Voor uw veiligheid
Wat te doen bij brand
Gevaar
Bij brand bestaat gevaar voor verbranding en
explosie.
■
Verwarmingsinstallatie uitschakelen.
■
Afsluitkleppen in de brandstofleidingen sluiten.
■
Gebruik een gekeurde brandblusser (brand-
klasse ABC).
Wat te doen bij uit het toestel ontsnappend water
Gevaar
Als water uit het toestel komt, bestaat gevaar
voor elektrische schokken.
■
Verwarmingsinstallatie aan de externe schei-
dingsinrichting uitschakelen (bijv. zekerings-
kast, stroomverdeling)
Breng uw CV-firma op de hoogte.
■
Wat te doen bij storingen aan de verwarmingsin-
stallatie
Gevaar
Storingsmeldingen wijzen op defecten aan de
verwarmingsinstallatie. Niet verholpen storingen
kunnen levensgevaarlijke gevolgen hebben.
Storingsmeldingen niet meermaals kort na
elkaar bevestigen. CV-firma op de hoogte bren-
gen zodat deze de oorzaken kan analyseren en
het defect kan verhelpen.
Voorwaarden voor de installatieruimte
Gevaar
Gesloten ventilatieopeningen leiden tot een
gebrek aan verbrandingslucht. Dat veroorzaakt
onvolledige verbranding en de vorming van het
levensgevaarlijke koolstofmonoxide.
Aanwezige luchttoevoeropeningen niet versper-
ren of afsluiten.
Geen latere wijzigingen aan de installatie uitvoe-
ren, die gevolgen voor de veilige werking kun-
nen hebben (bijvoorbeeld plaatsen van leidin-
gen, bekledingen of scheidingswanden).
Gevaar
Licht ontvlambare vloeistoffen en materialen
(bijv. benzine, oplos- en schoonmaakmiddelen,
verf of papier) kunnen explosies en brand ver-
oorzaken.
Dergelijke stoffen niet in de verwarmingsruimte
en niet in de onmiddellijke buurt van de verwar-
mingsinstallatie opslaan of gebruiken.
(vervolg)
!
Opgelet
Ontoelaatbare omgevingsvoorwaarden kunnen
schade aan de verwarmingsinstallatie veroorza-
ken en een veilige werking belemmeren.
■
Voor een omgevingstemperatuur van meer
dan 0 ºC en minder dan 35 ºC zorgen.
■
Luchtverontreiniging door halogeen-koolwater-
stoffen (bijv. in verf, oplos- en schoonmaak-
middelen) en sterke stofvorming (bijv. door
slijpwerkzaamheden) vermijden.
■
Permanent hoge luchtvochtigheid (bijv. door
voortdurend wasgoed te drogen) vermijden.
Afzuigtoestellen
Bij gebruik van toestellen met afvoer naar de buiten-
lucht (afzuigkap, afzuigtoestel, airconditioning, enzo-
voort) kan door de afzuiging een onderdruk ontstaan.
Bij gelijktijdige werking met de verwarmingsketel kan
rookgas terugstromen.
Gevaar
Gelijktijdige werking van de verwarmingsketel
met toestellen met luchtafvoer naar de buiten-
lucht kan door terugstroming van rookgas
levensgevaarlijke vergiftigingen veroorzaken.
Gepaste maatregelen voor een voldoende aan-
voer van verbrandingslucht nemen. Neem indien
nodig contact op met uw CV-firma.
Extra componenten, reserveonderdelen en slijtage-
gevoelige onderdelen
!
Opgelet
Componenten die niet met de verwarmingsin-
stallatie zijn gekeurd, kunnen leiden tot schade
aan de verwarmingsinstallatie of de goede wer-
king ervan belemmeren.
Montage resp. vervanging uitsluitend door het
installatiebedrijf laten uitvoeren.
Veiligheidsvoorschriften
3