De opties in het menu Kwaliteit op het bedieningspaneel kunnen worden aangepast om de afdrukkwaliteit te verbeteren.
Menuselectie
Doel
Afdrukresolutie
Hiermee selecteert u de resolutie van
afgedrukte uitvoer
Tonerintensiteit
Hiermee maakt u afdrukken lichter of
donkerder en bespaart u toner
Helderheid
Hiermee past u de grijswaarden van
de afgedrukte objecten aan
Contrast
Hiermee past u het contrast van de
afgedrukte objecten aan
†
De fabrieksinstellingen worden aangegeven met een sterretje (*).
Daarnaast kunt u de opties Fine Lines-verbet. en Grijscorrectie inschakelen om de afdrukkwaliteit te verbeteren. Deze
instellingen kunt u maken in het stuurprogramma en de Embedded Web Server (EWS)-interface op de printer. Raadpleeg
de Help in het stuurprogramma voor meer informatie over deze opties.
Stuurprogrammaoptie Doel
Fine Lines-verbet.
Grijscorrectie
†
De fabrieksinstellingen worden aangegeven met een sterretje (*).
Problemen oplossen
Hiermee schakelt u een afdrukmodus
in die speciaal bedoeld is voor
bestanden met nauwkeurige details,
zoals bouwkundige tekeningen,
kaarten, stroomcircuitschema's en
stroomdiagrammen.
Past automatisch de
contrastverbetering aan die is
toegepast op de beelden
Problemen met de afdrukkwaliteit oplossen
†
Waarden
600 dpi*
Beeldkwaliteit 1200
1200 dpi
Beeldkwaliteit 2400
1–10
8* is de standaardinstelling.
Selecteer een lager cijfer om de afdruk
lichter te maken of om toner te
besparen.
-6 – +6
0* is de standaardinstelling.
0–5
0* is de standaardinstelling.
†
Waarden
Aan
Schakel het vakje in het
stuurprogramma in.
Uit*
Schakel het vakje in het
stuurprogramma uit.
Auto
Schakel het vakje in het
stuurprogramma in.
Uit*
Schakel het vakje in het
stuurprogramma uit.
114