Bij afstandsbedieningen voor inbouw in de
kompasstandaard of verborgen inbouw in de
zijwand, zet de gashendel terug op STATIO-
NAIR.
De buitenboordmotor blijft op laag stationair toe-
rental draaien.
3) Nadat
de
buitenboordmotor
15 seconden heeft gedraaid:
Bij afstandsbedieningen voor inbouw in de
zijwand, zet u de hoog stationair-hendel op-
nieuw omhoog.
Bij afstandsbedieningen voor inbouw in de
kompasstandaard of verborgen inbouw in de
zijwand, zet u de gashendel in een positie bo-
ven HALVE KRACHT.
De buitenboordmotor zal versnellen naar hoog
stationair en zichzelf doorsmeren.
4) Laat de buitenboordmotor draaien tot hij auto-
matisch stilvalt (minder dan één minuut).
De winterberging is voltooid wanneer de buiten-
boordmotor zichzelf uitschakelt.
• Als de buitenboordmotor zichzelf NIET uit-
schakelt, hebt u de hoog stationair-hendel of –
knop mogelijk niet gebruikt en werd de buiten-
boordmotor in versnelling geschakeld.
• Als de motor sneller dan 3.000 tpm draait,
staat hij mogelijk in versnelling.
In beide gevallen moet u de sleutelschakelaar on-
middellijk op UIT zetten en de procedure herbe-
ginnen.
Buitenboordmotoren met stuurarm
1) Zet de gashendel in een positie boven HALVE
KRACHT. Start de buitenboordmotor. De bui-
tenboordmotor draait op laag stationair toeren-
tal.
Stuurarm - typisch
006458
nog
eens
2) Zet de gashendel, nadat de buitenboordmotor
ongeveer 15 seconden heeft gedraaid, op STA-
TIONAIR. De buitenboordmotor blijft op laag
stationair toerental draaien.
3) Zet de gashendel, nadat de buitenboordmotor
nog eens 15 seconden heeft gedraaid, in een
006459
positie boven HALVE KRACHT. De buiten-
boordmotor zal versnellen naar hoog stationair
en zichzelf doorsmeren.
4) Laat de buitenboordmotor draaien tot hij auto-
matisch stilvalt (minder dan één minuut).
De winterberging is voltooid wanneer de buiten-
boordmotor zichzelf uitschakelt.
• Als de buitenboordmotor zichzelf NIET uit-
schakelt, hebt u de gashendel mogelijk niet in
de juiste stand gezet.
• Als de motor sneller dan 3.000 tpm draait,
staat hij mogelijk in versnelling.
In beide gevallen moet u onmiddellijk op de motor-
uitschakelaar drukken om de buitenboordmotor uit
te schakelen en de procedure dan herbeginnen.
BEWARING
007036
007037
007038
51