Actieve parkeerhulp
N.B.: Het systeem detecteert andere
voertuigen en stoepranden om een
parkeerplek te vinden.
2. Druk op het pictogram voor
parkeerhulp op het aanraakscherm.
3. Selecteer fileparkeren.
4. Gebruik de richtingaanwijzer om een
parkeerplek te zoeken aan de
bestuurders- of passagierszijde van de
auto.
N.B.: Als u de richtingaanwijzer niet
gebruikt, zoekt het systeem een parkeerplek
aan de passagierszijde van de auto.
5. Rijd circa 1 m met de auto voorbij en
evenwijdig met andere geparkeerde
voertuigen wanneer u een parkeerplek
zoekt.
N.B.: Zodra de parkeerhulp een geschikte
parkeerplek heeft gevonden, klinkt een
geluidssignaal en verschijnt een bericht in
het informatie- en entertainmentdisplay.
6. Trap het rempedaal in en houd het
ingetrapt.
7.
Laat het stuurwiel los en schakel in
neutraal (N).
8. Houd de knop voor parkeerhulp
ingedrukt.
9. Laat het rempedaal los zodat de auto
wordt geparkeerd.
N.B.: U kunt de auto op elk moment
afremmen door het rempedaal in te trappen.
N.B.: Wanneer u tussen twee voorwerpen
fileparkeert, parkeert het systeem dichter
bij het voorwerp voor de auto. Zo kunt u
eenvoudiger bij de bagageruimte.
N.B.: De auto schakelt in de parkeerstand
(P) wanneer het parkeren is voltooid.
Mustang Mach-E (CGW) Vehicles Built From: 17-09-2021, CG3920nlNLD nlNLD, Edition date: 202109, First-Printing
(indien aanwezig)
IN EEN LOODRECHTE
PARKEERPLEK RIJDEN
1.
Druk kort op de knop van de
parkeersensoren.
N.B.: Parkeerhulp herkent geen belijning
van parkeerplekken en centreert de auto
tussen voorwerpen.
2. Druk op het pictogram voor
parkeerhulp op het aanraakscherm.
3. Selecteer inparkeren.
4. Gebruik de richtingaanwijzer om een
parkeerplek te zoeken aan de
bestuurders- of passagierszijde van de
auto.
N.B.: Als u de richtingaanwijzer niet
gebruikt, zoekt het systeem een parkeerplek
aan de passagierszijde van de auto.
5. Rijd circa 1 m met de auto weg van en
loodrecht op andere geparkeerde
voertuigen wanneer u een parkeerplek
zoekt.
N.B.: Zodra de parkeerhulp een parkeerplek
heeft gevonden, klinkt een geluidssignaal
en verschijnt een bericht in het informatie-
en entertainmentdisplay.
6. Trap het rempedaal in en houd het
ingetrapt.
7.
Laat het stuurwiel los en schakel in
neutraal (N).
8. Houd de knop voor parkeerhulp
ingedrukt.
9. Laat het rempedaal los zodat de auto
wordt geparkeerd.
N.B.: Parkeerhulp stuurt de auto
achterwaarts een parkeerplek in.
N.B.: Parkeerhulp lijnt de voorzijde van de
auto uit met de zijde van het voorwerp
ernaast die zich het dichtst bij de rijstrook
bevindt.
235