DU
6 Schuif de besturingskaart weer in
de printer en zet de twee schroeven
vast.
7 Als er een optionele duplex-eenheid
is geïnstalleerd, maak dan de
kabellade opnieuw vast alsmede
het achterste deel van de
duplex-eenheid. Sluit eventuele
interfacekabels en het netsnoer
weer aan en zet de printer
vervolgens aan en test de DIMM.
(Ga naar pagina C-5.)
Printergeheugen en uitbreiding C-3