10.2 Balansidentificatienummer (ID)
Het instellen van een identificatienummer van de balans, welk op het justeerprotocol
zal worden uitgeprint.
[CAL] toets zolang herhaald indrukken totdat „SettinG" is
verschenen.
[TARE] toets indrukken. Op de display verschijnt „CAL dEF".
[CAL] toets zolang herhaald indrukken totdat "id:**" is verschenen
(∗∗ duidt de actuele instelling aan).
[TARE] toets indrukken. Bovenaan op de display wijzen het
symbool en het # teken erop dat de balans zich in de mode van
numerieke instellingen bevindt. Het eerste cijfer ∗∗∗∗ van links
knippert. Zodoende kan de numerieke waarde van het eerste cijfer
worden veranderd.
Door de [UNIT] te bedienen kan de numerieke waarde van het
knipperende cijfer met 1 worden verhoogd. Door de [PRINT] toets
te bedienen kun je de waarde van het knipperende cijfer bepalen
en het knipperende cijfer met 1 naar rechts verschuiven.
Bevestigen van instellingen met de [TARE] toets.
Door meermaals de [ON/OFF] toets te bedienen ga je terug naar
het menu / de weeg-mode.
ABT-NM-BA-nl-1622
31