Druk op of op gevolgd door om de functie voor de knop te
3.
selecteren:
Deelschakeling
(alleen tweeweg afstandsbediening.) Voor het inschakelen
van deelschakeling B/C/D (alleen systeem van deel
inschakelen), of voor deel inschakelen van de partitie
toegewezen aan de afstandsbediening (gepartitioneerd
systeem). Gebruik voor een systeem van deel inschakelen
of gevolgd door om de deelschakeling te
selecteren.
Voor besturen van een keuze-gebruikeruitgang. Druk op
Uitgang
of op gevolgd door om de uitgang te selecteren, druk
dan op of op gevolgd door om de uitgangsmodus
te selecteren:
In-/Uitschak.
(Alleen eenweg afstandsbediening.) Om het systeem in of
uit te schakelen. Selecteer Inschakelen of Uitschakelen,
druk dan op of op gevolgd door om de In/Uitschak.
stand te selecteren:
Gebruikermenu-opties
Aan – Schakelt de uitgang in.
Uit – Schakelt de uitgang uit.
Omschakelen – Wijzigt de toestand van de uitgang
telkens wanneer u op de knop drukt.
Alles uitschak – Schakelt alle partities uit waaraan de
gebruiker is toegewezen.
Partits uitsch – Schakelt geselecteerde partities uit
waaraan de gebruiker is toegewezen. Druk na het
selecteren van deze optie op of op om door de
partities te scrollen en druk op of op om te
selecteren of de partitie door de knop moet worden
uitgeschakeld. Druk op om te selecteren of de
partitie door de knop moet worden uitgeschakeld.
Alles deel inschakelen (gepartitioneerd systeem) –
Deel inschakelen van alle partities waaraan de
gebruiker is toegewezen.
Pagina 62