2 .
I N S T A L L A T I E E N A A N S L U I T I N G
2.1
Installatie
Zowel de motor als de besturingseenheid worden veelal in de
kast van de warmtewisselaar geïnstalleerd. Op deze wijze nemen
ze geen extra plaats in en zijn ze goed beschermd tijdens
transporten. Inbouw in de rotorkast is ook gunstig uit EMC
oogpunt. De motor wordt bij toepassing van een V-snaar meestal
op een verende motorstoel geïnstalleerd. Dit voorkomt
problemen ten gevolge van onronde rotoren. Tussen motor en
motorstoel moet een trillingdemper worden gemonteerd, die
voorkomt dat motortrillingen zich voortplanten naar de
motorstoel en de rotorkast.
10-F08
Fig. 1
Rotor met aandrijfsysteem.
10
Besturingseenheid
Motor
INSTALLATIE EN AANSLUITING