Pagina 1
PCX125 (WW125/A) GEBRUIKERSHANDLEIDING...
Pagina 2
Deze publicatie bevat de meest recente productinformatie die beschikbaar was voor het ter perse gaan. Honda Motor Co., Ltd. behoudt zich het recht voor om te allen tijde wijzigingen aan te brengen zonder voorafgaande kennisgeving en zonder het aangaan van enige verplichting.
Pagina 3
Van harte gefeliciteerd met de aanschaf van Landcodes uw nieuwe Honda-voertuig. Door te kiezen Code Land voor een Honda maakt u deel uit van een WW125A wereldwijde familie van tevreden klanten die Directe verkoop Europa, VK, Honda's reputatie voor het leveren van Frankrijk, Turkije, hoogwaardige producten waarderen.
Pagina 4
Enkele opmerkingen over veiligheid Uw veiligheid en de veiligheid van anderen zijn GEVAAR zeer belangrijk. Het veilig rijden op dit voertuig is U ZULT DODELIJK of ERNSTIG LETSEL een belangrijke verantwoordelijkheid. OPLOPEN als u de instructies niet opvolgt. Om u te helpen goed geïnformeerde veiligheidsbeslissingen te nemen, hebben wij WAARSCHUWING bedieningsprocedures en andere informatie in deze...
Pagina 5
Inhoudsopgave Veiligheid van het voertuig BLZ. 2 Bedieningshandleiding BLZ. 18 Onderhoud BLZ. 87 Verhelpen van storingen BLZ. 124 Informatie BLZ. 147 Specificaties BLZ. 166...
Pagina 6
Veiligheid van het voertuig Dit gedeelte bevat belangrijke informatie voor het veilig rijden met uw voertuig. Lees dit gedeelte aandachtig door. BLZ. 3 Veiligheidsrichtlijnen ........... BLZ. 6 Waarschuwingslabels .......... BLZ. 10 Veiligheidsmaatregelen........BLZ. 11 Voorzorgsmaatregelen voor het rijden ..BLZ. 15 Accessoires &...
Pagina 7
Veiligheidsrichtlijnen Veiligheidsrichtlijnen invloed van alcohol of drugs verkeert. Zorg ervoor dat u en uw duopassagier allebei een goedgekeurde helm en beschermende kleding Volg deze richtlijnen met het oog op uw veiligheid: dragen. Draag duopassagiers op om zich aan de Voer alle routine- en periodieke inspecties uit ●...
Pagina 8
's avonds, door heldere reflecterende kleding te dragen, te rijden op plaatsen waar andere bestuurders u kunnen zien, uw richting aan te Houd uw Honda in veilige staat geven voordat u afslaat of van rijstrook verandert Het is belangrijk voor uw veiligheid en uw rijplezier en uw claxon te gebruiken indien nodig.
Pagina 9
Veiligheidsrichtlijnen Als u besluit verder te rijden, zet dan eerst de Laat uw voertuig nooit in een garage of andere contactschakelaar in de stand (Off) en besloten ruimte draaien. controleer de staat van uw voertuig. Inspecteer op vloeistoflekkage, controleer of cruciale moeren en WAARSCHUWING bouten goed vastzitten en controleer het stuur, de bedieningshendels, remmen en wielen.
Pagina 10
Waarschuwingslabels Waarschuwingslabels Lees de instructies in het instructieboekje Type ED, II ED, RU Op de volgende pagina's wordt de betekenis aandachtig door. van de labels beschreven. Sommige labels waarschuwen u voor potentiële gevaren die Lees de instructies in de werkplaatshandleiding ernstig letsel kunnen veroorzaken.
Pagina 11
Waarschuwingslabels ACCULABEL GEVAAR • Houd vonken en vlammen uit de buurt van de accu. Accu's produceren gas dat een explosie kan veroorzaken. • Draag een beschermbril en rubberen handschoenen bij het hanteren van de accu, anders kunt u brandwonden oplopen of uw gezichtsvermogen verliezen door het elektrolyt van de accu.
Pagina 12
Waarschuwingslabels Type ED, II ED WAARSCHUWINGSLABEL ACCESSOIRES EN BELADING WAARSCHUWING ACCESSOIRES EN BELADING • De veiligheid, stabiliteit en het weggedrag van dit voertuig kunnen nadelig worden beïnvloed door de toevoeging van accessoires en bagage. • Lees de instructies in de gebruikers- en montagehandleiding aandachtig door voordat u een accessoire monteert.
Pagina 13
Waarschuwingslabels LABEL BANDENINFORMATIE & BELADINGSLIMIET Draag altijd een helm en beschermende kleding met het oog op uw veiligheid. Bandenspanning in koude toestand: [Alleen bestuurder] Voor 200 kPa (2,00 kgf/cm Achter 225 kPa (2,25 kgf/cm [Bestuurder en passagier] Voor 200 kPa (2,00 kgf/cm Achter 250 kPa (2,50 kgf/cm Beladingslimiet:...
Pagina 14
Veiligheidsmaatregelen Veiligheidsmaatregelen Vizier met een onbelemmerd gezichtsveld of ● andere goedgekeurde oogbescherming Rijd voorzichtig met uw beide handen aan het ● WAARSCHUWING stuur en uw voeten op de treeplank. Passagiers moeten zich aan de handgreep of aan uw ● Het niet dragen van een helm verhoogt het middel vasthouden, en hun voeten moeten zich tijdens risico op ernstig of dodelijk letsel in geval van het rijden op de voetsteunen bevinden.
Pagina 15
Voorzorgsmaatregelen voor het rijden Voorzorgsmaatregelen Wees voorzichtig op oppervlakken met een ● lage tractie. voor het rijden De banden slippen sneller op dit soort oppervlakken en de remweg is langer. Inrijperiode Vermijd continu remmen. ● Door herhaaldelijk te remmen, zoals bij Volg deze richtlijnen tijdens de eerste 500 km om heuvelafwaarts rijden, kunnen de remmen de toekomstige betrouwbaarheid en prestaties van...
Pagina 16
Voorzorgsmaatregelen voor het rijden ABS werkt niet bij snelheden lager dan 10 km/h. Natte of regenachtige omstandigheden ● Het kan zijn dat de voorremhendel licht ● Wegoppervlakken zijn glad wanneer ze nat zijn, en terugspringt wanneer u de rem bedient. Dit is natte remmen zorgen voor een verminderde normaal.
Pagina 17
Om de kans op diefstal te verkleinen, moet u ● Handgreep altijd het stuur en de contactschakelaar vergrendelen ( BLZ. 53) en de Honda SMART Key meenemen als u uw voertuig achterlaat. Deactiveer het Honda SMART Key-systeem indien nodig. BLZ. 48...
Pagina 18
De gespecificeerde banden moeten worden gebruikt om de HSTC correct te laten werken. Honda Selectable Torque Control (HSTC) WW125A Als de Honda Selectable Torque Control (HSTC) wielspin van het achterwiel detecteert tijdens acceleratie, wordt het koppel naar het achterwiel beperkt.
Pagina 19
Wij raden u ten sterkste aan om geen accessoires ongeval waarbij u ernstig of dodelijk te installeren die niet specifiek door Honda voor letsel kunt oplopen. uw voertuig zijn ontworpen en geen modificaties aan het oorspronkelijke ontwerp van uw voertuig Volg alle aanwijzingen in dit aan te brengen.
Pagina 20
Beladen Beladen WAARSCHUWING Overbelasting of verkeerd beladen kan Het vervoeren van extra gewicht heeft invloed ● een ongeval veroorzaken waarbij u op het rijgedrag, het remgedrag en de stabili- ernstig of dodelijk letsel kunt oplopen. teit van uw voertuig. Rijd altijd met een veilige snelheid die is afgestemd op de belading.
Pagina 22
(BLZ.40) Drijf het toerental niet op. Voertuig starten • Schakelaars (BLZ.44) (BLZ.76) • Stuurslot (BLZ.46) • Honda SMART Key-systeem Geef, voor u wegrijdt, uw (BLZ.47) richting aan met de • Antidiefstal-alarm richtingaanwijzerschakelaar en (BLZ.55) controleer of er ander verkeer is.
Pagina 23
Remmen Parkeren (BLZ.77) (BLZ.12) Draai de gashendel dicht en bedien Parkeer op een stevige, horizontale de voor- en achterrem tegelijk. ondergrond. Het remlicht geeft aan dat u Gebruik de standaard, vergrendel remt. het stuurslot. Stoppen Geef, als u de weg gaat verlaten, tijdig richting aan.
Pagina 24
Locatie van onderdelen WW125A type ED, II ED, RU Documentzakje (BLZ.84) Middencompartiment (BLZ.84) Gereedschapsset (BLZ.102) Gashendel (BLZ.120) Remvloeistofreservoir van voorrem (BLZ.112) Voorremhendel Zadelontgrendeling voor noodgevallen (BLZ.138) Voorafdekking (BLZ.105) Helmhouder (BLZ.83) Accudeksel (BLZ.104) Accu (BLZ.103) Zekeringkast (BLZ.144) Koelvloeistofexpansiereservoir (BLZ.108) Motorolievuldop/peilstok (BLZ.106) Datalinkstekker...
Pagina 25
Achterremhendel (BLZ.115) Opbergvak voor (BLZ.85) USB-aansluiting (BLZ.81) Brandstofvuldop (BLZ.78) Zadel (BLZ.82) Helmhouder (BLZ.83) Middenbok (BLZ.13) Zijstandaard (BLZ.119) Vervolg...
Pagina 26
Locatie van onderdelen (Vervolg) WW125A, type KO Documentzakje (BLZ.84) Middencompartiment (BLZ.84) Gereedschapsset (BLZ.102) Gashendel (BLZ.120) Remvloeistofreservoir van voorrem (BLZ.110) Voorremhendel Zadelontgrendeling voor noodgevallen (BLZ.138) Voorafdekking (BLZ.105) Helmhouder (BLZ.83) Accudeksel (BLZ.104) Accu (BLZ.103) Zekeringkast (BLZ.144) Koelvloeistofexpansiereservoir (BLZ.108) Motorolievuldop/peilstok (BLZ.106)
Pagina 27
Achterremhendel Opbergvak voor (BLZ.85) USB-aansluiting (BLZ.81) Remvloeistofreservoir van achterrem (BLZ.110) Brandstofvuldop (BLZ.78) Zadel (BLZ.82) Helmhouder (BLZ.83) Zijstandaard Middenbok (BLZ.119) (BLZ.13) Vervolg...
Pagina 28
Locatie van onderdelen (Vervolg) WW125 Documentzakje (BLZ.84) Middencompartiment (BLZ.84) Gereedschapsset (BLZ.102) Gashendel (BLZ.120) Remvloeistofreservoir van voorrem (BLZ.110) Voorremhendel Zadelontgrendeling voor noodgevallen (BLZ.138) Voorafdekking (BLZ.105) Helmhouder (BLZ.83) Accudeksel (BLZ.104) Accu (BLZ.103) Zekeringkast (BLZ.144) Koelvloeistofexpansiereservoir (BLZ.108) Motorolievuldop/peilstok (BLZ.106)
Pagina 30
Instrumenten -schakelaar -schakelaar Displaycontrole Als de contactschakelaar op (On) wordt gezet, wordt de opstartanimatie getoond. Als een deel van deze displays niet wordt weergegeven zoals het hoort, laat dan uw dealer controleren op problemen.
Pagina 31
Klok (12-uursweergave) Klok instellen: (BLZ.33) Snelheidsmeter Brandstofniveaumeter Resterende brandstof wanneer alleen het 1e (E) segment gaat knipperen: ongeveer 0,9 L Als de indicator van de brandstofniveaumeter knippert of uitgaat: (BLZ.132) LET OP U moet tanken wanneer de waarde het 1e segment (E) nadert.
Pagina 32
Instrumenten (Vervolg) Kilometerteller [TOTAL]/Ritteller [TRIP/HSTC] -schakelaar selecteert de kilometerteller, ritteller en HSTC. • Kilometerteller: Totale afgelegde afstand. • Ritteller: Afstand gereden na het resetten van de ritteller. Om de ritteller terug te stellen, houdt u de -schakelaar ingedrukt terwijl de ritteller wordt weergegeven. Het gemiddelde brandstofverbruik wordt eveneens teruggesteld.
Pagina 33
OIL CHANGE-indicator De indicator brandt wanneer de resterende afstand het geprogrammeerde olieverversingsinterval bereikt. Zodra de resterende afstand ca. 1.000 km bedraagt: Reset de indicator voor de eerste keer. Als de resterende afstand na de eerste reset telkens 6.000 km bedraagt: Reset de indicator wanneer deze brandt.
Pagina 34
Instrumenten (Vervolg) V-BELT-indicator Type KO De indicator gaat branden als de resterende afstand de ingestelde afstand bereikt. De indicator gaat branden wanneer de resterende afstand ongeveer 12.000 km bereikt sinds de laatste reset. Reset de indicator wanneer deze brandt. Vergeet niet om de indicator na inspectie of vervanging van de riem te resetten.
Pagina 35
Display instellen Type ED, II ED, RU De volgende items kunnen sequentieel worden Normale weergave gewijzigd. • Klok instellen Klok instellen Klokinstelmodus • Helderheid achtergrondverlichting instellen • Type ED, II ED, RU Eenheid van snelheid en afgelegde afstand Instelmodus van Helderheid achtergrond- wijzigen helderheid achtergrond...
Pagina 36
Instrumenten (Vervolg) Bij het volgende wordt overgeschakeld naar de Type KO Normale weergave normale weergave tijdens het instellen van het display. De schakelaar wordt gedurende ongeveer ● Klokinstelmodus Klok instellen 30 seconden niet ingedrukt De items die worden ingesteld, worden verwijderd en alleen de items waarvan de Instelmodus van helderheid Helderheid achtergrond-...
Pagina 37
1 Klok instellen: Druk op de -schakelaar totdat de gewenste minuten worden weergegeven. Zet de contactschakelaar in de stand (On). Houd de toets ingedrukt om de minuten Door de -schakelaar en de -schakelaar versneld vooruit te laten gaan. ingedrukt te houden, beginnen de uren- en minutendisplays te knipperen.
Pagina 38
Instrumenten (Vervolg) 2 Helderheid achtergrondverlichting instellen: 3 Eenheid van snelheid en afgelegde U kunt een van de vijf helderheidsniveaus instellen. afstand wijzigen: Druk op de -schakelaar, de indicator van de hel- Type ED, II ED, RU derheid van de achtergrondverlichting en de seg- Druk op de -schakelaar, de eenheid van snelheid menten voor het instellen van de helderheid van de...
Pagina 39
4 Eenheid van brandstofverbruiksmeter 5 Resterende afstand tot de OIL CHANGE- wijzigen: indicator gaat branden: U kunt de resterende afstand totdat de OIL Druk op de -schakelaar, de eenheid van de CHANGE-indicator gaat branden controleren en brandstofverbruiksmeter gaat snel knipperen. vervolgens de OIL CHANGE-indicator resetten.
Pagina 40
Instrumenten (Vervolg) OIL CHANGE-indicator resetten Druk op de -schakelaar om het olieverversingsinterval weer te geven. Druk op de -schakelaar. De OIL CHANGE- ‘P’ wordt uitgeschakeld wanneer het indicator en de resterende afstand tot de OIL olieverversingsinterval wordt weergegeven. CHANGE-indicator gaat branden, blijven Type ED, II ED, RU knipperen en ook "P"...
Pagina 41
Type ED, II ED, RU Resterende afstand tot Druk op de -schakelaar. De OIL de OIL CHANGE-indicator gaat branden CHANGE-indicator is gereset en het display keert terug naar de normale weergave. Type KO Druk op de -schakelaar. De OIL CHANGE-indicator is gereset en het display gaat naar de resterende afstand totdat de V-BELT-indicator gaat branden.
Pagina 42
Instrumenten (Vervolg) 6 Resterende afstand totdat de V-BELT- V-BELT-indicator resetten indicator gaat branden: Druk op de -schakelaar. De V-BELT-indicator Type KO en de resterende afstand totdat de V-BELT- U kunt de resterende afstand totdat de V-BELT- indicator gaat branden, blijven knipperen en ook indicator gaat branden controleren en "P"...
Pagina 43
Druk op de -schakelaar om het Resterende afstand tot onderhoudsinterval weer te geven. de V-BELT-indicator gaat branden ‘P’ wordt uitgeschakeld wanneer het onderhoudsinterval wordt weergegeven. Als de -schakelaar wordt ingedrukt voordat het onderhoudsinterval wordt weergegeven, wordt de V-BELT-indicator niet gereset en keert het display terug naar de normale weergave.
Pagina 44
Indicatoren Als één van deze indicatoren niet gaat branden terwijl dat zou moeten, laat dan uw dealer controleren op problemen. Stop-/startindicator Indicator grootlicht Gaat kort branden als de contactschakelaar in de stand (On) wordt gezet. Stop-/startsysteem: (BLZ.69) Indicator hoge PGM-FI-storingslampje (elektronisch koelvloeistoftemperatuur geregelde brandstofinspuiting) (MIL) Als de indicator gaat branden...
Pagina 45
(On) wordt gezet. Honda SMART Key-indicator Gaat branden wanneer de verificatie van het Indicator voor voertuig en Honda SMART Key is voltooid en de accu-oplaadstatus contactschakelaar kan worden gebruikt. Als deze gaat branden: Gaat uit als de contactschakelaar in de stand (BLZ.128)
Pagina 46
Indicatoren (Vervolg) HSTC OFF-indicator WW125A Gaat branden als de HSTC is uitgeschakeld. ABS-indicator HSTC-indicator (antiblokkeersysteem) WW125A WW125A Gaat branden als de contactschakelaar in de ● Gaat branden als de contactschakelaar in stand (On) wordt gezet. de stand (On) wordt gezet. Gaat uit als u ongeveer 3 km/h rijdt om aan te ●...
Pagina 48
Schakelaars Stop-/startschakelaar • : het stop-/startsysteem is aan. • : het stop-/startsysteem is uit. Stop-/startsysteem: (BLZ.69) Alarmknipperlichtschakelaar De alarmknipperlichten zijn in- geschakeld. Kan op uit of aan worden gezet als de contact- Richtingaanwijzerschakelaar schakelaar op aan staat. Door op de schakelaar te drukken, wordt de richtingaanwijzer uitgeschakeld.
Pagina 49
(On) Contactschakelaar Schakelt het elektrische systeem in Schakelt het elektrische systeem in/uit, voor het starten/rijden. vergrendelt het stuur en bedient de SEAT FUEL schakelaar voor het openen van de Bedient de schakelaar voor het brandstoftankklep en het zadel. openen van de brandstoftankklep en Contactschakelaar ontgrendelen: het zadel.
Pagina 50
Schakelaars (Vervolg) Stuurslot Vergrendelen Vergrendel het stuur wanneer u parkeert om Draai het stuur volledig naar links of rechts. diefstal te voorkomen. Duw de contactschakelaar omlaag en zet deze Een U-vormig wielslot of iets vergelijkbaars in de stand (Lock). wordt ook aanbevolen. Contactschakelaar ontgrendelen (BLZ.52) Draai het stuur als het stuur moeilijk...
Pagina 51
Het systeem voert een identificatiecontrole in beide richtingen uit tussen het voertuig en de Honda SMART Key om na te gaan of het een geregistreerde Honda SMART Key betreft. Het Honda SMART Key-systeem maakt gebruik van zwakke radiogolven.
Pagina 52
AAN/UIT-knop AAN/UIT-knop systeem controleren Druk licht op de AAN/UIT-knop. De LED van de Honda SMART Key toont de status. Als de LED van de Honda SMART Key de volgende kleur heeft: Groen: Verificatie van het Honda (actief) SMART Key-systeem kan worden uitgevoerd.
Pagina 53
Als er voorzieningen in de buurt zijn die ● sterke radiogolven of geluid genereren zoals tv-torens, krachtcentrales, radiostations of luchthavens. Als u de Honda SMART Key bij u hebt met ● een laptop of draadloos communicatie- apparaat zoals een radio of mobiele telefoon.
Pagina 54
Honda SMART Key-systeem (Vervolg) Iedereen kan de contactschakelaar Als de contactschakelaar vergrendeld is: ontgrendelen en de motor starten als de Honda U kunt het systeem gebruiken binnen de SMART Key binnen het werkbereik van uw gearceerde ruimte getoond in de afbeelding.
Pagina 55
Iedereen die in bezit is van de Honda SMART Als de contactschakelaar in de stand (On) Key kan de volgende zaken uitvoeren als de staat, kan het voertuig ook worden bediend Honda SMART Key binnen het werkbereik is: door een persoon die niet beschikt over een Motor starten geverifieerde Honda SMART Key.
Pagina 56
Contactschakelaar omzetten Als het Honda SMART Key-systeem niet goed werkt (BLZ.136) Contactschakelaar ontgrendelen Zorg ervoor dat de Honda SMART Key is Wanneer iemand zonder Honda SMART Key de geactiveerd. (BLZ.48) contactschakelaar probeert te verdraaien, zal de Druk de contactschakelaar in om het Honda contactschakelaar vrij ronddraaien.
Pagina 57
(Lock) is gezet. Schakel het Honda SMART Key-systeem ● naar inactief. (BLZ.48) Zorg ervoor dat de indicator van de Honda SMART Key en de contactschakelaarring uit gaan en dat de richtingaanwijzers eenmaal knipperen. Dit geeft aan dat de contactschakelaar is vergrendeld.
Pagina 58
SEAT FUEL, kan deze slechts eenmaal op (BLZ.48) Druk licht op de AAN/UIT-knop. De rode LED (Off) worden gezet. van de Honda SMART Key gaat branden. Terwijl de rode LED is ingeschakeld, drukt u op Als de contactschakelaar is vergrendeld in de de respons-/alarmknop.
Pagina 59
Antidiefstal-alarm Type KO Het antidiefstal-alarm is een apparaat om de kans op diefstal te verkleinen. Wanneer de sensor trillin- gen of bewegingen detecteert met de contact- schakelaar in de stand (Off) of (Lock) en het systeem is ingesteld, wordt het alarm geactiveerd. De zoemer klinkt en de richtingaanwijzers knipperen ongeveer 10 seconden wanneer het antidiefstal-alarm trillingen als gevolg van...
Pagina 60
Antidiefstal-alarm (Vervolg) Als de contactschakelaar langer dan 10 dagen in Het antidiefstal-alarm instellen de stand (Off) staat, werkt het antidiefstal- Zet de contactschakelaar op (Off) of alarm niet meer. Wanneer het systeem actief is (Lock). en het voertuig een signaal ontvangt door op Druk op de respons-/alarmknop.
Pagina 61
Wanneer de contactschakelaar wordt Druk op de respons-/alarmknop van de ● ontgrendeld, klinkt de zoemer 2 keer en gaat Honda SMART Key. de alarmindicator uit. Na het stoppen van de activering van het antidiefstal-alarm, wordt het antidiefstal- alarm gereset.
Pagina 62
Druk de contactschakelaar in om het Honda Druk 4 keer op de respons-/alarmknop op SMART Key-systeem te verifiëren. (BLZ.52) de Honda SMART Key en 1 keer op de Houd de contactschakelaar meer dan contactschakelaar. 4 seconden ingedrukt. De Honda SMART Key-indicator en de contactschakelaarring knipperen.
Pagina 63
2 seconden ingedrukt. De gevoeligheid is contactschakelaar gedurende 1 minuut niet ingesteld. wordt ingedrukt, knipperen de indicator De indicator van de Honda SMART Key en van de Honda SMART Key en de de contactschakelaarring gaan uit en de contactschakelaarring 3 keer, waarna de zoemer klinkt één keer.
Pagina 64
Antidiefstal-alarm (Vervolg) Als het antidiefstal-alarm niet goed werkt Als een van de volgende situaties zich voordoet, is de accu ( ) van het voertuig (BLZ.103) mogelijk ontladen of is er sprake van een probleem met het systeem. Verwijder de accu en neem contact op met uw dealer.
Pagina 65
Het responssysteem is een mechanisme om de Responsknop locatie van uw voertuig te bepalen. Wanneer de startblokkering is ingeschakeld en Ring contact- u op de responsknop van de Honda SMART schakelaar Key drukt met de contactschakelaar in de stand (Off) of (Lock), knipperen de richtingaan-...
Pagina 66
(Vervolg) Als de accu van het voertuig bijna leeg is, werkt Werking het responssysteem mogelijk niet. Druk op de responsknop van de Honda SMART Key. Het responssysteem werkt niet als de contactschakelaar in de stand (On) staat. Als de contactschakelaar langer dan 10 dagen in...
Pagina 67
Het responssysteem is een mechanisme om de alarmknop locatie van uw voertuig te bepalen. Wanneer de startblokkering is ingeschakeld en Ring contact- u op de respons-/alarmknop van de Honda schakelaar SMART Key drukt met de contactschakelaar in de stand (Off) of...
Pagina 68
Responssysteem (Vervolg) Werking Het geluidsvolume van de zoemer van het responssysteem afstellen Druk op de respons-/alarmknop van de Honda SMART Key. U kunt kiezen uit 3 geluidsvolumes voor de Het responssysteem werkt niet als de zoemer. contactschakelaar in de stand (On) staat.
Pagina 69
Druk 2 keer op de respons-/alarmknop op geannuleerd. Ga terug naar en voer de de Honda SMART Key en 1 keer op de procedure opnieuw uit. contactschakelaar. Als u het verkeerde aantal keren op de...
Pagina 70
2 seconden ingedrukt. Het geluidsvolume is het responssysteem wijzigen ingesteld. U kunt kiezen uit 3 geluidspatronen van de De indicator van de Honda SMART Key en zoemer. de contactschakelaarring gaan uit en de Zorg ervoor dat het Honda SMART Key- zoemer klinkt één keer.
Pagina 71
Druk 3 keer op de respons-/alarmknop op geannuleerd. Ga terug naar en voer de de Honda SMART Key en 1 keer op de procedure opnieuw uit. contactschakelaar. Als u het verkeerde aantal keren op de...
Pagina 72
2 seconden ingedrukt. Het geluid wordt De tijdelijke stille modus is een manier om het ingesteld. geluid van de zoemer van het responssysteem De indicator van de Honda SMART Key en onmiddellijk uit te schakelen. de contactschakelaarring gaan uit en de Inschakelen: zoemer klinkt één keer.
Pagina 73
Stop-/startsysteem Het stop-/startsysteem is ontwikkeld om het Het stop-/startsysteem activeren brandstofverbruik en het lawaai te verminderen, Het stop-/startsysteem is klaar om de motor te door de motor te stoppen tijdens stationair stoppen en de stop-/startindicator gaat draaien wanneer u bijvoorbeeld moet wachten branden wanneer aan de volgende bij een kruispunt.
Pagina 74
Stop-/startsysteem (Vervolg) De motor stoppen met het stop-/startsysteem Veiligheidsmaatregelen voor het stop-/ De motor stopt en de stop-/startindicator startsysteem begint te knipperen nadat u de gashendel Loop niet weg van het voertuig als de stop-/ volledig hebt gesloten en het voertuig tot startindicator knippert.
Pagina 75
Motor opnieuw starten LET OP Controleer of de indicator van het stop-/ De koplamp blijft aan nadat de motor is gestopt door het stop-/startsysteem. De accu kan leeglopen startsysteem knippert en open vervolgens de en u kunt de motor waarschijnlijk niet opnieuw gashendel.
Pagina 76
Honda Selectable Torque Control (HSTC) WW125A HSTC OFF-indicator HSTC (regeling van motorvermogen) kan worden in-/uitgeschakeld. Breng eerst het voertuig tot stilstand en schakel de HSTC in of uit. HSTC kan niet worden uitgeschakeld wanneer het systeem actief is (HSTC-indicator knippert).
Pagina 77
• Het langdurig versneld stationair draaien en het motor draait, slaat de motor automatisch af. verhogen van het toerental kunnen de motor en Dit voertuig is voorzien van een Honda SMART het uitlaatsysteem beschadigen. Key-systeem. Houd de Honda SMART Key altijd •...
Pagina 78
Motor starten (Vervolg) Zet het voertuig op de middenbok. Knijp de achterremhendel in. De startmotor werkt uitsluitend wanneer de Zet de contactschakelaar in de stand (On). achterremhendel is ingeknepen en de Contactschakelaar ontgrendelen. zijstandaard omhoog is geklapt. (BLZ.52) Druk op de startknop met een volledig gesloten gashendel.
Pagina 79
Als u de motor niet kunt starten: Als de motor niet start: a Zet het voertuig op de middenbok en knijp de a Open de gashendel volledig en druk achterremhendel in. gedurende 5 seconden op de startknop. b Druk met de gashendel iets open (ongeveer b Herhaal de normale startprocedure.
Pagina 80
Rijden Voertuig starten Accelereren en afremmen Accelereren: open de gashendel langzaam. Duw het voertuig naar voren van de middenbok af. Knijp de achterremhendel in. Afremmen: sluit de gashendel. Houd de gashendel volledig gesloten. Openen Controleer of de zijstandaard en de middenbok (accelereren) Sluiten (afremmen) omhoog zijn geklapt.
Pagina 81
Remmen Draai de gashendel dicht en bedien de voor- en de achterremhendel tegelijk. Achterremhendel Voorremhendel...
Pagina 82
Tanken Brandstoftype: uitsluitend loodvrije benzine Brandstofvuldop openen Brandstof-octaangetal: uw voertuig is ontworpen Zet de contactschakelaar in de stand SEAT voor het gebruik van een research-octaangetal (RON) FUEL. van 91 of hoger. Contactschakelaar ontgrendelen Tankinhoud: 8,1 L (BLZ.52) Druk op de FUEL-zijde van de schakelaar voor het openen van de brandstoftankklep en het zadel.
Pagina 83
Draai de brandstofvuldop naar links en Plaats de verwijderde brandstofvuldop op zijn verwijder de dop. rustplaats. Rustplaats brandstofvuldop Pijlmarkeringen Onderste rand van vulhals Brandstofvuldop Vul geen brandstof bij tot voorbij de onderste rand van de vulhals. Vervolg...
Pagina 84
Tanken (Vervolg) Brandstofvuldop sluiten a Plaats de brandstofvuldop terug en draai hem stevig vast door de dop naar rechts te draaien. Zorg ervoor dat de pijlen op de brandstofvuldop en de brandstoftank tegenover elkaar staan. b Sluit de brandstoftankklep zodat deze wordt vergrendeld.
Pagina 85
USB-aansluiting om te voorkomen dat (BLZ.85) Het gebruik van USB-apparaten is op eigen risico. Honda de accu zwakker wordt (of leegloopt). kan in geen geval aansprakelijk worden gesteld voor be- Sluit de afdekking wanneer de USB-aansluiting schadiging van uw USB-apparaat tijdens het gebruik.
Pagina 86
Opberguitrusting Zadel Zadel openen Draai het stuur tot het recht vooruit staat. Zet de contactschakelaar in de stand SEAT Schakelaar voor openen van Zadel FUEL. brandstoftankklep en zadel Contactschakelaar ontgrendelen Contactschakelaar (BLZ.52) Druk op de SEAT-zijde van de schakelaar voor het openen van de brandstoftankklep en het zadel.
Pagina 87
Helmhouder WAARSCHUWING De helmhouder bevindt zich onder het zadel. Rijden met een helm die aan de houder Gebruik de helmhouder uitsluitend bij het is bevestigd, kan invloed hebben op het parkeren. veilige gebruik van uw voertuig en Helmhouder leiden tot een ongeval waarbij u ernstig of dodelijk letsel kunt oplopen.
Pagina 88
Opberguitrusting (Vervolg) Een helm kan worden bewaard in het Gereedschapsset/documentzakje middencompartiment. De gereedschapsset en het documentzakje Plaats de voorkant van de helm naar voren. bevinden zich onder het zadel en zijn vastgezet Sommige helmen passen mogelijk niet in het met een rubberen band. compartiment vanwege hun afmetingen of vorm.
Pagina 89
Opbergvak voor Openen Druk op de klep van het opbergvak en open vervolgens de klep. Sluiten Druk op de klep van het opbergvak om de klep te sluiten. Het maximaal toegestane gewicht in het opbergvak is 1,0 kg Klep van opbergvak voor Controleer of het opbergvak goed gesloten is.
Pagina 90
Opberguitrusting (Vervolg) Achterdrager Overschrijd nooit de maximale gewichtslimiet. Achterdrager Maximum gewicht: 5 kg...
Pagina 91
Raadpleeg "Specificaties" voor servicegegevens. BLZ. 88 BLZ. 121 Het belang van onderhoud ......Overige vervangingen ........BLZ. 89 Onderhoudsschema .......... De batterij in de Honda SMART Key BLZ. 92 BLZ. 121 Standaardonderhoud ........vervangen ............BLZ. 102 Gereedschap .............
Pagina 92
Het belang van onderhoud Het belang van onderhoud Onderhoudsveiligheid Het goed onderhouden van uw voertuig is absoluut Lees altijd de onderhoudsvoorschriften voordat u essentieel voor uw veiligheid en het beschermen van onderhoud uitvoert en zorg ervoor dat u over de uw investering, optimale prestaties, het voorkomen benodigde gereedschappen, onderdelen en van pech en het reduceren van luchtverontreiniging.
Pagina 93
Honda door geschoolde en Honda raadt aan om uw dealer een proefrit met bevoegde monteurs. Uw dealer voldoet aan deze uw voertuig te laten maken na het uitvoeren van vereisten.
Pagina 94
Vervangen De procedures zijn vermeld in een officiële werkplaatshandleiding van Honda. Reinigen : Technisch. Met het oog op uw veiligheid raden wij aan om het voertuig voor een servicebeurt naar uw dealer te brengen.
Pagina 95
Onderhoudsschema Frequentie Inspectie Regel- Jaarlijk- voor het matig × 1000 km Items se con- rijden vervan- pagina trole × 1000 mijl 0,6 BLZ. 92 Accu Remvloeistof 2 jaar Remblokslijtage (Type achterremschijf) Slijtage remblokken/remschoenen 114, (Type achterremtrommel) Remsysteem (Type achterremschijf) Remsysteem (Type achterremtrommel) Koplamphoogte –...
Pagina 96
Standaardonderhoud Remmen − Werkingscontrole; Inspectie voor het rijden ● WW125A, type KO Met het oog op de veiligheid bent u verantwoordelijk Voor en achter: controleer het remvloeistofpeil om een controle voor het rijden uit te voeren en alle en de remblokken op slijtage BLZ.
Pagina 97
Standaardonderhoud Onderdelen vervangen MODEL Gebruik altijd originele Honda-onderdelen of gelijkwaardige onderdelen om betrouwbaarheid KLEUR en veiligheid te waarborgen. Vermeld de modelnaam, kleur en code vermeld op CODE het kleurenlabel bij het bestellen van gekleurde onderdelen. Het kleurenlabel is bevestigd in het middencom- WAARSCHUWING partiment.
Pagina 98
Standaardonderhoud Accu LET OP Een verkeerd afgevoerde accu kan schadelijk zijn Uw voertuig is uitgerust met een onderhoudsvrije voor het milieu en de menselijke gezondheid. accu. U hoeft het elektrolytniveau van de accu niet Leef altijd de lokale regels voor het correct afvoeren te controleren en geen gedistilleerd water toe te van accu's na.
Pagina 99
BLZ. 103 Het monteren van elektrische accessoires van Als de polen door corrosie zijn aangetast en andere fabrikanten dan Honda kan het elektrische met een witte aanslag zijn bedekt, moeten ze systeem overbelasten, de accu doen ontladen en met warm water worden gewassen en mogelijk het systeem beschadigen.
Pagina 100
Doorgebrande Motorolie kiezen zekering Zie "Specificaties" voor de aanbevolen motorolie. BLZ. 167 Als u motorolie van andere fabrikanten dan Honda gebruikt, controleer dan op het label of de olie aan de volgende normen voldoet: JASO T 903-norm : MB ●...
Pagina 101
Gebruik SJ of hogere olie, met uitzondering van olie Verwijder gemorste remvloeistof onmiddellijk en aangeduid als "Energiebesparend" of "Hulpbronbesparend" op reinig het oppervlak grondig. het ronde API-servicesymbool. Aanbevolen remvloeistof: Honda DOT 3- of DOT 4-remvloeistof of gelijkwaardig Niet aanbevolen Aanbevolen...
Pagina 102
Standaardonderhoud Aanbevolen koelvloeistof Carterontluchting Pro Honda HP-koelvloeistof is een voorgemengde Voer hieraan vaker onderhoud uit als u in de regen of oplossing van antivriesmiddel en gedistilleerd met vol gas rijdt of nadat het voertuig is gewassen of water. is gevallen. Voer een servicebeurt uit als het...
Pagina 103
Standaardonderhoud Controleren op abnormale slijtage Banden (inspecteren/vervangen) Bandenspanning controleren Controleer de banden op tekenen van Controleer uw banden met het blote oog en gebruik abnormale slijtage op een bandenspanningsmeter om de bandenspanning het draagvlak. ten minste één keer per maand te meten of wanneer u constateert dat de bandenspanning laag is.
Pagina 104
Standaardonderhoud WAARSCHUWING Profieldiepte controleren Controleer de bandslijtage-indicatoren. Vervang Het rijden op banden die overmatig zijn de banden onmiddellijk zodra deze zichtbaar versleten of verkeerd zijn opgepompt, worden. kan een botsing veroorzaken waarbij u ernstig of dodelijk letsel kunt oplopen. of TWI Volg alle aanwijzingen in dit instructieboekje betreffende de juiste bandenspanning en onderhoud.
Pagina 105
Standaardonderhoud WAARSCHUWING Laat uw banden door uw dealer vervangen. Zie "Specificaties" voor de aanbevolen banden en Het monteren van ongeschikte banden bandenspanning. BLZ. 167 op uw voertuig kan het stuurgedrag en Volg deze richtlijnen voor het vervangen van banden: de stabiliteit nadelig beïnvloeden en Gebruik de aanbevolen banden of ●...
Pagina 106
Gereedschap De gereedschapsset wordt opgeborgen onder het zadel. BLZ. 84 U kunt enkele reparaties onderweg uitvoeren, kleine afstellingen maken en onderdelen vervangen met het meegeleverde gereedschap. Type ED, II ED, RU 10 × 14 mm steeksleutel ● Standaard-/kruiskopschroevendraaier ● Handgreep voor schroevendraaier ●...
Pagina 107
Demontage en montage van onderdelen Accu Verwijder de accu en pas op dat u de moeren van de accupolen niet laat vallen. Pluspool Rubberen band Montage Monteer de onderdelen in de omgekeerde volgorde van de demontage. Sluit altijd eerst de pluspool + aan. Controleer of de bouten en moeren goed vastzitten.
Pagina 108
Demontage en montage van onderdelen Accudeksel Accudeksel Demontage Open het zadel. BLZ. 82 Lipjes Druk op de lipjes en verwijder het accudeksel. Montage Monteer de onderdelen in de omgekeerde volgorde van de demontage. Accudeksel...
Pagina 109
Demontage en montage van onderdelen Voorafdekking Voorafdekking Demontage Trek de voorafdekking naar achteren door op de zijkant van de voorafdekking te drukken. Aanbrengen Voorafdekking Monteer het onderdeel in de omgekeerde volgorde van de demontage. Zorg ervoor dat alle lipjes goed op hun plaats zitten.
Pagina 110
Motorolie Motorolie controleren Bovenste niveau Controleer de motorolie met de stop-/ startschakelaar in de stand (Idling). Laat de motor 3 tot 5 minuten stationair draaien als de motor koud is. Zet de contactschakelaar in de stand (Off) en wacht 2 tot 3 minuten. Zet uw voertuig op de middenbok op een Onderste Olievuldop/peilstok...
Pagina 111
Motorolie Motorolie bijvullen Motorolie bijvullen LET OP Het te vol vullen met olie of het rijden met onvoldoende olie kan de motor beschadigen. Geen Als het motoroliepeil zich onder of dicht bij olie van verschillende merken en verschillende het onderste merkstreepje bevindt, moet u kwaliteit mengen.
Pagina 112
Koelvloeistof Koelvloeistof controleren Als het koelvloeistofpeil zichtbaar daalt of het expansiereservoir leeg is, is er waarschijnlijk sprake van een ernstige lekkage. Laat uw Controleer het koelvloeistofpeil in het voertuig door uw dealer inspecteren. expansiereservoir terwijl de motor koud is. Koelvloeistof toevoegen Zet uw voertuig op de middenbok op een stevige, horizontale ondergrond.
Pagina 113
Koelvloeistof Koelvloeistof toevoegen Verwijder de dop van het expansiereservoir Deksel van expansiereservoir en voeg vloeistof toe terwijl u het Sleuf koelvloeistofniveau controleert. Vul niet hoger dan het UPPER-merkstreepje. Zorg ervoor dat er geen vreemde voorwerpen in de opening van het expansiereservoir terechtkomen.
Pagina 114
Remmen Remvloeistof controleren Voorrem Remvloeistofreservoir van voorrem WW125A, type KO Plaats uw voertuig rechtop op een stevige en horizontale ondergrond. Controleer of het remvloeistofreservoir horizontaal staat en of het vloeistofniveau zich boven het LWR-merkstreepje bevindt. LWR- merkstreepje Inspecteer de remblokken op slijtage als het Achterrem remvloeistofpeil zich beneden het LWR- Remvloeistofreservoir...
Pagina 115
Remmen Remvloeistof controleren WW125 Voorrem Remvloeistofreservoir Plaats uw voertuig rechtop op een stevige van voorrem en horizontale ondergrond. Controleer of het remvloeistofreservoir horizontaal staat en het vloeistofniveau als volgt is: boven het LWR-merkstreepje. Voorrem tussen de LOWER- en Combi-rem UPPER-merkstreepjes. LWR-merkstreepje Inspecteer de remblokken op slijtage als het Combi-rem...
Pagina 116
Remmen Remvloeistof van voorrem controleren Remvloeistof van voorrem Remvloeistofreservoir controleren van voorrem WW125A type ED, II ED, RU Plaats uw voertuig rechtop op een stevige en horizontale ondergrond. Controleer of het remvloeistofreservoir horizontaal staat en of het vloeistofniveau LWR-merkstreepje zich boven het LWR-merkstreepje bevindt.
Pagina 117
Remmen Remblokken inspecteren Remblokken inspecteren Voor Achter Slijtage- Remblokken WW125A, type KO indicatoren Controleer de staat van de remblokslijtage- indicatoren. De remblokken moeten worden Voor vervangen als een remblok tot aan de onderkant van de indicator versleten is. De remblokken moeten worden Achter vervangen als een remblok tot aan de indicator versleten is.
Pagina 118
Remmen Remblokken vóór inspecteren Remblokken vóór inspecteren WW125A WW125 Type ED, II ED, RU Behalve WW125A type KO Remblokken Remblokken Controleer de staat van de remblokslijtage- indicatoren. De remblokken moeten worden vervangen als een remblok tot aan de onderkant van de indicator versleten is.
Pagina 119
Remmen Inspecteer de speling van de remhendel van de achterrem Inspecteer de speling van de Controleer de remkabel op kronkels of tekenen van slijtage. Laat indien nodig door remhendel van de achterrem uw dealer vervangen. Smeer de remkabel met een in de handel Behalve WW125A type KO verkrijgbaar kabelsmeermiddel, om Zet het voertuig op de middenbok.
Pagina 120
Remmen Aanpassen van de speling van de remhendel van de achterrem Aanpassen van de speling van Als u de speling volgens de bovenstaande werkwijze niet juist kunt afstellen, neem dan de remhendel van de contact op met uw dealer. achterrem Het afstellen gebeurt door de stelmoer van de achterrem telkens een halve slag Behalve WW125A type KO...
Pagina 121
Remmen Aanpassen van de speling van de remhendel van de achterrem Duw tegen de remarm om te controleren of er ruimte is tussen de stelmoer van de achterrem en de pen van de remarm. Remarm Duwen Pen van remarm Ruimte Stelmoer Controleer na het afstellen de speling van de remhendel.
Pagina 122
De achterwielrem is voorzien van een maximaal remmen. remslijtage-indicator. Laat dit uitvoeren door uw dealer. Remplaat Pijl Neem contact op met uw dealer zodra onderhoud aan de remmen vereist is. Gebruik alleen originele Honda-onderdelen of gelijkwaardig materiaal. Referentiemerk- Remarm teken...
Pagina 123
Zijstandaard Zijstandaard controleren Ga op het voertuig zitten en klap de zijstandaard omhoog. Start de motor. Klap de zijstandaard volledig omlaag. De motor moet afslaan wanneer u de zijstan- daard omlaag klapt. Laat uw voertuig in- specteren door uw dealer als de motor niet afslaat.
Pagina 124
Gashendel Gashendel controleren Zet de motor uit en controleer of de gashendel soepel draait van de volledig gesloten tot de volledig geopende stand in alle stuurstanden en of de speling van de gashendel juist is. Laat het voertuig door uw dealer inspecteren als de gashendel niet soepel beweegt of automatisch dicht gaat of als de kabel is beschadigd.
Pagina 125
SMART Key vervangen met daarover een beschermende doek in de gleuf te steken. Als de indicator van de Honda SMART Key Wikkel een muntstuk of een platte 5 keer knippert als de contactschakelaar op schroevendraaier in een...
Pagina 126
Overige vervangingen De batterij in de Honda SMART Key vervangen WAARSCHUWING Bovenkant van behuizing GEVAAR VAN CHEMISCHE Batterij BRANDWONDEN De batterij die de Honda SMART Key Beschermend voedt, kan ernstige interne doekje brandwonden veroorzaken en zelfs de dood tot gevolg hebben als de batterij wordt ingeslikt.
Pagina 127
Overige vervangingen De batterij in de Honda SMART Key vervangen VOORZICHTIG • Er bestaat explosiegevaar als de batterij onjuist wordt vervangen. Vervang alleen door hetzelfde of een gelijkwaardig type. • Stel niet bloot aan overmatige hitte, zoals zonlicht, vuur of dergelijke. Dit kan leiden...
Pagina 128
Motor start niet, zelfs niet door openen BLZ. 135 Waarschuwingslampjes branden of gashendel............BLZ. 127 knipperen............Als het Honda SMART Key-systeem niet goed BLZ. 136 PGM-FI-storingslampje (elektronisch geregelde werkt ..............BLZ. 127 BLZ. 138 brandstofinspuiting) (MIL) ......Zadel ontgrendelen in een noodgeval ..
Pagina 129
Motor start niet De startmotor werkt maar de De startmotor werkt niet motor start niet Controleer het volgende: Controleer de juiste startvolgorde van de ● Controleer het volgende: motor. BLZ. 73 Controleer de juiste startvolgorde van de ● Controleer op een doorgebrande ●...
Pagina 130
Oververhitting (indicator hoge koelvloeistoftemperatuur brandt) De motor is oververhit wanneer zich het Stop de motor met de contactschakelaar. volgende voordoet: Laat de motor afkoelen met de Indicator hoge koelvloeistoftemperatuur startschakelaar in de stand (Off). ● gaat branden. Inspecteer de radiateurslang op lekkage De acceleratie wordt traag.
Pagina 131
Waarschuwingslampjes branden of knipperen PGM-FI-storingslampje Wat te doen als het storingslampje knippert (elektronisch geregelde Parkeer het voertuig op een veilige plaats en brandstofinspuiting) (MIL) uit de buurt van brandbare voorwerpen en wacht ten minste 10 minuten met stilstaande Redenen voor het gaan branden/ motor tot deze is afgekoeld.
Pagina 132
Waarschuwingslampjes branden of knipperen Indicator voor accu-oplaadstatus Indicator voor accu- Indicator ABS oplaadstatus (antiblokkeersysteem) Als de indicator gaat branden tijdens het WW125A rijden, is de accuspanning mogelijk te laag of Als de indicator op een van de volgende zijn de prestaties van de accu verslechterd. manieren werkt, is er mogelijk een ernstig Laat uw voertuig door uw dealer inspecteren.
Pagina 133
Waarschuwingslampjes branden of knipperen HSTC-indicator HSTC-indicator Als de ABS-indicator blijft branden, werken uw remmen als een standaardsysteem maar zonder de antiblokkeerfunctie. WW125A De ABS-indicator kan gaan knipperen Als de indicator op één van de volgende wanneer u het achterwiel draait terwijl het manieren werkt, is er mogelijk een ernstig achterwiel van de grond is.
Pagina 134
(On). De HSTC-indicator wanneer de communicatie tussen uw voer- gaat uit zodra u een snelheid van 3 km/h tuig en de Honda SMART Key stopt nadat de bereikt. contactschakelaar in de stand (On) is gezet. Dit wordt waarschijnlijk veroorzaakt door het volgende: Sterke radiogolven of geluid beïnvloeden...
Pagina 135
Waarschuwingslampjes branden of knipperen Indicator Honda SMART Key Dit heeft echter geen effect op de werking Als u niet beschikt over de Honda SMART van het voertuig totdat de motor wordt Key, kan de contactschakelaar op een andere gestopt, met uitzondering van stop/start.
Pagina 136
Andere waarschuwingsaanduidingen Storingsaanduiding brandstofniveaumeter In geval van een defect van het brandstofsysteem zien de indicatoren van de brandstofniveaumeter eruit zoals getoond in de afbeeldingen. Ga zo snel mogelijk naar uw dealer als dit gebeurt.
Pagina 137
Stop-/startsysteem werkt niet goed De stop-/startindicator gaat Als het PGM-FI-storingslampje (MIL) brandt: Als het PGM-FI storingslampje (MIL) brandt, niet branden werkt het stop-/startsysteem niet, om zo de motor te beschermen. Neem contact op met Als de stop-/startindicator niet gaat branden, uw dealer.
Pagina 138
Stop-/startsysteem werkt niet goed Motor wordt niet gestopt door stop-/startsysteem als indicator brandt Motor wordt niet gestopt door stop-/startsysteem als indicator brandt Als de motor niet wordt gestopt door het stop-/startsysteem terwijl de stop-/startindi- cator brandt, voert u de onderstaande han- delingen uit.
Pagina 139
Stop-/startsysteem werkt niet goed Motor start niet, zelfs niet door openen gashendel Motor start niet, zelfs niet door Als de stop-/startschakelaar in de stand (Idling) staat: openen gashendel Als de motor wordt gestopt door het stop-/ startsysteem en u de stop-/startschakelaar op Voer de volgende handelingen uit als de (Idling) zet, wordt het stop-/startsysteem motor niet start, zelfs als de gashendel...
Pagina 140
Als er voorzieningen in de buurt zijn Key-systeem. BLZ. 48 die sterke radiogolven of geluid genereren zoals TV-torens, Als de LED van de Honda SMART Key niet krachtcentrales, radiostations of reageert, vervang dan de batterij. luchthavens. Als u de Honda SMART Key bij u hebt...
Pagina 141
Als het Honda SMART Key-systeem niet goed werkt Controleer of er een geregistreerde Controleer de staat van de accu en de ● ● Honda SMART Key wordt gebruikt. accukabel van uw voertuig. Gebruik een geregistreerde Honda Controleer de accu en de accupolen.
Pagina 142
Zadel ontgrendelen in een noodgeval Het zadelslot kan worden ontgrendeld met Zadelontgrendeling voor noodgevallen de noodsleutel. Openen Verwijder de voorafdekking. BLZ. 105 Lijn de verdikking van de noodsleutel uit met de sleuf van de zadelontgrendeling Verdikking voor noodgevallen en draai de noodsleutel linksom.
Pagina 143
Voer het ID-nummer op het ID-label op De contactschakelaarring en de indicator volgorde vanaf links in door op de contactscha- van de Honda SMART Key knipperen. kelaar te drukken. Druk op de contactschakelaar terwijl de Het ID-nummer wordt geverifieerd volgens...
Pagina 144
● de contactschakelaar in te drukken wanneer de de contactschakelaarring en de indicator van contactschakelaarring gaat branden. de Honda SMART Key uit en wanneer ze Om "1" in te voeren, drukt u eenmaal binnen weer worden ingeschakeld, wordt de ●...
Pagina 145
Als u een fout maakt tijdens het invoeren van knipperen de contactschakelaarring en de uw ID, druk dan niet op de contactschake- indicator van de Honda SMART Key om de laar, wacht totdat de contactschakelaarring seconde en gaan ze vervolgens uit.
Pagina 146
Lekke band Het repareren van een lekke band of het sneller dan 50 km/h. Laat de band zo snel demonteren van een wiel vereist speciaal mogelijk door uw dealer vervangen. gereedschap en technische expertise. Wij WAARSCHUWING raden u aan om deze servicebeurt door uw Het rijden op uw voertuig met een dealer te laten uitvoeren.
Pagina 147
Elektrische problemen De accu loopt leeg Doorgebrande lamp Laad de accu op met een acculader voor Alle lampen van het voertuig zijn LED's. Als motorfietsen. een LED niet gaat branden, neem dan Haal de accu uit het voertuig voor het contact op met uw dealer voor onderhoud.
Pagina 148
Elektrische problemen Doorgebrande zekering Doorgebrande zekering Zekeringen in zekeringkast WW125A Zie “Inspecteren en vervangen van Reservezeke- zekeringen" voor het hanteren van de ringen zekeringen. BLZ. 96 Type RU Zekering- Label zekeringkast BLZ. 163 trekker Hoofdzekering Afdekkap zekeringkast...
Pagina 149
Elektrische problemen Doorgebrande zekering Verwijder het accudeksel. BLZ. 104 WW125 Open de afdekkap van de zekeringkast. Reservezeke- Trek de hoofdzekering en de andere ringen zekeringen een voor een uit met de zekeringtrekker in de afdekkap van de Zekering- zekeringkast. Controleer of er een trekker zekering doorgebrand is.
Pagina 150
Motor draait sporadisch instabiel Als het filter van de brandstofpomp verstopt is, kan de motor tijdens het rijden sporadisch instabiel draaien. Zelfs als dit symptoom optreedt, kunt u met uw voertuig blijven rijden. Als de motor instabiel draait terwijl er vol- doende brandstof beschikbaar is, dient u uw voertuig zo spoedig mogelijk door uw dealer te laten controleren.
Pagina 151
Informatie BLZ. 148 Onderhoudsdiagnoserecorders....BLZ. 148 Sleutels ............... Instrumenten, bedieningselementen en andere BLZ. 152 functies............. BLZ. 153 Onderhoud van uw voertuig......BLZ. 157 Uw voertuig stallen ......... BLZ. 158 Uw voertuig vervoeren........BLZ. 159 U en het milieu ..........BLZ. 160 Serienummers...........
Pagina 152
Deze gegevens zijn echter alleen toegankelijk voor Honda, haar erkende dealers en erkende reparateurs, werknemers, vertegenwoordigers en contractanten voor de technische diagnose, het Noodsleutel...
Pagina 153
Als de circuits beschadigd zijn, kunt u de Honda Met de Honda SMART Key kunt u de volgende SMART Key niet gebruiken. zaken uitvoeren: Contactschakelaar vergrendelen of ● Laat de Honda SMART Key niet vallen en zet er ● ontgrendelen geen zware dingen op. Zadelslot ontgrendelen ●...
Pagina 154
Sleutels Als er brandstof, was of vet op de Honda Ga voor een extra Honda SMART Key met de ● SMART Key blijft zitten, veeg dan direct schoon Honda SMART Key en het voertuig naar uw dealer. om scheuren of kromtrekken te voorkomen.
Pagina 155
Sleutels Alleen Israël Type ED, II ED, RU Alleen Servië Овим Honda Lock Mfg. Co., Ltd., изјављује да је радио опрема типа HLSS-6 у складу са Honda SMART Key ID-label Директивом 2014/53/ЕУ. Комплетан текст ЕУ декларације о Type KO усаглашености доступан је на следећој интернет...
Pagina 156
Instrumenten, bedieningselementen en andere functies Instrumenten, Documentzakje bedieningselementen en Het instructieboekje, het registratiebewijs en het andere functies verzekeringsbewijs kunnen in het plastic docu- mentzakje onder het zadel worden opgeborgen. Contactschakelaar Als u de contactschakelaar in de stand (On) laat staan terwijl de motor is uitgeschakeld, zal de accu leeglopen.
Pagina 157
Het frequent reinigen en oppoetsen is belangrijk om de Smeer alle bewegende delen na het drogen lange levensduur van uw Honda te garanderen. Potenti- van het voertuig. ele problemen zijn gemakkelijker vast te stellen op een Zorg ervoor dat u geen smeermiddel op schoon voertuig.
Pagina 158
Onderhoud van uw voertuig Richt geen waterstraal op het luchtfilter: Voorzorgsmaatregelen voor het wassen ● Water in het luchtfilter kan het starten van Volg deze richtlijnen voor het wassen: de motor verhinderen. Gebruik geen hogedrukreinigers: ● Richt geen waterstraal op de koplamp: ●...
Pagina 159
Onderhoud van uw voertuig Aluminium onderdelen Kuipdelen Aluminium wordt aangetast door corrosie na Volg deze richtlijnen om krassen en vlekken te contact met vuil, modder of wegenzout. Reinig voorkomen: aluminium onderdelen regelmatig en volg deze Was voorzichtig met een zachte spons en veel ●...
Pagina 160
Onderhoud van uw voertuig op het windscherm en de windschermranden Windscherm terechtkomen. Het kunststof raakt dan beschadigd. Gebruik veel water en reinig het windscherm met een zachte doek of spons. (Gebruik geen Uitlaatpijp en geluiddemper reinigingsmiddelen of chemische reinigers op het Gebruik geen in de handel verkrijgbare windscherm.) Wrijf droog met een zachte, schone schuurpasta wanneer de uitlaatpijp en...
Pagina 161
Uw voertuig stallen Uw voertuig stallen Controleer alle onderhoudsonderdelen die door het onderhoudsschema worden voorgeschreven wanneer u uw voertuig uit de stalling haalt. Als u uw voertuig buiten stalt, overweeg dan het gebruik van een volledige voertuighoes. Volg deze richtlijnen als u van plan bent om gedurende een langere periode niet te rijden: Was uw voertuig en zet alle gelakte ●...
Pagina 162
Uw voertuig vervoeren Uw voertuig vervoeren Als uw voertuig moet worden vervoerd, dient dit te geschieden op een motorfietsaanhanger of een dieplader of aanhanger met een laadvloer of hefplatform en motorfietsbevestigingsriemen. Probeer nooit uw voertuig met één of beide wielen op de grond te slepen.
Pagina 163
U en het milieu U en het milieu Bied gebruikte vloeistoffen aan voor recycling Het bezit van en rijden op een voertuig kan Deponeer olie en ander giftig afval in aangenaam zijn, maar u moet een bijdrage leveren goedgekeurde containers en breng ze naar een aan de bescherming van het milieu.
Pagina 164
Serienummers Serienummers De serienummers op het frame en de motor identificeren uw voertuig en zijn vereist om uw voertuig te registreren. Ze kunnen ook vereist zijn bij het bestellen van vervangingsonderdelen. Het framenummer is rechtsachter op het frame gegraveerd. Frame- U kunt dit van onderaf aan de achterkant rechts nummer van het voertuig controleren.
Pagina 165
Andere labels en plaatjes Andere labels en plaatjes Type RU Kentekenplaat a VIN (voertuigidentificatienummer) Honda Vietnam Co.,Ltd. b Geluidsniveau dB (A) bij c Motortoerental omw/min. Oplaadlabel Deze accu is gevuld met zuur. Als de gestabiliseerde spanning in het onderbroken circuit lager is dan 12,4 V moet de accu worden opgeladen.
Pagina 166
Andere labels en plaatjes Afdekplaatje hoofdremcilinder Voor WAARSCHUWING GEBRUIK UITSLUITEND DOT3- OF DOT4- REMVLOEISTOF UIT EEN VERZEGELDE VERPAKKING. REINIG DE VULDOP VOORDAT U DEZE VERWIJDERT.
Pagina 167
Andere labels en plaatjes Label zekeringkast a RELAY h USB・OP b RELAY i ABS MAIN c BACK UP j ABS MOTOR d HEAD LIGHT k MAIN e TURN・STOP TAIL・METER f INJ・F/P g FI...
Pagina 168
Alcoholhoudende brandstoffen Alcoholhoudende Het gebruik van benzine met meer dan 10% ethanol kan: brandstoffen De lak van de brandstoftank beschadigen. ● De rubberen slangen van de brandstofleiding ● Sommige traditionele brandstoffen gemengd met beschadigen. alcohol zijn verkrijgbaar in sommige landen om Roestvorming in de brandstoftank veroorzaken.
Pagina 169
Een defecte katalysator draagt bij aan luchtverontreiniging en kan de prestatie van de motor nadelig beïnvloeden. Voor vervanging moet een origineel Honda-onderdeel of gelijkwaardig onderdeel worden gebruikt.
Pagina 170
Specificaties Voornaamste onderdelen ■ Cilinderinhoud 125 cm Totale lengte 1.935 mm Boring x slag 53,5 x 55,5 mm Totale breedte 740 mm Compressieverhouding 11,5:1 Totale hoogte 1.105 mm Loodvrije benzine Brandstof Aanbevolen: 91 RON of hoger Wielbasis 1.315 mm Alcoholhoudende Minimale bodemspeling 135 mm ETHANOL tot 10 volumeprocent brandstoffen...
Pagina 171
200 kPa (2,00 kgf/cm versnellings- (uitsluitend bakoliereservoir Na demontage 0,14 L Achter 225 kPa (2,25 kgf/cm bestuurder) Aanbevolen Honda DOT 3- of DOT 4-remvloeistof Bandenspanning Voor 200 kPa (2,00 kgf/cm remvloeistof (bestuurder en Inhoud Achter 250 kPa (2,50 kgf/cm 0,50 L...
Pagina 172
Specificaties Lampen ■ Koplamp Remlichten/achterlichten Richtingaanwijzers vóór Richtingaanwijzers achter Kentekenplaatverlichting Parkeerlichten Zekeringen ■ Hoofdzekering 30 A WW125A 15 A, 10 A, 7,5 A Andere zekeringen WW125 10 A, 7,5 A...
Pagina 173
Online Gebruikershandleiding https://www.hondamotopub.com/ 39K1YC10 XXX.XXXX.XX.P 00X39-K1Y-C100 GEDRUKT IN XXXXX...