Handmatige klimaatregeling met airconditioning, A/C
Ventilator
U kunt de snelheid waarmee
de ventilator draait verhogen
of verlagen door aan de
knop te draaien. Als de
draaiknop in stand 0 staat, is
de airconditioning niet
ingeschakeld.
Elektrische achterruit- en
buitenspiegelverwarming
Met deze knop kunt u de
achterruit en de buiten-
spiegels snel ontdoen van
condens of ijs (zie pagina 47
voor meer informatie over
deze functie).
Recirculatie
U kunt de recirculatie
inschakelen, als u vieze
lucht, uitlaatgassen en
dergelijke buiten wilt
houden. De lucht in de
passagiersruimte wordt dan
gerecirculeerd, d.w.z. er wordt geen lucht van
buiten de auto aangezogen, wanneer de
functie actief is. Bij gebruik van de recirculatie
(in combinatie met het A/C-systeem) wordt
de lucht in de passagiersruimte bij warm
weer sneller afgekoeld.
Als u de recirculatie lang laat aanstaan, kan er
met name in de winter wasem en ijs op de
binnenkant van de ruiten ontstaan. Met de
timerfunctie beperkt u de kans op ijs, wasem
en een slechte lucht.
Ga als volgt te werk om deze te activeren:
– Druk de knop
langer dan
3 seconden in. De LED knippert
5 seconden. De lucht in de auto wordt
afhankelijk van de buitentemperatuur 3 tot
12 minuten lang gerecirculeerd.
– Telkens wanneer u op
de timerfunctie geactiveerd.
Doe het volgende om de timerfunctie uit te
schakelen:
– Druk de knop
nogmaals maar dan
langer dan 3 seconden in. De LED gaat
5 seconden branden ter bevestiging van
uw keuze.
Luchtverdeling
Voor optimaal comfort kunt
u de met stippen gemar-
keerde luchtverdelings-
standen tussen de
verschillende symbolen
gebruiken om de luchtver-
deling precies af te stellen.
Ontwaseming
Zet de knop voor de luchtverdeling in de
stand voor ontwaseming
voorruit en de zijruiten snel te ontwasemen en
ontdooien. Er stroomt dan op hoge snelheid
lucht naar de ruiten.
Bij activering van deze functie gebeurt
bovendien het volgende om de lucht in het
interieur zoveel mogelijk van vocht te
ontdoen:
• de airconditioning (A/C) wordt automa-
tisch ingeschakeld (tenzij de ventilator in
drukt, wordt
stand 0 staat));
• de recirculatie wordt automatisch uitge-
schakeld.
Bij het uitschakelen van de ontwaseming
hervat de klimaatregeling de
voorgaande instellingen.
Klimaatregeling
om de
67