N.B.
U mag de instellingen van het systeemsetupprogramma alleen wijzigen als u
een zeer ervaren computergebruiker bent of u daarom wordt gevraagd door een
medewerker van de technische ondersteuning van Dell. Sommige wijzigingen
kunnen ervoor zorgen dat uw computer niet goed meer werkt.
Het systeemsetupprogramma starten
1 Start of herstart de computer.
2 Als het DELL™-logo verschijnt, drukt u direct op <F2>. Als u te lang
hebt gewacht en het Microsoft
moet u wachten tot u het bureaublad van Windows ziet. Sluit vervolgens
de computer af en probeer het opnieuw.
Vensters van het systemsetupprogramma
N.B.
Als u meer informatie wilt over een specifiek item in een systeemsetupvenster,
selecteert u het item en raadpleegt u het gedeelte Help op het scherm.
De opties van het systeemsetupprogramma worden aan de linkerzijde van elk
scherm weergegeven. De instelling of waarde voor elke optie wordt aan de
rechterkant van de optie in kwestie weergegeven. U kunt instellingen wijzigen
als deze wit in het scherm worden weergegeven. Opties en waardes die u niet
kunt wijzigen (omdat ze door de computer zijn bepaald) worden gedimd
weergegeven.
Rechts bovenin het scherm wordt help-informatie voor de gemarkeerde optie
weergegeven. Links onderin het scherm wordt informatie over de computer
weergegeven. U vindt de toetsfuncties voor systeemsetup aan de onderkant van
het scherm.
Veel gebruikte opties
Voordat de instellingen voor bepaalde opties van kracht worden, moet u eerst
de computer opnieuw starten.
De opstartvolgorde wijzigen
De opstartvolgorde vertelt de computer waar deze moet zoeken naar de
software die nodig is om het besturingssysteem te starten. U kunt de
opstartvolgorde bepalen en apparaten in- of uitschakelen via de pagina Boot
Order (Opstartvolgorde) van het systeemsetupprogramma.
142
Het systeemsetupprogramma
®
®
Windows
-logo wordt weergegeven,