Let erop dat er geen water in de
elektronica, de verlichting of in de
ventilatieroosters terechtkomt.
Zorg ervoor dat er geen reinigings-
water door de afvoeropening voor
het dooiwater loopt.
Gebruik geen stoomreiniger.
Stoom kan in aanraking komen met
delen van het apparaat die onder
spanning staan en zo kortsluiting
veroorzaken.
Het typeplaatje in de binnenruimte
van het apparaat mag niet worden
verwijderd. De gegevens zijn nodig
in het geval er een storing optreedt.
Het reinigen van de koel-vriescombinatie
Om beschadigingen aan het opper-
vlak te voorkomen, mag u de volgen-
de producten bij het reinigen niet ge-
bruiken:
– zuur-, soda-, ammoniak- of chloride-
houdende reinigingsmiddelen;
– kalkoplossende reinigingsmiddelen;
– schurende reinigingsmiddelen zoals
schuurpoeder;
– oplosmiddelhoudende reinigingsmid-
delen;
– reinigingsmiddelen voor roestvrij
staal;
– reinigingsmiddelen voor afwasauto-
maten;
– ovensprays;
– glasreinigers;
– schurende artikelen zoals schuur-
sponsjes, borsteltjes of puimsteen-
tjes;
– scherpe schrapers.
Voor het reinigen
^ Schakel de koel-vriescombinatie uit.
^ Trek de stekker uit het stopcontact of
schakel de hoofdschakelaar van de
huisinstallatie uit.
^ Haal de levensmiddelen uit het appa-
raat en bewaar ze op een koele
plaats.
^ Ontdooi de diepvrieszone.
^ Haal alle onderdelen uit het apparaat
die kunnen worden verwijderd.
35