▶
Het einde met de knop
ingestelde tijdsduur terugzetten.
a Na enkele seconden neemt het apparaat de wijzi-
ging over en begint het apparaat op te warmen. De
tijdsduur loopt af.
13 Programma's
Met de programma's ondersteunt uw apparaat u bij de
bereiding van verschillende gerechten en kiest u auto-
matisch de optimale instellingen.
13.1 Geschikte vormen voor programma's
Gebruik een hittebestendige vorm, die geschikt is voor
temperaturen tot 300°C.
Vormen van glas of glaskeramiek zijn het best ge-
schikt. Het vlees moet de bodem van de vorm voor ca.
2/3 bedekken.
13.2 Programmatabel
De programmanummers zijn aan bepaalde gerechten toegewezen.
U kunt het gewicht kan in een bereik tussen 0,5 kg en 2,5 kg instellen.
Nr. Gerecht
01 Kip, ongevuld
panklaar, gekruid
02 Kalkoenfilet
van het stuk, gekruid
03 Eenpansgerecht met
groente
vegetarisch
04 Goulash
Rund- of varkensvlees
in blokjes, met groente
05 Gebraden gehakt,
vers
Gehakt van rund-, var-
kens- of lamsvlees
naar de actuele tijd plus
Vormen
Stel het gewicht
in
Braadpan met gla-
Gewicht kip
zen deksel
Braadpan met gla-
Gewicht kalkoenfi-
zen deksel
let
hoge braadpan
Totaalgewicht
met deksel
hoge braadpan
Totaalgewicht
met deksel
Braadpan met dek-
Gewicht gehakt
sel
12.5 Tijd instellen
Na het aansluiten van het apparaat of na een stroom-
onderbreking knippert de tijd op het display. De tijd
start bij "12:00" uur. De actuele tijd instellen.
Vereiste: De functiekeuzeknop dient in de nulstand
te staan.
1.
Stel de tijd in met
2.
Druk op
.
a Het display toont de ingestelde tijd.
Tip: Of de tijd op het display wordt weergegeven, kunt
u in de basisinstellingen vastleggen.
Vormen van het volgende materiaal zijn niet geschikt:
¡ licht gekleurd, glanzend aluminium
¡ ongeglazuurd aardewerk
¡ Kunststof of kunststof rooster
Vloeistof toe-
voegen
nee
Bodem van
de braadpan
bedekken,
eventueel tot
250 g groen-
te erbij doen.
volgens re-
cept
volgens re-
cept
nee
Programma's nl
of .
In-
Aanwijzingen
schuif-
hoog-
te
2
Met de borst naar bo-
ven in de vorm leg-
gen.
2
Het vlees niet eerst
aanbraden.
2
Groente met een lan-
ge bereidingstijd,
bijv. wortelen, in klei-
nere stukken snijden
dan groente met een
korte bereidingstijd,
bijv. tomaten.
2
Eerst het vlees erin
doen met groente be-
dekken.
Het vlees niet eerst
aanbraden.
2
-
21