5. Probleem met afbeeldingskwaliteit: Lijnen
4.
Druk de afbeeldingen af. Is het probleem opgelost?
Ja
Nee
5.
Pas bij [Geavanceerde instellingen] voor het aangepaste papier de instellingen voor het
uitgangsvoltage voor papieroverdracht aan.
<Afdrukken in kleur>
Selecteer 1214: [Uitgangsvoltage papieroverdracht], en verander de cursors in [Zijde 1] en
[Zijde 2] in [Full color] naar [ ].
<In zwart-wit afdrukken>
Selecteer 1214: [Uitgangsvoltage papieroverdracht], en verander de cursors in [Zijde 1] en
[Zijde 2] in [Zwart-wit] naar [ ].
6.
Druk de afbeeldingen af. Is het probleem opgelost?
Ja
Nee
(b) Vervang de tussenliggende transferriem om het optreden van witte strepen te verminderen
1.
Vervang de tussenliggende transferriem.
Raadpleeg de Vervangingshandleiding voor meer informatie over het vervangen van de
tussenliggende transferriem.
2.
Selecteer bij [Geavanceerde instellingen] voor het aangepaste papier 1331:
[Motorsnelheid], en wijzig de cursor bij [Invoersnelheid papieroverdrachtroller] in [ ].
3.
Wijzig de instellingen bij [Invoersnelheid transfertimingroller] aan de hand van de
gewijzigde instellingen bij [Invoersnelheid papieroverdrachtroller].
De instellingen zijn afhankelijk van de papierdikte (papiergewicht).
Voor meer informatie over het wijzigen van de instellingen aan de hand van papierdikte
(papiergewicht), zie Pag. 219 "De motorsnelheid aanpassen".
• Het verlagen van de waarde bij [Uitgangsvoltage papieroverdracht] kan voor de volgende
problemen zorgen:
• Er kunnen spikkels ontstaan wanneer er een afbeelding wordt afgedrukt die een breed
gebied beslaat.
• Als kleuren overlappen, kunnen deze veranderen.
50
Klaar!
Ga verder met de volgende stap.
Klaar!
Ga door naar "(b) Vervang de tussenliggende transferriem om het optreden van
witte strepen te verminderen".