Geheugenkaarten plaatsen
Dit toestel ondersteunt een geheugenkaart van maximaal 32 GB microSD met de indeling FAT32 en
snelheidsklasse 4 of hoger. Het gebruik van een geheugenkaart van 8 GB of groter met snelheidsklasse 10
wordt aanbevolen.
1 Open het klepje of het lipje
aan de voorzijde van de kaartplotter.
2 Plaats de geheugenkaart
.
3 Reinig en droog de pakking en de klep.
LET OP
Om corrosie te voorkomen, moet u ervoor zorgen dat de geheugenkaart, de pakking en de klep goed droog zijn
voordat u de klep sluit.
4 Sluit de klep.
GPS-satellietsignalen ontvangen
Het toestel dient mogelijk vrij zicht op de satellieten te hebben om satellietsignalen te kunnen ontvangen. De tijd
en datum worden automatisch ingesteld op basis van uw GPS-positie.
1 Het toestel inschakelen.
2 Wacht terwijl het toestel satellieten zoekt.
Het kan 30 tot 60 seconden duren voordat u satellietsignalen ontvangt.
Als u de signaalsterkte van de GPS-satelliet wilt weergeven, selecteert u Instellingen > Systeem >
Satellietpositionering.
Als het toestel het satellietsignaal verliest, verschijnt een knipperend vraagteken boven de indicator van de
bootpositie ( ) op de kaart.
Ga voor meer informatie over GPS naar garmin.com/aboutGPS. Voor hulp bij het ontvangen van GPS-signalen,
zie
Mijn toestel ontvangt geen GPS-signalen,
pagina 155.
De GPS-bron selecteren
U kunt uw voorkeursbron voor GPS-gegevens selecteren, als u meerdere GPS-bronnen hebt.
1 Selecteer Instellingen > Systeem > Satellietpositionering > Bron.
2 Selecteer de bron voor GPS-gegevens.
4
Inleiding