5.4.2
Lijn de machine uit op de werkmachine en zet hem vast (IM B3/ IM B35)
1. Houd rekening met de eventuele voorschriften voor het uitlijnen van de werkmachine en van
2. Richt de motoren met de koppelingsafdrijving ten opzichte van de werkmachine zodanig uit
3. Leg voor uitlijning in verticale richting (x→0) grote, dunne platen onder de machinevoeten.
SIMOTICS FD 1MQ1
Bedieningshandleiding 01/2019
de fabrikant van de koppeling.
dat de middellijnen van de assen in bedrijfswarme toestand parallel en zonder verspringing
verlopen. Daardoor werden er tijdens het bedrijf geen bijkomende krachten in op de
lageringen.
Bij verschillende thermische groei van motor en aangedreven machine koppelt u in de
koude toestand met een bijbehorende uitlijnafwijking. De uitlijnafwijking die in koude
toestand moet worden ingesteld, moet door de systeemverantwoordelijke bepaald en
aangegeven worden.
Gebruik zo weinig mogelijk platen. Dit betekent dat er zo weinig mogelijk hulpstukken op
elkaar mogen worden gestapeld. Daarmee wordt het vastzetten van de machines
vermeden. Gebruik de voorhanden zijnde schroefdraad voor afdrukbouten, om de machine
wat op te tillen.
Met name bij hoge motortoerentallen of bij het gebruik van starre koppelingen hebben de
balanstoestand van de as (balanceren met hele spie of halve spie) en uitlijnfouten vooral
gevolgen voor de levensduur van de lagers.
Montage
5.4 Machine monteren
65