Inhoudsopgave
Advertenties
Sampler bedienen
4.4.1 Overzicht samplerprogramma
Menuoptie
Bottles (Flessen)
Bottle quantity (Aantal
flessen)
Bottle volume (Volume
flessen)
Intake tubing (Inlaatslang) Voer gegevens in over de inlaatslang.
Tubing length
(Slanglengte)
Intake tube type (Type
inlaatslang)
Program delay
(Programmavertraging)
Enable/disable
(Inschakelen/uitschakelen
)
Date and time (Datum
en tijd)
Counts (Tellingen)
Sample pacing/collection
(Interval/verzamelen van
monsters)
Time based (Op basis
van tijd)
Pacing interval
(Tijdsinterval)
Take first sample
(Eerste monster nemen)
Flow based (Op basis
van doorstroming)
Take sample every
(Monster nemen elke)
Override time
(Overbruggingstijd)
Time (Tijd)
Take first sample
(Eerste monster nemen)
Sample distribution
(Verdeling van het
monster)
Deliver samples to all
(Monsters in elke fles)
41
Tabel 3
basis-monsternameprogramma.
Tabel 3 Basisprogramma-instellingen
Beschrijving
Geef informatie op over de flessen.
Selecteer het aantal flessen in de sampler (1, 2, 4, 8, 12 of 24).
Geef de capaciteit op van elke fles in milliliters of gallons(0,5–99,8 gal of 50–65000 ml).
Geef de lengte op van de inlaatslang van
of 3–99 ft). Een nauwkeurige lengte is noodzakelijk voor het verkrijgen van
nauwkeurige monstervolumes.
Selecteer de slangmaat en het type slang (¼ inch vinyl,
Stel de start van het monsternameprogramma uit tot een bepaald tijdstip of tot een bepaalde
dag, of totdat een bepaald aantal tellingen is bereikt.
Selecteer inschakelen om een programmavertraging te gebruiken of uitschakelen om deze te
negeren.
Indien ingeschakeld, voer de datum en tijd in wanneer het programma moet worden gestart
(24-uursindeling).
Indien ingeschakeld, voer de tellingen in van de debietmeter wanneer het programma moet
worden gestart (1-9999 tellingen). Indien de optie Tellingen is geselecteerd en het
monstername-interval wordt later ingesteld op tijd, zal de programmavertraging worden
uitgeschakeld.
Geef op of u de monsters wilt verzamelen met regelmatige intervallen of na een bepaald debiet.
Verzamel monsters met regelmatige intervallen.
Geef het tijdsinterval op in uren en minuten (0:01–999:00).
Selecteer of het programma meteen moet beginnen of nadat de eerste tijdsinterval is
verstreken.
Verzamel monsters bij een opgegeven debiet (vereist een externe debietmeter).
Geef het debiet op in tellingen die moeten zijn verlopen tussen monstercycli (1–9999 tellingen).
Selecteer inschakelen om het nemen van een monster te forceren indien het debiet
ongewoonlijk laag is.
Indien ingeschakeld, geef de maximale tijd tussen het nemen van monsters op (0:01–999:00).
De timer wordt telkens teruggezet waneer een monster wordt genomen op basis van het debiet.
Selecteer of het programma meteen moet beginnen of nadat de eerste doorstroominterval is
verstreken.
Voor monstername met meerdere flessen, geeft u op hoe de monsters in de flessen moeten
worden gedaan.
Selecteer of elk monster al dan niet naar in alle flessen moet worden gedaan.
geeft een overzicht van het menu voor het maken van een
de zeef naar de vloeistofsensor (100–3000 cm
3
3
/
inch vinyl of
/
inch teflon)
8
8
Advertenties
Inhoudsopgave
