6 Product gebruiken
6.2.5.
Vloeibaar gas (TRF)
OPGELET
Beschadiging van het instrument door te hoge druk
vermijden!
> De beproevingsdruk van 1,2 bar mag niet worden
overschreden.
Er kunnen 3 verschillende beproevingstypen worden geselecteerd:
•
Druktest (drukbeproeving)
Bij de druktest (drukbeproeving) worden de leidingen voor
vloeibaar gas getest met een hogere druk dan de normale
procesdruk. Zodoende wordt het materiaal blootgesteld aan
een hogere belasting. De druktest (drukbeproeving) brengt
zwakke punten aan het licht en maakt eventuele
materiaalfouten herkenbaar.
Ingebouwde drukregelapparatuur en gasmeters moeten vóór de
druktest (drukbeproeving) gedemonteerd worden. De druktest
(drukbeproeving) wordt uitgevoerd vóór de ingebruikname.
De druktest van buisleidingen voor vloeibaar gas moet worden
uitgevoerd met lucht of stikstof, en delen van de uitrusting
moeten daarbij worden betrokken. Hij kan echter ook met water
als testmedium worden uitgevoerd. Volgens TRF (Duitsland)
moet de druk bij de drukbeproeving het 1,1-voudige van de
toegelaten druk (wordt bepaald door de reactiedruk van de
veiligheidsafsluitklep), maar minstens 1 bar bedragen. Een
drukval is na afloop van de stabilisatie- en meettijd niet
toegelaten.
•
Dichtheidstest
De dichtheidstest (met lucht of inert gas, bijv. CO2 of N2) wordt
vlak voor de ingebruikname uitgevoerd. Hij dient voor de
dichtheidsbeproeving (materiaalbeproeving) van nieuw gelegde
of gesaneerde leidingen. De test omvat alle buisleidingen tot
aan de gesloten aansluitarmaturen van de gastoestellen.
Vlak voor de ingebruikname en na de drukbeproeving moeten
alle buisleidingen tot aan de instelelementen van de toestellen
met een overdruk van 100 mbar (TRF, Duitsland) met lucht op
dichtheid getest worden.
50
Leidingen voor vloeibaar gas moeten vóór het aanbrengen
van de corrosiebescherming, vóór het bepleisteren of op
een andere manier afdekken en vóór de ingebruikname
(vulling) van een tank voor vloeibaar gas aan een druktest
(drukbeproeving) en een dichtheidstest worden
onderworpen. Het moet geattesteerd worden dat de
leidingen volgens de voorschriften zijn aangelegd.