Onderhoud gas
· Controleren in geval van pech
–
de aanwezigheid van elektrische
spanning (vermogen en bediening)
–
voeding van brandstof (druk en
open stand van de ventielen)
–
regelorganen
–
de stand van de schakelaars op het
bedieningspaneel TC
Vaststelling
symbolen
brander staat stil in stand er
gebeurt niets
druk van het gas normaal
met dichtheidscontrole
Brander in veiligheid in positie
P
in stand "P"
De motor draait niet.
De contactor is open.
De motor draait niet.
De contactor is gesloten
De motor draait
in stand
1
in stand "1"
afwezigheid van ontstekingsboog
Elektromagnetische ventielen
openen niet
Verbrandingskop
De vlam verschijnt, maar is instabiel of
gaat uit (stroomsterkte van de cel
onvoldoende)
Brander in continue ventilatie zonder vlam
I
in stand "I"
op
of
op
andere voorvallen
ongewild in beveiliging stellen, op welk
moment dan ook dan niet met een
symbool is aangeduid
recyclage van de bedienings- en
beveiligingskoffer zonder
beveiligingsstand
26
Als de storing blijft bestaan:
· Op de bedienings- en veiligheidskoffer,
de verschillende symbolen van het
beschreven programma.
Veiligheidsonderdelen mogen niet
worden gerepareerd maar moeten
worden vervangen door onderdelen
met hetzelfde nummer. Alleen
originele onderdelen van de
Oorzaak
onvoldoende gasdruk
gaspressostaat ontregeld of defect.
Luchtpressostaat gesloten (contact vastgelast)
Dichtheidscontrole in beveiliging.
Dichtheidscontrole zonder spanning
parasietvlam bij het thermostatisch
onderbreken
Gebrek aan luchtdruk.
Thermisch relais ontkoppeld
Contactor defect
Bekabeling tussen de contactor en de
motor defect
Motor defect
Luchtpressostaat ontregeld of defect
Defect van het vlambewakingscircuit
Ontstekingselektroden in kortsluiting.
Ontstekingselektroden beschadigd.
Ontstekingstransformator defect
Bedienings- en beveiligingskoffer
Elektrische verbindingen onderbroken
Spoel(en) kortgesloten
Mechanische blokkering op de ventielen
of op de proportieregelaar
Slechte regeling van de verbrandingskop
Luchtklep te veel open en/of gasdebiet te
groot
servomotor defect
mechanische blokkering van de luchtklep
mechanische koppeling defect
vlamsignaal te vroeg
De cel is versleten
gaspressostaat ontregeld of defect
0009 / 13 007 392B
constructeur gebruiken.
Opmerkingen
Na elke ingreep:
· De verbranding controleren, alsook
de dichtheid van de verschillende
circuits.
· De veiligheidscontroles uitvoernDe
resultaten op de geschikte
documenten optekenen.
Oplossing
de distributiedruk instellen
de filter schoonmaken
regelen of vervangen gas.
Luchtpressostaat vervangen.
ventiel ontgrendelen of vervangen.
Zekering controleren of vervangen
Dichtheid van de gasventielen
controleren.
In naventilatie stellen
Luchtpressostaat vervangen.
Thermisch relais herbewapenen, regelen
of vervangen
De contactor vervangen
De bekabeling controleren.
De motor defect
Luchtpressostaat regelen of vervangen.
De cel controleren
De bedienings- en beveiligingskoffer
Elektroden regelen of vervangen.
Ontstekingskabels vervangen.
Ontstekingstransformator vervangen.
De koffer vervangen
De bekabeling tussen de koffer, de
servomotor en het ventiel controleren.
Spoel(en) vervangen.
Het ventiel vervangen
De verbrandingskop regelen.
De luchtklep en of het gasdiebiet regelen.
servomotor instellen of vervangen
de luchtklep ontblokkeren
de koppeling controleren of vervangen
de bedienings- en
veiligheidskoffer vervangen
gaspressostaat instellen of vervangen.