Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Vorstbeveiliging Warmtewisselaars Verdamper; Stromingsbeveiliging; Koeltorens - Daikin EWWD320 Handleiding Voor Installatie, Gebruik En Onderhoud

Inhoudsopgave

Advertenties

Vorstbeveiliging warmtewisselaars verdamper

Noch de verdamper, noch de condensor zijn zelf-lozend en er is geen verwarming geïnstalleerd. Beide
warmtewisselaars moeten worden beschermd tegen bevriezing.
Tenzij de warmtewisselaars volledig zijn afgetapt en gereinigd met een antivriesoplossing, moeten zij worden beschermd
tegen de vorst.
Bij het ontwerpen van het systeem moeten minstens twee van de onderstaande beschermingsmethoden worden
overwogen:
1. Ononderbroken watercirculatie in de leidingen en de warmtewisselaars
2. Vullen van een gepaste hoeveelheid glycol in het watercircuit
3. Bijkomende warmte-isolatie en verwarming van blootliggende leidingen
4. Aftappen en reinigen van de warmtewisselaar tijdens het winterseizoen
De installateur en/of plaatselijk onderhoudspersoneel moeten erop toezien dat twee of meer van de vermelde
vorstbeschermingsmethoden worden gebruikt. Zorg ervoor dat de geschikte vorstbescherming te allen tijde
behouden blijft. Wanneer de hiervoor vermelde instructies niet worden opgevolgd, kunnen de componenten van
de machine beschadigd geraken. Vorstschade wordt niet gedekt door de waarborg.

Stromingsbeveiliging

Alle koelers zijn uitgerust met in de fabriek geïnstalleerde redundante differentieeldrukschakelaars die de verdamper en
condensor beschermen tegen stromingsverlies.

Koeltorens

Het waterdebiet in de condensor moet worden gecontroleerd om te zien of voldoet aan het systeemontwerp. Een door de
unitcontroller bediende toren-bypassklep is vereist om de minimumtemperatuur condensorinlaat te regelen. Tenzij het
systeem en de koelerunit er specifiek voor ontworpen zijn, is een condensorbypass of variabele condensorstroming niet
aanbevolen aangezien lage stromingswaarden in de condensor onstabiele werking en een hoge mate van pijpvervuiling
kunnen veroorzaken.
Koeltorens worden normaal geselecteerd voor een watertemperatuur aan de condensorinlaat tussen 24°C en 32°C.
Het water in de toren moet behandeld worden voor een permanente efficiënte en betrouwbare werking van de
unit. Indien niet mogelijk inhouse, moet u met externe competente waterbehandelingsspecialisten werken.
D-EIMWC00907-14NL - 16/50
LET OP
LET OP
LET OP

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

C10fzxs

Inhoudsopgave