Stuurvin
A WAARSCHUWING
Een onjuiste afstelling van de stuurvin kan
ertoe leiden dat de boot moeilijk te besturen
is.
Wanneer de schroefas niet parallel loopt aan het
wateroppervlak kan de schroef tegenkracht veroor-
zaken op de besturing. De stuurvin is zo af te stel-
len dat hij deze tegendruk opvangt.
BELANGRIJK: Eén afstelling van de stuurvin
maakt het sturen makkelijker bij één bepaalde com-
binatie van snelheid, buitenboordmotorhoek en be-
ladingsomstandigheden. Geen enkele afstelling
kan het sturen makkelijker maken bij elke snelheid,
buitenboordmotorhoek
heid. Als de boot naar links of rechts trekt bij een
evenwichtig verdeelde lading, stel dan de stuurvin
als volgt af:
Zet de buitenboordmotor UIT
schroef van de stuurvin los. Als de boot naar rechts
trok, beweeg dan de achterzijde van de stuurvin
een klein stukje naar rechts. Als de boot naar links
trok, beweeg dan de achterzijde van de stuurvin
een klein stukje naar links.
1. Schroef van de stuurvin
Draai de schroef van de stuurvin aan tot 47-54 N•m.
Test de boot en herhaal zo nodig de procedure tot
het sturen zo naar beide zijden evenveel inspan-
ning kost.
Installaties met hooggelegen buitenboordmo-
tor — De stuurvin kan boven de waterlijn komen
te zitten als de buitenboordmotor wordt uitgetrimd.
Is dat het geval, dan wordt het sturen zwaarder. Als
de buitenboordmotor weer wordt ingetrimd en de
stuurvin weer onder water komt, moet het sturen
weer minder zwaar worden.
AFREGELINGEN
en
beladingsomstandig-
en draai de
1
DR5158
Dubbele buitenboordmotoren (beiden rechts-
om draaiend) — Verzet beide stuurvinnen even-
veel en in dezelfde richting.
Dubbele buitenboordmotoren (één rechtsom en
één linksom draaiend) — Verzet beide stuurvin-
nen in de middenstand.
Tiltbegrenzernok
Als uw buitenboordmotor tijdens het tilten de motor-
ruimte raakt, moet de maximum tiltstand worden
bijgesteld.
Zet de buitenboordmotor in de normale bedrijfs-
stand. Draai de tiltbegrenzernok - trek het lipje er-
van naar voren en omhoog om de mate waarin de
motor OMHOOG tilt te VERMINDEREN.
Controleer of de afstelling juist is - zet de motor in
de maximale tiltstand en stel zo nodig verder bij.
Laat vóór elke afstelling de motor in de verticale
stand terugkomen en controleer na elke afstelling
opnieuw.
A WAARSCHUWING
Als u de tiltlimietschakelaar afstelt, wordt
NIET voorkomen dat de motor volledig tilt en
de motorruimte raakt als de tandwielkast bij
hoge snelheid een voorwerp raakt. Bij een
dergelijke botsing kunnen de boot en de
motor beschadigd raken en de inzittenden
van de boot letsel oplopen.
DR5157
61