Veiligheidsklem; Voorzekeringen; Netvoeding; Aansluiting Van De Motor - Danfoss VLT 2800 Series Handleiding
Verberg thumbnails
Zie ook voor VLT 2800 Series:
- Bedieningshandleiding (107 pagina's) ,
- Installatiehandleiding (2 pagina's) ,
- Handleiding (175 pagina's)
Inhoudsopgave
Advertenties
Veiligheidsklem
Indien de galvanische isolatie (PELV)
tussen de stuurklemmen en de
hoogspanningsklemmen moet worden
gehandhaafd, moet de begeleidende veiligheidsklem
worden aangebracht bij de VLT 2803-2815, 200-240
V en VLT 2805-2815, 380-480 V.
Voorzekeringen
Voor alle typen eenheden moeten externe zekeringen
worden geplaatst in de netvoeding naar de
frequentie-omvormer. Voor UL/cUL-toepassingen
met een netspanning van 200-240 V gebruikt u
voorzekeringen van het type Bussmann KTN-R
(200-240 V) of Ferraz Shawmut ATMR (max. 30A).
Voor UL/cUL-toepassingen met een netspanning
van 380-480 V gebruikt u voorzekeringen van het
type Bussmann KTS-R (380-480 V). Zie Technische
gegevens voor de juiste voorzekeringen.
Netvoeding
Let er op dat bij 1 x 220-240 Volt de neutrale
draad moet worden verbonden met klem N
en de fasedraad met klem L1
Nr. N
L1
Netspanning 1 x 220-240 V
(L2)
(L1) (L3)
N
L1
Nr.
95
Aardverbinding
Nr. N
L1
Netspanning 3 x 220-240 V
(L2)
(L1) (L3)
L2
L1
L3
Nr.
95
Aardverbinding
Nr. 91 92 93 Netspanning 3 x 380-480 V
L1 L2 L3
Nr. 95
Aardverbinding
NB!:
Controleer of de netspanning overeenkomt met
de spanning die de frequentie-omvormer nodig
heeft; deze is af te lezen op het typeplaatje.
MG.28.A9.10 - VLT is een geregistreerd handelsmerk van Danfoss
(L2)
.
(L1)
®
VLT
400-Volt eenheden met RFI-filters
mogen niet worden aangesloten op
netvoedingen waarin de spanning tussen
fase en aarde meer dan 300 V bedraagt. Denk
erom dat voor de IT-voeding en de delta-aarde de
netspanning groter kan zijn dan 300 V tussen fase
en aarde. Eenheden met typecode R5 kunnen
worden aangesloten op netvoedingen met maximaal
400 V tussen fase en aarde.
Zie Technische gegevens voor de juiste
kabeldoorsneden. Zie ook Galvanische
scheiding voor meer informatie.
Aansluiting van de motor
Sluit de motor aan op de klemmen 96, 97, 98.
Sluit klem 99 aan op de aarde.
Nr. 96 97 98
Motorspanning 0-100% van
netspanning.
U
V
W
3 draden uit motor
U1
V1
W1
6 draden uit motor,
W2
U2
V2
driehoekschakeling
U1 V1 W1
6 draden uit motor,
sterschakeling
U2, V2, W2 moeten
afzonderlijk onderling worden
aangesloten (optioneel
klemblok)
Nr. PE
Aardverbinding
Zie Technische gegevens voor de juiste
kabeldoorsneden.
Alle soorten driefasen asynchrone standaardmotoren
kunnen door een frequentie-omvormer worden
aangestuurd. Kleine motoren zijn in het algemeen in
ster geschakeld (230/400 V,
zijn in driekhoekschakeling geschakeld (400/690 V,
/ Y). De juiste schakeling en de spanning kunnen
op het motorplaatje worden afgelezen.
NB!:
Bij motoren zonder fase-isolatiemateriaal
moet een LC-filter worden aangebracht op de
uitgang van de frequentie-omvormer.
Serie 2800
/ Y). Grotere motoren
65
Advertenties
Inhoudsopgave
