5.4.2. Startspanning, topsnelheid en gemiddelde snelheid.
LokSound decoders kennen intern 256 rijstappen. Deze kunnen aan de eigenschappen van de
locomotief aangepast worden en aan de reële beschikbare rijstappen toegewezen worden (14, 28
of 128).
U kunt het rijgedrag zelf aanpasssen : geef de gewenste startspanning in CV 2 in en de topsnelheid
in CV 5.
De waarde van de minimale en maximale snelheden zijn afhankelijk van elkaar. Indien de maximale
snelheid lager is dan de minimale kan dit tot een onvoorzien rijgedrag leiden. De startspanning
moet altijd kleiner zijn dan de topsnelheid. Anders glijdt de decoder het rijgedrag glad om een
voorbeeldgetrouw rijgedrag te vermogelijken.
5.5. Remtrajecten.
Remtrajecten dienen ertoe locomotieven te laten stoppen onafhankelijk van de door de centrale
gezonden informatie. Deze functie wordt vooral gebruikt om een trein te laten stoppen voor een
rood signaal.
Zodra een LokSound een remcommando herkent, remt hij met de ingestelde remtijd af. Na de
verplichte stop zet de locomotief zijn vaart voort en trekt op met de in CV 3 ingestelde tijd.
Afhankelijk van het digitale systeem, bestaan er verschillende mogelijkheden om de decoder te
beïnvloeden zodat hij afremt.
5.5.1. DC-afremmodus.
Om de DC-afremmodus te aktiveren, moet bit 3 in CV 27 aangezet worden. De LokSound decoder
zal, bij ingeschakelde afremmodus, afremmen wanneer deze van een digitaal gedeelte naar een
gelijkstroom gedeelte overgaat en de polariteit van de spoorspanning NIET met de actuele
rijrichting van de decoder overeenkomt. Dan stopt de locomotief met inachtneming van de
remvertraging.
5.5.2. Märklin®-remtraject.
Märklin® modules 72441/72442 zetten een gelijkspanning (DC) op het spoor in plaats van het
digitale signaal. LokSound decoders kunnen deze spanning herkennen en stoppen de locomotief
voor zover de herkenning gewenst wordt door bit 3 en bit 4 in CV 27 te activeren. (zo : CV27 =
waarde 24).
Het door de module verzonden signaal lijkt op de gelijkspanning van een conventionnele rijregelaar.
Decoders kunnen dit misverstaan en naar een analoog DC bedrijf overschakelen in plaats van af te
remmen.
Indien u de LokSound decoder met DCC signalen wilt besturen en het Märklin® remtraject toch
bewaren, dan moet u de analoge DC modus deactiveren door bit 1 in CV 50 uit te schakelen. De
LokSound zal dan correct stoppen.
5.5.3. Lenz®ABC remmodus.
Een speciale functie van de decoder is de ondersteuning van Lenz® ABC-afremtechniek. Daarvoor
wordt een groep antiparallelle dioden in een spoorhelft gesoldeerd. Door de spanningsval aan de
dioden ontstaat een asymmetrisch DCC-signaal. De decoder kan het spanningsverschil tussen de
linkse en rechtse signaalhelft meten en de decoder laten stoppen.
Om de ABC-techniek te kunnen gebruiken hebt u de geschikte decoder nodig en ook een geschikte
afremmodule. De ABC-techniek kan enkel worden gebruikt met boosters die een exacte
symmetrische uitgang hebben. Alle ESU en Lenz® centrales en boosters garanderen een
symmetrische uitgang. Het gebruik van andere boosters is voor de ABC-techniek niet aanbevolen..
1.