Oliën en vloeistoffen
Reservoir voor ruitensproeiervloeistof.
Reservoir voor
ruitensproeiervloeistof
De ruitensproeiers en koplampsproeiers
maken gebruik van hetzelfde vloeistofre-
servoir. Zie de aan te houden hoeveelheden
en de aanbevolen kwaliteit voor vloeistoffen
en oliën op pagina 227.
Giet tijdens de wintermaanden antivries in
het reservoir om te voorkomen dat de
vloeistof in de pomp, het reservoir en de
slangen bevriest.
Tip: Maak bij het bijvullen van ruitensproeier-
vloeistof ook meteen de wisserbladen
schoon.
Koelvloeistofreservoir.
Koelvloeistof
Controleer de koelvloeistof regelmatig. De
koelvloeistof moet tussen het MIN- en MAX-
streepje op het expansiereservoir staan. Vul
koelvloeistof bij, wanneer het peil tot onder
het MIN-streepje is gezakt.
Zie de aan te houden hoeveelheden en de
aanbevolen kwaliteit voor vloeistoffen en
oliën op pagina 227.
Volg de aanwijzingen op de verpakking op.
Het is belangrijk dat u verhouding tussen
koelvloeistof en water afstemt op de
heersende weersomstandigheden. Vul het
reservoir nooit alleen met schoon water. Het
gevaar voor bevriezing neemt toe, zowel
wanneer het percentage koelvloeistof te laag
is als wanneer het te hoog is.
Onderhoud en service
BELANGRIJK!
Het is uitermate belangrijk dat u een
koelvloeistof met roestwerende eigen-
schappen gebruikt volgens de aanbeve-
lingen van Volvo. Een nieuwe auto is
voorzien van koelvloeistof die bestand is
tegen temperaturen tot ca. –35 °C.
BELANGRIJK!
De motor mag alleen draaien met een
goed gevuld koelsysteem. De tempera-
turen kunnen plaatselijk hoog oplopen,
wat schade (scheurvorming) aan de cilin-
derkop kan veroorzaken.
WAARSCHUWING!
De koelvloeistof kan bijzonder heet zijn.
Als u moet bijvullen terwijl de motor op
bedrijfstemperatuur is, moet u langzaam
de dop van het expansiereservoir
losdraaien om de overdruk te laten
ontsnappen.
161