Schuif de papiergeleiders stevig tegen de randen van het papier
●
Als de papiergeleiders te los of te strak zitten, kan het papier verkeerd worden ingevoerd of kunnen er
papierstoringen ontstaan.
5
Schuif de papierlade in de machine.
●
Als u de papierlade plaatst met <Melden om papierinst. te controleren> ingesteld op <Aan>, verschijnt een
bevestigingsscherm.
»
Ga verder met
geplaatst(P. 157)
Wanneer u papier van een ander formaat of soort gaat gebruiken
●
De standaardinstellingen voor papierformaat en papiersoort zijn respectievelijk <A4> en <Normaal 2>. Als
u papier van een ander formaat of type in de machine plaatst, moet u de instellingen dus aanpassen. Als u
dat niet doet, kan er niet goed worden afgedrukt.
Afdrukken op de achterzijde van bedrukt papier (handmatig dubbelzijdig afdrukken)
●
U kunt afdrukken op de achterzijde van bedrukt papier. Strijk het bedrukte papier glad en leg het in de
papierlade, met de afdrukzijde omlaag of in de multifunctionele lade (
plaatsen(P. 146) ) met de afdrukzijde omhoog.
- Als u de multifunctionele invoer gebruikt, plaats dan steeds één vel papier tegelijk.
- U kunt alleen papier gebruiken dat met dit apparaat is bedrukt.
- U kunt niet afdrukken op de zijde die eerder is bedrukt.
- Als de afdrukken vaag zijn, zet u de bedoelde papierbron op <Aan> in <Handm. achterk. afdr. (alleen 2-
zijdig)>.
<Handm. achterk. afdr. (alleen 2-zijdig)>(P. 485)
- Als u papier van A5-formaat gebruikt, werkt dubbelzijdig afdrukken mogelijk niet goed.
KOPPELINGEN
Geschikt papier(P. 686)
Basishandelingen
<Melden om papierinst. te controleren>(P. 559)
Het type en formaat papier opgeven dat in de papierlade is
Papier in de multifunctionele lade
145