Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Procedure; De Gereflecteerde Gevoelstemperatuur Wijzigen; Algemeen; De Afstand Tussen Het Object En De Camera Wijzigen - FLIR E Series Gebruikershandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor E Series:
Inhoudsopgave

Advertenties

8
Bediening
De emissiegraad is een eigenschap die aangeeft hoeveel straling van een object afkomt
en er niet door wordt gereflecteerd. Een lagere waarde geeft aan dat er een groter deel
wordt gereflecteerd, terwijl een hoge waarde aangeeft dat een lager deel wordt
gereflecteerd.
Gepolijst roestvrij staal heeft bijvoorbeeld een emissiegraad van 0,14, terwijl een PVC-
vloer met structuur doorgaans een emissiegraad van 0,93 heeft.
Zie het gedeelte 16 Thermografische meettechnieken, pagina 69 voor meer informatie
over emissiegraden.

8.17.2 Procedure

Volg deze procedure:
1. Druk op het midden van de navigatietoets. Er verschijnt een werkbalk.
2. Selecteer in de werkbalk Opties
3. Selecteer in het dialoogvenster Metingsparameters. Er verschijnt een dialoogvenster.
4. Selecteer in het dialoogvenster Emissiegraad. Er verschijnt een dialoogvenster.
5. Selecteer in het dialoogvenster Aangepaste waarde voor een dialoogvenster waar u
een aangepaste waarde kunt opgeven.
8.18 De gereflecteerde gevoelstemperatuur
wijzigen

8.18.1 Algemeen

Deze parameter wordt gebruikt om de straling die wordt gereflecteerd door het object te
compenseren. Als de emissiegraad laag is en de objecttemperatuur aanzienlijk anders
dan die van het gereflecteerde object, is het belangrijk om de gereflecteerde gevoels-
temperatuur goed in te stellen en deze hier correct voor te compenseren.
Zie het gedeelte 16 Thermografische meettechnieken, pagina 69 voor meer informatie
over gereflecteerde gevoelstemperatuur.
8.18.2 Procedure
Volg deze procedure:
1. Druk op het midden van de navigatietoets. Er verschijnt een werkbalk.
2. Selecteer in de werkbalk Opties
3. Selecteer in het dialoogvenster Metingsparameters. Er verschijnt een dialoogvenster.
4. Selecteer in het dialoogvenster Gereflecteerde temperatuur voor een dialoogvenster
waar u een waarde kunt opgeven.
8.19 De afstand tussen het object en de
camera wijzigen
8.19.1 Algemeen
De afstand tussen de camera en het object is nodig, zodat de camera nauwkeurig tem-
peraturen kan meten.
8.19.2 Procedure
Volg deze procedure:
1. Druk op het midden van de navigatietoets. Er verschijnt een werkbalk.
2. Selecteer in de werkbalk Opties
3. Selecteer in het dialoogvenster Metingsparameters. Er verschijnt een dialoogvenster.
4. Selecteer Afstand in het dialoogvenster. Er wordt dan een ander dialoogvenster
weergegeven waarin u een afstand kunt selecteren.
#T559828; r. AL/42273/42280; nl-NL
. Er verschijnt een dialoogvenster.
. Er verschijnt een dialoogvenster.
. Er verschijnt een dialoogvenster.
24

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

E4E5E6E8

Inhoudsopgave