Beladen
•
Plaats enkel producten waarvan de kerntemperatuur minimaal 85ºC bedraagt.
•
De warme producten dienen verpakt te worden in daarvoor geschikte zakken of bakjes.
•
Belaad de plateaus met maximaal 1 laag producten voor goed contact met de verwarmde
plateaus.
•
De maximale beladingshoogte is 50 mm onder het plateau/luchtgeleiding erboven.
•
Het maximaal laadvermogen per plateau bedraagt 30 kg/m, bij gelijkmatige belading.
De temperatuur in het toestel controleren
•
Tijdens bedrijf toont de display van de thermostaat de temperatuur bij de sonde in de unit.
De indicatie ON gaat branden als de elementen actief zijn.
De ingestelde temperatuur controleren
1. Blader door de mappen met
2. Druk op SET om de waarde te bekijken die is gemeten door de bijbehorende sonde.
De ingestelde temperatuur aanpassen
1. Tijdens bedrijf toont het display van de thermostaat de temperatuur in de unit.
2. Druk eenmaal op de SET-knop. De ingestelde temperatuur verschijnt op het display.
3. Druk binnen 15 seconden op de
4. Stel de ingestelde temperatuur in door middel van de
5. Druk eenmaal op de SET-knop om de nieuwe ingestelde temperatuur op te slaan.
Controle van de product temperatuur
•
Eens per uur moet de producttemperatuur worden gecontroleerd met behulp van een digitale
thermometer.
•
Noteer de gemeten waarden in een logboek.
•
Gebruik altijd een gedesinfecteerde thermometersensor.
Uitschakelen
1. Verwijder alle producten uit het apparaat en breng ze onmiddellijk over naar een andere
warmhoud toestel om temperatuurdaling te voorkomen.
2. Schakel de verwarming uit.
3. Schakel de hoofdstroom uit.
EU
en
totdat u de map Pb1, Pb2 of Pb3 vindt.
-knop en
-knop.
15/20
-knop en de
-knop.
MTT