2019-06 NL 5020070.10A.05
2.6 Inrijgen
Inrijgen voorbereiden
> Zet de naald door op de toets «Naald omhoog/omlaag» te drukken omhoog.
> Zet de naaivoet omhoog.
Bovendraad inrijgen
3
6
4
7
9
10
∼
8
1
Draadgeleidingsschijf
2
Draadgeleider
3
Draadgeleider
4
Draadspanningsschijven
5
Draadhevelafdekking
6
Draadhevel
1
2
6
5
11
12
7
8
9
10
11
12
Borduurvoorbereidingen
Geleider
Geleider
Inrijghendel
Haakje van ijzerdraad
Draadafsnijder
Garen
27