Bediening Qc1002™
Starten Qc1002™
Om de eenheid lokaal op te starten,
gaat u als volgt te werk:
– Schakel de batterijschakelaar in, indien van
toepassing.
– Schakel stroomonderbreker Q1 uit. Dit is niet
nodig als er een installatieschakelaar geïnstalleerd
is tussen Q1 en de belasting.
– Draai schakelaar S20 in stand I (AAN). De
generator start een voorverwarmingscyclus die 12
seconden duurt.
– Na de voorverwarming zal de generator starten.
De startpoging zal maximaal 12 seconden duren.
– Schakel stroomonderbreker Q1 in.
Om de eenheid vanop afstand op te
starten, gaat u als volgt te werk:
– Plaats de startschakelaar S20 in de stand
– Schakel stroomonderbreker Q1 in.
– Zet de schakelaar start/stop vanop afstand in stand
start.
De
generator
voorverwarmingscyclus die 12 seconden duurt.
– Na de voorverwarming zal de generator starten.
De startpoging zal maximaal 12 seconden duren.
– Er kan een externe schakelaar worden aangesloten
en gestuurd door de Qc1002™ .
Tijdens de werking van Qc1002™
Controleer regelmatig volgende punten:
– Controleer de aflezingen op de meters en de
lampen.
Vermijd
!
brandstof komt te staan. Mocht dit
toch gebeuren, dan kan voorinspuiten
het starten versnellen.
– Controleer of er geen olie-, brandstof- of
koelvloeistoflekken zijn.
– Vermijd lange perioden met lage belasting
(< 30%). In dit geval kan dit leiden tot een val van
de output en een hoger olieverbruik van het
toestel.
– Controleer m.b.v. de generatormeters of de
spanning tussen de fasen gelijk is en de nominale
stroom in de derde fase (L3) niet overschreden
wordt.
– Indien er éénfasige belastingen aangesloten zijn
aan de uitgangsklemmen van de generator, zorg er
.
dan voor dat de belastingen gelijkmatig verdeeld
zijn.
Als stroomonderbrekers tijdens de werking
worden geactiveerd, schakel dan de belasting uit
start
een
en stop de generator. Nakijken en, indien nodig,
de belasting verminderen.
Tijdens de werking mogen de
!
deuren van de generator slechts
kortstondig geopend blijven om
bijv. routinecontroles uit te voeren.
dat
de
motor
zonder
- 39 -
Stoppen van de Qc1002™
Om de eenheid lokaal te stoppen, gaat
u als volgt te werk:
– Schakel de belasting uit.
– Schakel stroomonderbreker Q1 uit.
– Laat de motor gedurende 5 minuten draaien.
– Draai de startschakelaar S20 in de stand O (UIT).
– Vergrendel de zijdeuren en de deur van het
bedienings- en controlepaneel, om toegang voor
onbevoegden te vermijden.
Ga als volgt te werk om de generator
te stoppen als de startschakelaar in
de stand
staat:
– Schakel de belasting uit.
– Stop
de
motor
door
afstandsschakelaar in de stopstand te zetten of
door de startschakelaar S20 in de stand O (UIT) te
zetten.
– Afkoelperiode standaard 15 sec.
– Vergrendel de zijdeuren en de deur van het
bedienings- en controlepaneel, om toegang voor
onbevoegden te vermijden.
de
start/stop-