Hoofdcode
▪
De afsluiters van de compressorunit worden
dicht gelaten.
▪
Onvoldoende koelmiddel
Te veel koelmiddel
Storing omgevingstemperatuursensor
Warmtewisselaarunit: (R1T) - A1P (X16A)
Storing sensor perstemperatuur: open keten /
kortsluiting
Compressorunit: (R2T) - A1P (X12A)
Storing gassensor warmtewisselaar
Warmtewisselaarunit: (R2T) - A1P (X18A)
Storing aanzuigtemperatuursensor
Compressorunit: (R3T) - A1P (X12A)
Compressorunit: (R5T) - A1P (X12A)
Storing sensor pijpenbundeltemperatuur
Warmtewisselaarunit: (R3T) - A1P (X17A)
Storing sensor vloeistoftemperatuur (na
onderkoeling HE)
Compressorunit: (R7T) - A1P (X13A)
Storing sensor gastemperatuur (na
onderkoeling HE)
Compressorunit: (R4T) - A1P (X12A)
Storing hogedruksensor: open keten /
kortsluiting
Compressorunit: (BIPH) - A1P (X17A)
Storing lagedruksensor: open keten /
kortsluiting
Compressorunit: (BIPL) - A1P (X18A)
Transmissie compressorunit - inverter:
Probleem INV1-transmissie
INV1 asymmetrische voedingsspanning
Storing instelling capaciteit
warmtewisselaarunit.
Onvoldoende voedingsspanning
RKXYQ5T8+8T7Y1B + RDXYQ5T8+8T7V1B
VRV IV-warmtepomp voor binneninstallatie
4P499898-1B – 2021.12
Oorzaak
22
Opsporen en verhelpen van storingen
|
▪
Open de afsluiter aan zowel de gas- als de
vloeistofzijde.
▪
Controleer of het bijvullen van extra
koelmiddel goed werd beëindigd. Herbereken
de vereiste hoeveelheid koelmiddel op basis
van de leidinglengte en voeg de nodige
hoeveelheid koelmiddel toe.
Herbereken de vereiste hoeveelheid koelmiddel
op basis van de leidinglengte en het juiste
vulniveau van het koelmiddel door een
eventueel teveel aan koelmiddel te verwijderen
met een apparaat voor het aftappen van
koelmiddel.
Controleer aansluiting op printplaat of actuator.
Controleer aansluiting op printplaat of actuator.
Controleer aansluiting op printplaat of actuator.
Controleer aansluiting op printplaat of actuator.
Controleer aansluiting op printplaat of actuator.
Controleer aansluiting op printplaat of actuator.
Controleer aansluiting op printplaat of actuator.
Controleer aansluiting op printplaat of actuator.
Controleer aansluiting op printplaat of actuator.
Controleer aansluiting.
Controleer of voeding binnen bereik is.
Controleer het type van de
warmtewisselaarunit. Vervang indien nodig de
warmtewisselaarunit.
Controleer of de voedingsspanning in orde is.
Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker
Oplossing
131