Shunt code – Dit type gebruikerscode wordt alleen gebruikt voor het
activeren en deactiveren van shunt groepen (zie pag. 36). Als de
toegangscode of tag van een gebruiker wordt gebruikt, worden alle
zones in de shunt groep die zijn toegewezen aan deze gebruiker,
geshunt.
Snel inschakelen – Dit type gebruiker schakelt het hele systeem uit
of in (voor systeem van deel inschakelen) of alle partities die zijn
toegewezen aan de gebruiker (in een gepartitioneerd systeem). Als de
toegangscode, tag of afstandsbediening van de gebruiker wordt
gebruikt:
In een gepartitioneerd systeem zijn alle partities uitgeschakeld
als een partitie die is toegewezen aan de gebruiker, actueel is
ingeschakeld. In een systeem van deel inschakelen is het hele
systeem uitgeschakeld als het systeem is gedeeltelijk is
ingeschakeld.
In een gepartitioneerd systeem zijn alle partities ingeschakeld
(zelfs als er alarmen aanwezig zijn) als alle partities die zijn
toegewezen aan de gebruiker, actueel zijn uitgeschakeld. Er zijn
geen partities ingeschakeld als een partitie een actieve zone
heeft. In een systeem van deel inschakelen is het hele systeem
ingeschakeld als het hele systeem is uitgeschakeld.
Niveau 4 – Dit type gebruiker kan alleen door de installateur worden
aangemaakt. Een niveau-4-gebruiker kan de firmware- en
taalbestanden op de besturingseenheid bijwerken met de
webinterface.
Een niveau-4-gebruiker kan het systeem niet in- of uitschakelen en
kan in het gebruikersmenu alleen de eigen naam en gebruikerscode
wijzigen (voor toegang tot de webinterface).
Gebruikertoegangscodes
Om het systeem in of uit te schakelen of het gebruikersmenu te openen,
moet een gebruiker zichzelf identificeren met een geldige toegangscode
op het bedieningspaneel of met een tag. Toegangscodes en tags zijn uniek
voor elke gebruiker en kunnen op elk moment afwisselend worden
gebruikt.
Gebruikers kunnen met een afstandsbediening ook het systeem in- of
uitschakelen of uitgangen beheren (afhankelijk van de
systeemconfiguratie).
Inleiding
Pagina 12