Voorbereiding van de inzet
4.4 Ontwerp van het koelcircuit en de koelmiddeltoevoer
Gebruik roestvrij staal of staal (S235JR) voor de leidingen en fittings van het koelcircuit.
4.4.2
Drukken en drukverschillen in het koelcircuit
De toegestane maximumdruk in het koellichaam, en daarmee in het koelcircuit, mag niet groter
zijn dan 6 bar.
● Als u een pomp gebruikt met een groter vermogen dan deze maximale druk, zorg dan aan
● Ontwerp een zo klein mogelijk drukverschil voor het koelmiddel in de aan- en
● De drukdaling is afhankelijk van het machinetype. Het type van de machine vindt u op het
● Gebruik bij gevaar voor vorst een voor deze temperatuur geschikt koelwater dat van een
Zie ook
Koelwatertoevoer aansluiten (Pagina 75)
32
zijde van de installatie ervoor, dat deze maximale druk niet wordt overschreden.
afvoerleidingen, zodat u een pomp met een vlakke karakteristiek kunt gebruiken. De
maximale drukverschil in het koellichaam verschilt afhankelijk van de ashoogte. Bij grotere
drukverschillen neemt het gevaar op cavitatie en slijtage aanzienlijk toe.
Machinetype
1LH....-3A...-....
1MH....-3A...-....
1LH....-3B...-....
1MH....-3B...-....
1LH....-4A...-....
1MH....-4A...-....
1LH....-4B.1.-....
1MH....-4B.1.-....
1LH....-4B.3.-....
1MH....-4B.3.-....
1LH....-4B.5.-....
1MH....-4B.5.-....
1LH....-4B.7.-....
1MH....-4B.7.-....
vermogensplaatje.
antivriesmiddel voorzien is.
Bij toevoeging van antivriesmiddelen neemt de drukdaling toe.
Volumestroom ± 10%
[l/min]
40
40
60
60
60
80
80
Drukdaling voor drinkwater
[bar]
1,0
1,2
1,1
1,2
1,2
1,2
1,2
SIMOTICS FD 1MH1
Bedieningshandleiding 01/2019