2. Houd de papiergeleiders in het midden vast en verschuif ze naar het gewenste
papierformaat.
3. Selecteer de gewenste papiersoort voor de afdrukopdracht.
4. Waaier de transparanten uit zodat ze niet aan elkaar blijven plakken voordat u ze in
de lade plaatst.
5. Schuif de transparanten LKE in de lade met de zijde waarop gekopieerd moet worden
naar boven gericht en met de verwijderbare strook naar rechts.
6. Blijf het papier of afdrukmateriaal in de lade schuiven totdat het niet verder kan.
7. Stel de papiergeleiders zo af dat deze de randen van de stapel net raken.
Voorgeboord papier in de handmatige invoer (lade 5) plaatsen
1. Open de handmatige invoer (lade 5) voorzichtig zover als nodig is voor het papier.
2. Houd de papiergeleiders in het midden vast en verschuif ze naar het gewenste
papierformaat.
3. Selecteer de gewenste papiersoort voor de afdrukopdracht.
4. Waaier de vellen uit voordat u ze in de lade plaatst.
5. Schuif het voorgeboorde papier in de lade in de LKE-richting met de gaten naar rechts.
6. Blijf het papier of afdrukmateriaal in de lade schuiven totdat het niet verder kan.
7. Stel de papiergeleiders zo af dat deze de randen van de stapel net raken.
Enveloppen in lade 5 plaatsen
OPMERKING
U kunt alleen vanuit de handmatige invoer (lade 5) op enveloppen afdrukken. U kunt
lade 6 en 7 gebruiken als de briefkaartbeugel is bevestigd en de stapel niet hoger is dan
200 enveloppen.
Volg bij het instellen van de afdrukopdracht de onderstaande stappen om de aangepaste
papierinstellingen in het venster Lade-eigenschappen te definiëren en dit papier toe te
wijzen aan lade 5. Meet de hoogte en breedte van de envelop met de klep gesloten.
De volgende envelopformaten worden ondersteund: U kunt enveloppen van andere
formaten gebruiken maar dan zijn de gewenste resultaten niet gegarandeerd.
C4 (229 x 324 mm) Lange kant eerst of Korte kant eerst
C5 (162 x 229 mm) Lange kant eerst of Korte kant eerst
#10 (4,125 x 9,5 inch) Korte kant eerst
1. Plaats enveloppen altijd met de kleppen gesloten.
Gebruik geen gewatteerde enveloppen.
2. Als u de enveloppen met de korte kant eerst invoert, plaatst u de kleppen naar de
achterkant van de pers gericht. Als u de enveloppen met de lange kant eerst invoert,
plaatst u de kleppen naar de invoerrand gericht.
3. Selecteer voor verzending van het afdrukbestand Aangepast papier als Papiersoort.
Voer de afmetingen van de envelop in.
Xerox
®
Versant 2100 Press
Handleiding voor de gebruiker
Papier en ander afdrukmateriaal
4-9