1
3
2
Foto 1
Foto 2
Alarm
Aantal
Bericht
code
flitsen
scherm
(MDI)
0 +
BATTERY
Rode
-
LOW
diode
AL01
3
EVP NOT OK
SERIAL
AL06
6
ERROR #1
WEIGHING
AL10
2
CARD KO
AL13
6
EEPROM KO
AL32
3
VMN NOT OK
20
GEBRUIKS-EN ONDERHOUDSHANDLEIDING - OPTIMUM 6 en 8
3.2.2.1 - Accuspanning
De accuspanning wordt door 5 dioden aangegeven:
• Wanneer de accu's voldoende opgeladen zijn, lichten vier groene dioden op.
(rep. 1, Foto 1).
• Waneer de accu's leeglopen, doven de dioden geleidelijk.
• Wanneer de accu's leegegelopen zijn, licht de rode diode op (rep 2, Foto 2).
Het heffen wordt onderbroken, maar translatie blijft mogelijk.
• Het is noodzakelijk de accu's op te laden, anders lopen de accu's te ver leeg
en kunnen zij zelfs beschadigd raken.
3.2.2.2 - Uurmeter
De uren worden op het scherm berekend (rep. 3, Foto 1) als de groep
elektropompen werkt. De «zandloper» knippert dan.
3.2.2.3 - Opladen
Vindt plaats wanneer de accu's correct worden opgeladen.
3.2.2.4 - Alarm
Wanneer er zich een probleem voordoet:
• de bediener op het platform wordt gewaarschuwd door flitslichten (Foto 2).
Het aantal flitsen correspondeert met het type probleem,
• de bediener op de grond wordt gewaarschuwd door een nummer. Dit num-
mer op het scherm van de uurmeter correspondeert met het type probleem.
Beschrijving
Accu leeg, indien niet:
probleem op de variator
Probleem met de bobine of de voeding
van de bobine van YV7/YV9
Onjuiste of geen ontvangst van signaal
van de seriële kaart op de variator.
Probleem weegkaart
Probleem op de EEPROM van de
variator.
VMN laag in rust of niet in samenhang
met de PWM tijdens werking.
Oplossing
•
Controleer:
-
de accu's,
-
de lader,-
-
de voeding van het elektrische netwerk.
•
Indien niet, vervang de variator
•
Onderzoek naar storing van een of alle bo-
bine(s) van de hefvijzels.
•
Onderzoek probleem op:
-
de seriële kaart van de bedieningspost
korf;
-
de bundel
-
de aansluiting tussen de variator en de
bedieningspost korf.
•
Andere mogelijke oorzaak: probleem met
de bekabeling op de MDI-lijn of op de MDI.
-
Neem een pauze van minimaal 2
seconden in acht tijdens het opnieuw instellen
van een noodstop of na verandering van
bedieningspost
door
sleutelschakelaar. Zie § 4.4.2, pagina 30
•
Vervang de variator.
•
Controleer de isolering van de variator tus-
sen de B- en P-aansluitingen.
•
Als de waarde lager is dan 65 KOhm, ver-
vang dan de variator.
•
Indien niet, controleer de motor
middel
van
de