.
3.2.1
Omgevingslucht onafhankelijk gebruik (geen toevoer vanuit
een luchtleiding)
WAARSCHUWING
!
De beschikbare gebruiksduur start zodra de cilinderafsluiter is
geopend,
ademluchtcilinder en de ademfrequentie van de drager.
(AL)
naar
de
Dräger adviseert de knop aan de voorkant van de ademautomaat
Colt is omgeschakeld. De
(afbeelding 3, punt 3) tijdens gebruik niet in te drukken om extra
ademlucht tijdens omgevingslucht onafhankelijk gebruik naar het
gelaatsmasker te leiden. Het gebruik van extra ademlucht vanuit
de ademluchtcilinder leidt tot een reductie van de duur van de
luchttoevoer.
●
Controleer de indicatie van de manometer regelmatig.
●
Als de waarschuwingsfluit van het drukreduceerventiel wordt
geactiveerd, is de druk in de ademluchtcilinder laag. Verlaat de
gevarenzone via de kortste en veiligste vluchtroute.
●
De waarschuwingsfluit van de PAS
3.2.2
Gebruik van de luchtleiding
WAARSCHUWING
!
Dräger adviseert een risico-evaluatie uit te voeren om procedures
vast te leggen die in geval van een storing van de onafhankelijke
luchttoevoer in acht genomen dienen te worden.
Als de waarschuwingsfluit van de PAS
geactiveerd, is de PAS
voor de drager vanuit de ademluchtcilinder van de PAS
vervolgens verder wordt gewerkt, en hierbij gebruik wordt gemaakt
van ademlucht uit de ademluchtcilinder, dient de manometer van
de ademluchtcilinder regelmatig gecontroleerd te worden – zorg
ervoor dat de resterende lucht in de ademluchtcilinder voldoende
insteekconnector
in
de
is om een veilige zone te bereiken.
Tijdens gebruik van de luchtleiding kan de druk in het
gelaatsmasker door een hoog arbeidstempo en een maximale
ademstroom negatief worden.
schroefconnector
in
de
AANWIJZING
i
i
De cilinderafsluiter van de PAS
luchtleiding geopend blijven.
●
Sluit de onafhankelijke luchttoevoer op de male connector (afbeelding
1, punt 4) aan, en open het afsluitventiel van de onafhankelijke
luchttoevoer (indien aanwezig). De waarschuwingsfluit van de PAS
ASV wordt gedeactiveerd – dit geeft aan dat de drager nu ademlucht
vanuit de luchtleiding ademt.
●
Als extra ademlucht benodigd is, dient de knop aan de voorkant van
de ademautomaat (afbeelding 3, punt 3) kort ingedrukt en losgelaten
te worden om één luchtstraal met extra ademlucht naar het
gelaatsmasker te leiden.
●
Als de werkzaamheden afgesloten zijn, of als een opzichter dit
adviseert, dient de gevarenzone verlaten te worden:
○
Loskoppelen van de onafhankelijke luchttoevoer (zie paragraaf
3.2.1) of
○
Verbinding behouden en de slang van de luchtleiding voorzichtig
meetrekken.
®
ASV
snor
en
bakkebaarden),
oorbellen,
®
ASV wordt
en
is
afhankelijk
van
de
capaciteit
®
ASV weerklinkt permanent.
®
ASV tijdens gebruik wordt
®
ASV omgeschakeld naar de luchttoevoer
®
®
Colt moet tijdens gebruik van de
Gebruiksaanwijzing
i
Evacuatie (storing van de onafhankelijke luchttoevoer)
Als de onafhankelijk luchttoevoer onderbroken wordt, dient de drager
overeenkomstig de vastgelegde procedures te handelen (zie de
bovenstaande waarschuwingen).
●
Bij de evacuatie als volgt te werk gaan:
a. De onafhankelijke luchttoevoer van de PAS
b. De gevarenzone via de kortste en veiligste vluchtroute verlaten.
De waarschuwingsfluit van de PAS
ademluchtcilinder van lucht voorzien en weerklinkt daarom
permanent tijdens de evacuatie.
Na het bereiken van een veilige zone kan de ademautomaat indien nodig
van het gelaatsmasker worden verwijderd, en kan normaal verder worden
geademd.
3.3
Dropdown-cilinderhouder voor de
ademluchtcilinder (optioneel toebehoren)
●
Losmaken van de dropdown-cilinderhouder:
a. Houd de cilinderafsluiter met de linkerhand vast. Druk met de
rechterhand op de rode knop, en houd deze ingedrukt om het
vergrendelingsmechanisme te openen (afbeelding 8).
b. Neem
de
ademluchtcilinder
vergrendelingsmechanisme, en laat de rode knop los
(afbeelding 9).
c. Laat de ademluchtcilinder zakken tot deze door de banden van het
harnas wordt gedragen (afbeelding 10). De houder wordt door
twee banden van het harnas in positie gehouden, waarbij één
band vast en één band verstelbaar is.
d. Houd de cilinderafsluiter vast om de ademluchtcilinder en de
houder naar wens te bewegen.
●
Om de dropdown-cilinderhouder opnieuw aan te sluiten de rol aan de
houder uitlijnen en in het vergrendelingsmechanisme drukken.
3.4
Na gebruik
WAARSCHUWING
!
Het toestel niet afnemen voordat u zich in een veilige zone bevindt
en geen gevaar meer bestaat.
VOORZICHTIG
!
Het toestel niet laten vallen of op de grond gooien om
beschadigingen te voorkomen.
1. Maak de banden van het gelaatsmasker los.
○
Overdruksystemen: bij het afzetten van het gelaatsmasker van het
gezicht, dient op de resetknop (afbeelding 3, punt 2) gedrukt te
worden om de ademautomaat uit te schakelen.
2. Verwijder het gelaatsmasker en strek alle banden van het
hoofdbandenstel.
3. Als de onafhankelijke luchttoevoer nog steeds aangesloten is, dient de
luchttoevoer geïsoleerd en losgekoppeld te worden.
4. Sluit de cilinderafsluiter volledig.
®
Colt
5. Druk op de knop aan de voorkant van de ademautomaat (afbeelding
3, punt 3) om de lucht volledig uit het systeem te laten lopen.
6. Verwijder de ademautomaat van het gelaatsmasker (afbeelding 11 -
weergegeven wordt een insteekconnector).
7. Open de gesp van de heupband en beweeg de gesp van de
schouderband omhoog om het harnas los te maken en het toestel af
te nemen.
8. Voer
de
onderhoudstaken
onderhoudstabel uit (zie paragraaf 5.1).
4
Verhelpen van storingen
Het onderstaande overzicht voor het verhelpen van storingen geeft
van
de
aanwijzingen bij de diagnose alsmede bij reparatiewerkzaamheden voor
gebruikers van ademluchttoestellen. Aanvullende informatie voor het
verhelpen
van
storingen
gebruiksaanwijzing van het desbetreffende toestel (bijv. gelaatsmasker en
ademluchtcilinder).
Neem contact op met het servicepersoneel of met Dräger als voor het
verhelpen van de storing servicewerkzaamheden uitgevoerd moeten
worden, of als de storing na uitvoering van de aanwijzingen niet verholpen
kon worden.
Symptoom
Storing
Lek hogedruklucht of
Losse of vervuilde
lektest niet succesvol
cilinderconnector
Defecte slang of defect
onderdeel
Luchtlek aansluiting
Defecte O-ring,
middendrukslang
borgring, veer of
aan
drukreduceerventiel
Colt. Als
drukreduceerventiel
(veiligheidsventiel)
Middendruk te hoog
Storing
of te laag
drukreduceerventiel
Storing fluitsignaal
Fluit vervuild
Fluit werkt niet
Storing
correct
activeringsmechanisme
5
Onderhoud
5.1
Onderhoudstabel
Voer tests en onderhoud uit op het ademluchttoestel volgens
®
onderstaande tabel. Dit geldt ook voor ademluchttoestellen die niet
gebruikt worden. Noteer alle onderhouds- en testgegevens. Lees ook de
gebruiksaanwijzing voor de ademautomaat, het gelaatsmasker en andere
bijbehorende apparatuur.
®
Colt loskoppelen.
®
ASV wordt door de
en
de
houder
uit
het
na
gebruik
overeenkomstig
de
kan
worden
geraadpleegd
in
de
Oplossing
Connector loskoppelen,
reinigen, opnieuw
aansluiten en
vervolgens nogmaals
testen
Vervangbaar
toebehoren vervangen
en nogmaals testen
Servicewerkzaamheden
uitvoeren
Servicewerkzaamheden
uitvoeren
Fluitbeker reinigen en
nogmaals testen
Servicewerkzaamheden
uitvoeren
3360804 (A3-D-P) Pagina 2 van 3