Brandbeveiliging Brandgevaar door vervuiling en vetophopingen
Apparaat op rolwielen Verwondingsgevaar door apparaat op rolwielen
Ondeskundige reiniging Gevaar van chemische brandwonden door reinigingsmiddel
•
Apparaat alleen door bevoegd gekwalificeerd personeel laten
repareren.
•
Apparaat na gebruik reinigen.
•
Apparaat niet als friteuse gebruiken.
Brandgevaar door oververhitting
•
Het apparaat tijdens het bedrijf in de gaten houden.
•
De maximale vulhoeveelheid aanhouden.
Brandbestrijding
•
In geval van brand apparaat van het elektriciteitsnet scheiden.
•
Het deksel sluiten om brand te verstikken.
•
Vetbranden met brandblusser brandklasse F blussen, nooit met
water. Andere branden bijvoorbeeld met ABC-blusser, CO
blusser of een voor de actuele brandklasse geschikt blusmiddel
blussen.
•
Het apparaat alleen voor reiniging en onderhoud verplaatsen.
•
Rolwielen tijdens het gebruik vastzetten.
•
Apparaat alleen verplaatsen als het leeg is.
Gevaar door kabelbreuk bij hoge trekbelasting
•
Apparaat met een ketting als trekontlasting van de aansluitleiding
ter plaatse zo beveiligen dat de aansluitleidingen bij een
apparaatbeweging niet aan trekbelasting worden blootgesteld.
•
Instructies van de fabrikant van het reinigingsmiddel in acht
nemen.
•
Bij omgang met bijtende reinigingsmiddelen geschikte
veiligheidsmaatregelen in acht nemen.
Gevaar van vallen door gladde bodem
•
Bodem voor het apparaat schoon en droog houden.
Materiële schade door ondeskundige reiniging
•
Apparaat na gebruik reinigen.
•
Apparaat niet met een hogedrukreiniger of waterstraal reinigen.
•
Behuizing niet met sterk schurende of chemisch agressieve
reinigingsmiddelen reinigen.
•
Behuizing niet met sterk schurende sponzen reinigen.
•
Instructies van de fabrikant van het reinigingsmiddel in acht
nemen.
Bedieningshandleiding
Veiligheidsinstructies
-
2
11