Inhoudsopgave
Advertenties
Opmerking: Als u een code hebt ingevoerd waarvan u denkt dat
deze correct is en u krijgt een foutbericht voor verkeerde code,
controleer dan op het scherm of de artsencode is aangepast. Als
de code niet is aangepast, is deze verkeerd ingevoerd. Probeer
het opnieuw. Als de code is aangepast, gebruikt u de aangepaste
artsencode. Als u deze code niet kent, neemt u contact op met uw
®
CADD
-Solis-systeemadministrator.
WAARSCHUWING: Om te voorkomen dat de patiënt toegang krijgt tot
de klinische bolusfunctie, moet u zorgen dat de patiënt de
beveiligingscodes niet kent. Onjuiste programmering kan leiden
tot ernstig letsel bij of overlijden van de patiënt.
4. Zorg dat de dosis van de klinische bolus het gewenste niveau heeft en
selecteer Toedienen.
Opmerking: Als u een waarde opgeeft die zich buiten de zachte
limietwaarden bevindt, wordt een scherm weergegeven waarin u wordt
gevraagd te bevestigen dat u de zachte limietwaarden wilt negeren.
5. Op het scherm wordt de vermindering van de hoeveelheid weergegeven
terwijl de bolus wordt toegediend. U kunt de bolus op elk moment
stoppen door Stop bolus te selecteren.
WAARSCHUWING: Laat de pomp nooit onbeheerd achter terwijl
het bewerkingsscherm van de klinische bolus open is. U moet de
geprogrammeerde waarde toedienen, of annuleren om het scherm
verlaten. Als u dit niet doet, kan dit leiden tot ernstig letsel bij of
zelfs overlijden van de patiënt.
Nieuwe patiënt starten
Elke keer als een nieuwe patiënt wordt gestart, wordt dit geregistreerd in
het eventlog. Alle andere rapporten worden gewist.
Een nieuwe patiënt starten:
1. Stop de pomp, als deze loopt.
2. Druk in het menu Taken op
wordt gemarkeerd en druk op
U
D
3. Druk op
of
om de gewenste therapie te markeren en druk
S
op
.
U
D
4. Druk op
of
om de gewenste kwalificatie te markeren en druk
S
op
.
U
D
5. Druk op
of
om de gewenste medicatie en de gewenste
concentratie te markeren en druk op
U
D
of
totdat Start nieuwe patiënt
S
.
.
S
p
rogrAmmering en bediening
31
Advertenties
Inhoudsopgave
