7
FYSIEKE KENMERKEN
Afmetingen:
Gewicht:
Modi
Middelingsmodus:
Gevoeligheid:
Alarmsignalen
Geluidssignalen en visuele indicaties voor hoge/lage verzadiging en polsslag
(SpO
Alarmsignalen voor sensortoestand, falen van het systeem en batterijen bijna leeg
Hoge prioriteit:
Lage prioriteit:
Alarmvolume:
Display/indicators
Gegevensweergave: %SpO
Signal IQ / pleth-balk, perfusie-indexbalk, batterijstatus, APOD 8 , FastSat 8
Soort:
Conformiteit
EMC-conformiteit:
Apparatuurclassificatie:
Soort bescherming:
Mate van bescherming-patiëntenkabel:
Werkingswijze Rad-5
Werkingswijze Rad-5v
1 Masimo SET-technologie is gevalideerd voor nauwkeurigheid zonder beweging bij menselijk bloedonderzoek bij gezonde volwassen
vrijwilligers in onderzoeken met geïnduceerde hypoxie in het bereik van 70-100% SpO
ECG-monitor. Deze variatie is gelijk aan plus of min één standaardafwijking wat 68% van de bevolking insluit.
2 Masimo SET-technologie is gevalideerd voor nauwkeurigheid met beweging bij menselijk bloedonderzoek bij gezonde volwassen vrijwilligers
terwijl wrijf- en tikbewegingen werden uitgevoerd bij 2 tot 4 Hz bij een amplitude van 1 tot 2 cm en een niet-herhalende beweging tussen 1
tot 5 Hz bij een amplitude van 2 tot 3 cm in onderzoeken met geïnduceerde hypoxie in het bereik van 70-100% SpO
laboratorium co-oximeter en ECG-monitor. Deze variatie is gelijk aan plus of min één standaardafwijking wat 68% van de bevolking insluit.
3 Masimo SET-technologie is gevalideerd voor lage perfusienauwkeurigheid in referentietesten ten opzichte van een Biotek Index 2 simulator
en de simulator van Masimo met signaalsterkten van meer dan 0,02% en een % overdracht van meer dan 5% voor verzadigingen variërend
van 70 tot 100%. Deze variatie is gelijk aan plus of min één standaardafwijking wat 68% van de bevolking insluit.
4 Masimo-sensoren zijn gevalideerd voor nauwkeurigheid van de hartfrequentie binnen een bereik van 25-240 bpm in laboratoriumonderzoek
dat werd vergeleken met een Biotek Index 2-simulator. Deze variatie is gelijk aan plus of min één standaardafwijking, die 68% van de
populatie omvat.
5 Als alkalibatterij en voor langere tijd moeten worden opgeslagen, wordt aanbevolen dat ze tussen -0 °C en +30 °C worden opgeborgen en
bij een relatieve vochtigheid van minder dan 85%. Indien de batterijen langere tijd onder milieuomstandigheden worden opgeslagen die buiten
deze grenzen liggen, kan het algehele batterijvermogen achteruit zijn gegaan en kan de levensduur van de batterijen korter zijn.
6 Dit vertegenwoordigt looptijd bij benadering bij de laagste indicatorhelderheid en pulstoon uit, met een nieuwe, volledig opgeladen batterij.
Zorg ervoor dat trending uit staat om batterijgebruiksduur te optimaliseren.
7 Met FastSat hangt de middelingstijd af van het invoersignaal. Voor de 2 en 4-seconden instellingen kunnen de middelingstijden variëren van
2-4 en 4-6 seconden respectievelijk.
7-2
-bereik 1-100%, polsslagbereik 25-240 bpm)
2
, polsslag, alarmstatus, alarm stilgelegd-status,
2
Handleiding voor de Rad-5/5v pulsoximeter met signaalextractie
s p e c i f i c a t i e s
15,8 cm x 7,6 cm x 3,6 cm (6,2 inch x 3,0 inch x 1,4 inch)
799 Hz toon, 5 pulssalvo, pulsafstand: 0,250 s,
0,250 s, 0,500 s, 0,250 s, herhaaltijd: 10 s
432 Hz toon, 3 pulsen, herhaaltijd: 5 s
Hoge prioriteit: 75 dB (max), Lage prioriteit: 75 dB (max)
Inwendig gevoed (op batterijvoeding)
Niet doorlopend (steekproefcontrole)
0,32 kg (13 oz.)
2, 4, 8, 10, 12, 14 of 16 seconden 7
Normaal, Maximum en APOD
EN60601-1-2, Klasse B
IEC 60601-1-1 / UL 2601-1
Type BF-toegepast onderdeel
Doorlopend
ten opzichte van een laboratorium co-oximeter en
2
ten opzichte van een
2
LED