Algemene informatie over de elektrische installatie
Waarschuwing hoge spanning
De spanning van de frequentie-omvormer
is gevaarlijk wanneer de apparatuur op
het lichtnet is aangesloten. Onjuiste
installatie van de motor of frequentie-omvormer kan
de apparatuur beschadigen en lichamelijk letsel of
dodelijke gevolgen met zich mee brengen. Volg de
aanwijzingen in deze handleiding alsmede de lokale en
nationale regels en veiligheidsvoorschriften op.
Het aanraken van elektrische onderdelen kan
fatale gevolgen hebben, zelfs wanneer de
netvoeding is afgekoppeld: Wacht minstens 4
minuten voor de stroomafvoer.
NB!:
Het is de verantwoordelijkheid van de
gebruiker of van de installateur om te
zorgen voor een correcte aarding en
beveiliging van de apparatuur overeenkomstig de
nationale en lokale voorschriften.
Aarding
De volgende basispunten moeten in acht worden
genomen voor installatie:
•
Veiligheidsaarding: denk eraan dat de
frequentie-omvormer een hoge lekstroom
heeft en om veiligheidsredenen op degelijke
wijze geaard moet worden. Volg de lokale
veiligheidsvoorschriften op.
•
Hogefrequentieaarding: houd de aardkabels
zo kort mogelijk.
Sluit de verschillende aardingssystemen zo op
elkaar aan dat de geleidingsimpedantie zo laag
mogelijk is. U verkrijgt een zo laag mogelijke
geleidingsimpedantie door de gelieder zo kort mogelijk
te houden en het grootste beschikbare oppervlak te
benutten. Een platte gelieder bijvoorbeeld heeft bij
een gelijke doorsnede C een lagere HF-impedantie
dan een ronde gelieder
VESS
in behuizingen wilt installeren, moet de achterplaat
van de behuizing - die van metaal moet zijn - als een
gemeenschappelijke aardplaat worden gebruikt. De
metalen behuizingen van de units moeten met een
zo laag mogelijke HF-impedantie aan de achterplaat
van de behuizing worden bevestigd. Op deze manier
worden verschillen tussen de HF-spanningen in de
eenheden voorkomen en zullen er geen ruisstromen
optreden in de verbindingskabels van de eenheden.
Ruisradiantie wordt beperkt. Ten behoeve van een
lage HF-impedantie kunnen de bevestigingsbouten
MG.28.A9.10 - VLT is een geregistreerd handelsmerk van Danfoss
. Als u meerdere units
®
VLT
van de eenheden worden gebruikt als HF-aansluiting
op de achterplaat. Isoleerverf en dergelijke moet van
de bevestigingspunten verwijderd worden.
Extra beveiliging
Als extra beveiliging kan gebruik worden gemaakt
van aardlekschakelaars, nulaarding of aarding, op
voorwaarde dat de installatie voldoet aan de lokale
veiligheidsvoorschriften. Een aardingsfout kan in
de ontladingsstrom een gelijkstroom veroorzaken.
Gebruik nooit een RCD (aardlekschakelaar)
van het type A; deze zijn niet geschikt voor
DC-foutstromen. Als RCD-relais worden gebruikt,
dienen deze te voldoen aan de lokale voorschriften.
De gebruikte RCD-relais dienen geschikt te zijn:
- om apparatuur met een gelijkstroomcomponent
in de foutstroom (driefasebruggelijkrichter)
te beveiligen.
- voor een pulsvormige, korte ontlading bij
het inschakelen.
- voor een hoge lekstroom.
N moet worden aangesloten vóór L1 voor
eenheden met enkele fase gereduceerde lekstroom
van 200 V (typecode R4).
Hoogspanningstest
Een hoogspanningstest kan worden uitgevoerd door
de klemmen U, V, W, L1, L2 en L3 kort te sluiten en
gedurende 1 seconde een spanning van max. 2160 V
DC tussen de kortsluiting en klem 95 te zetten.
Serie 2800
61