Indien de frequentie-omvormer de uitgangsfrequentie
moet verhogen ingeval het terugkoppelingssignaal
toeneemt, selecteert u Inverse [1].
438 Proces PID integratiebegrenzing
(PROC ANTI WINDUP)
Waarde:
Niet actief (DISABLE)
Actief (ENABLE)
Functie:
Het is mogelijk te kiezen of de procesregelaar moet
doorgaan met het bijregelen van de fout, ook als de
uitgangsfrequentie niet kan worden verhoogd/verlaagd.
Beschrijving van de keuze:
De fabrieksinstelling is Inschakelen [1], hetgeen
betekent dat de integratielink geïnitialiseerd wordt in
relatie met de werkelijke uitgangsfrequentie als de
stroombegrenzing, de spanningsbegrenzing of de
min./max. frequentie is bereikt. De procesregelaar
zal niet actief worden totdat de fout nul is of totdat
het teken veranderd is. Selecteer Uitschakelen [0]
als u wilt dat de integrator blijft integreren op de
fout, ook als de fout door een dergelijke regeling
niet opgeheven kan worden.
NB!:
Indien Uitschakelen [0] geselecteerd is, betekent
dit dat de integrator, wanneer het teken van de
fout verandert, eerst moet integreren vanaf het
niveau dat verkregen is als resultaat van de eerdere fout,
voordat de uitgangsfrequentie een wijziging ondergaat.
439 Proces PID startfrequentie
(PROC START VALUE)
Waarde:
f
- f
(parameter 201/202)
MIN
MAX
Par. 201 Uitgangsfrequentie, ondergrens, f
Functie:
Wanneer het startsignaal arriveert, zal de
frequentie-omvormer reageren met Open lus en
zal deze niet omschakelen naarGesloten lus totdat
de geprogrammeerde startfrequentie is bereikt.
Hierdoor kan een frequentie worden ingesteld die
overeenkomt met de snelheid waarmee het proces
normaal verloopt, waardoor de vereiste procescondities
sneller bereikt kunnen worden.
Beschrijving van de keuze:
Stel de vereiste startfrequentie in.
= standaardinstelling. () = display-tekst [] = waarde gebruikt voor communicatie via seriële communicatiepoort.
MG.28.A9.10 - VLT is een geregistreerd handelsmerk van Danfoss
NB!:
Indien de frequentie-omvormer op het
niveau van de stroombegrenzing loopt
voordat de vereiste startfrequentie is
verkregen, zal de procesregelaar niet geactiveerd
worden. Voor activering van de regelaar moet de
startfrequentie verlaagd worden tot de vereiste
uitgangsfrequentie. Dit kan gedaan worden terwijl
de frequentie-omvormer in bedrijf is.
[0]
[1]
440 Proces PID proportionele versterking
(PROC. PROP. GAIN)
Waarde:
0.0 - 10.00
Functie:
De proportionele versterking geeft aan hoeveel
keer de fout tussen het instelpunt en het
terugkoppelingssignaal versterkt moet worden.
Beschrijving van de keuze:
Met een hoge versterking wordt een snelle regeling
verkregen, maar indien de versterking te groot is, kan
het proces doorschieten en instabiel worden.
441 Proces PID integratietijd
(PROC. INTEGR. T.)
Waarde:
0,01 - 9999,99 (OFF)
Functie:
De integrator levert een toenemende versterking
indien er een constante fout is tussen de referentie/het
instelpunt en het terugkoppelingssignaal. Hoe groter
de fout, hoe sneller de frequentiebijdrage van de
integrator toeneemt. De integratietijd is de tijd die
de integrator nodig heeft om dezelfde versterking te
bereiken als de proportionele versterking.
MIN
Beschrijving van de keuze:
Bij een korte integratietijd wordt een snelle regeling
verkregen. De tijd kan echter ook te kort zijn,
waardoor het proces instabiel kan worden als
gevolg van overswing. Indien de integratietijd te
lang is, kunnen zich grotere afwijkingen voordoen
ten opzichte van het vereiste instelpunt, aangezien
de procesregelaar lang zal doen over het bijregelen
in verhouding tot een gegeven fout.
®
VLT
Serie 2800
0.01
OFF
51