GEBRUIKS-EN ONDERHOUDSHANDLEIDING - OPTIMUM 6 en 8
3.1 -
HYDRAULISCH CIRCUIT
Pas op !
Let op! Wijzig de instellingen
niet. Neem bij problemen
contact op met PINGUELY-
HAULOTTE
3.2 -
ELEKTRISCH CIRCUIT
3 -
WERKING
Alle bewegingen van de machine worden door hydraulische energie aangestuurd
die vrijkomt uit een tandwielpomp, aangedreven door een elektromotor met
variabele snelheid.
Bij storing kan met behulp van een handmatige noodhandeling de schaar worden
gedaald.
3.1.1 - Het heffen van de hoogwerker
De cilinder wordt door een aan-uit sleutelschakelaar aangestuurd door middel
van een variator die de progressiviteit van de beweging geeft.
Er is slechts een beweging tegelijk mogelijk.
3.1.2 - Translatie (verplaatsing van de machine)
Twee translatiesnelheden (hoog-laag) worden aangestuurd door een schakelaar.
Hoge translatiesnelheid: De 2 motoren die in serie geschakeld zijn, ontvangen
het debiet van de pomp die eerst in de ene en vervolgens in de andere komt.
Lage translatiesnelheid: de 2 hydraulische motoren zijn parallel geschakeld. Zij
ontvangen elk de helft van het debiet van de pomp.
Drukvoeding heft de remwerking op. Nadat de beweging gestopt is, wordt de rem
door middel van veren weer op zijn plaats gebracht.
3.1.3 - Beweging van de stuurinrichting
Besturing is niet mogelijk als de machine uitgeschoven is.
De besturing wordt bediend met behulp van de knop bovenop de manipulator.
De elektrische energie die gebruikt wordt voor het besturen en remmen wordt
geleverd door twee seriegeschakelde accu's van 6 volt.
Door middel van een ingebouwde oplader kunnen de accu's 's nachts opgeladen
worden door deze op het lichtnet van 16A aan te sluiten.
3.2.1 - Elektronische variator
Dit is het belangrijkste onderdeel voor het functioneren van de machine. De
variator controleert de snelheid van de bewegingen terwijl het draaibereik van de
groep motorpompen wordt aangepast na een bedieningsopdracht. De variator
ontvangt signalen van de controller en hij ontvangt eveneens informatie over de
aard van de beweging die moet worden uitgevoerd en de toestand van de
veiligheidsmaatregels. Raadpleeg bij storing de verschillende tabellen die
betrekking hebben op de storingen (paragraaf 6 - pagina 43).
3.2.2 - Controleapparaat voor accuspanning / Uurmeter
(MDI)
De volgende functie kunnen met een apparaat uitgevoerd worden:
• Accuspanning.
• Uurmeter.
• Opladen.
19