Inhoudsopgave
Advertenties
2 - ELEKTRISCHE EN HYDRAULISCHE AANSLUITINGEN
2.1.4 - Overige uitrusting
■ Frequentieregelaar
Raadpleeg de handleiding van de "Frequentieregelaar"
■ EC-motor
Raadpleeg het algemene handboek
2.2 - Opnemers
2.2.1 - Terminologie
- Retour: kanaal van de afgezogen lucht uit het gebouw
- Verse lucht: buitenlucht van het gebouw
- Uitblaaslucht: kanaal van de toevoerlucht (in het gebouw geblazen)
- Omgeving: lucht in de ruimte
- Gecombineerde opnemer: opnemer die de temperatuur en de vochtigheid meet
- DAD: optische rookdetector.
2.2.2 - Voorstelling van de in de set aanwezige opnemers
■ Kanaalopnemers
De opnemers die bestemd zijn om in een kanaal te worden gemonteerd zijn geleverd met een kabel met een lengte van 10 meter voor de
aansluiting op het klemmenblok van de hoofdelektriciteitskast. (indien een kabel langer dan 10 meter (niet meegeleverd) noodzakelijk is,
raadpleeg dan de aanwijzingen in het hoofdstuk ruimteopnemers)
■ Ruimteopnemers
De ruimteopnemers in de set zijn geleverd met stekkers voor de aansluiting op het aansluitblok van de hoofdelektriciteitskast. De kabel
is voor rekening van de klant.
Voor een lengte van minder dan 10 meter kan een niet-afgeschermde kabel worden gebruikt.
Voor een lengte van meer dan 10 meter tot maximaal 30 meter, is een afgeschermde kabel met een getwist paar vereist met een
aparte draad voor de aarding aan de hoofdkast van de luchtbehandelingskast.
Voorgeschreven sectie van kabel: 0,5 tot 1,5 mm² met een buitendiameter van maximaal 8 mm.
2.2.3 - Plaatsing van de opnemers
■ Kanaaldrukopnemer
De kanaaldrukopnemer wordt gebruikt als de luchtbehandelingskast wordt aangestuurd met "constante druk".
De kanaaldrukopnemer moet in een rechte sectie worden geplaatst. Om een onjuist meetresultaat te voorkomen moet de afstand tot
een bocht ten minste gelijk zijn aan 5 keer de diameter of de diagonaal van de kanaal
d
5xd
De zwarte drukaansluiting van de opnemer moet vrij blijven (atmosferische druk).
De rode drukaansluiting van de opnemer moet worden aangesloten op de drukaansluiting in het kanaal, loodrecht op de luchtstroom
geplaatst en op halverwege de hoogte van het kanaal.
■ CO
-opnemer, temperatuuropnemer en gecombineerde opnemer van temperatuur + vochtigheid in het kanaal
2
De CO
-, temperatuur-, en gecombineerde temperatuur- + vochtigheidopnemers moeten in de zone van de luchtstroom worden
2
geplaatst.
■ CO
-opnemer, temperatuuropnemer en gecombineerde opnemer van temperatuur + vochtigheid in de omgeving
2
De ruimteopnemers moeten volgens onderstaand schema worden geplaatst.
Speciale aandacht is vereist aan de opstelling van de omgevingsunit in de ruimte (niet in de zon, niet boven een warmtebron.)
Het einde van de draaddoorvoer moet thermisch geïsoleerd zijn.
5xd
Drukaansluiting
d
5xd
5xd
Drukaansluiting
9
Advertenties
Inhoudsopgave
