aftapplug weer op zijn plaats terug met een nieuwe
afsluitring, Onderdeelnr. 74-7850.
2.
Verwijder het oliefilter (Afb. 22). Breng een dun laagje
schone olie aan op de nieuwe afsluitring voordat u het filter
er weer op schroeft. DRAAI HET FILTER NIET TE VAST.
3.
Vul 15W-40 CE olie bij in het carter. De capaciteit is 4,5l
inclusief filter.
BRANDSTOFSYSTEEM (Afb. 23)
Brandstoftank
Na de eerste 800 bedrijfsuren of jaarlijks, afhankelijk van
hetgeen zich het eerste voordoet, moet de brandstoftank afgetapt
en gereinigd worden. De tank moet eveneens afgetapt en
gereinigd worden indien het brandstofsysteem vervuild geraakt
is of indien de machine voor een langere periode gestald gaat
worden. Gebruik schone brandstof om de tank schoon te
spoelen.
Omdat dieselbrandstof brandbaar is, moet u voorzichtig
te werk gaan als u ermee werkt of deze bewaart. Rook
niet tijdens het bijvullen van de brandstoftank. Vul de
brandstoftank niet bij als de motor loopt, heet is, of als
de machine in een afgesloten ruimte staat. Vul de tank
altijd in de open lucht bij en verwijder eventuele
gemorste dieselbrandstof voordat u de motor start.
Bewaar de brandstof in een schone, goedgekeurde
container en zorg dat de dop goed vastgedraaid is.
Gebruik dieselbrandstof uitsluitend voor de motor en
voor geen enkel ander doeleinde.
Brandstofleidingen en -verbindingen
Controleer elke 400 bedrijfsuren of jaarlijks, afhankelijk van
hetgeen zich het eerste voordoet, de brandstofleidingen en
-verbindingen. Inspecteer op slijtage, schade of loszittende
verbindingen.
GEVAAR
1
2
Afbeelding 23
1.
Brandstoffilter
2.
Aftapschroef
3.
Injectiepompje
3
25