Zowel de hoeveelheid rook als de intensiteit kunt u aan uw wensen aanpassen. Zie hoofdstuk 5.7
voor meer informatie.
4.2.5. PowerPack. Energiebuffer.
De V200 is met een onderhoudsarme energiebuffer 'PowerPack' uitgerust. Deze maakt een
ononderbroken stroomvoorziening mogelijk zelfs op vuile rails. De PowerPack is enkel actief bij
digitaal bedrijf.
Na het inschakelen van de spanningvoorziening moet de PowerPack eerst opgeladen worden, het
kan tot 60 seconden duren. Daarna staat de volle buffercapaciteit ter beschikking. Het systeem
levert energie aan de verlichting, de rijmotor en de geluidsfuncties, niet aan de rookgeneratoren.
De duur van de shuntage kan aangepast worden. Zie hoofdstuk 5.8.
5. Decoderinstellingen aanpassen.
Hoofdstuk 5 behandelt het wijzigen van de belangrijkste instellingen van de LokSound decoder. De
decoder in uw V200 werd speciaal aan het model aangepast en biedt veel eigenschappen die niet
alle hier kunnen vermeld worden. We beperken ons tot de meest voorkomende vragen.
Voor iedere veranderlijke eigenschap is er binnen de decoder één of meerdere geheugenlocaties
waarin getallen of karakters kunnen opgeslagen worden.
Die individuele geheugenlocaties kunnen als systeemkaarten beschouwd worden die in een grote
kaartenbak bewaard zijn. Om individuele kaarten te kunnen terugvinden hebben ze een nummer
of een beschrijving met de eigenschap van de kaart, b.v. 'locadres' of 'topsnelheid'.
Stelt u zich nu voor dat u op die kaarten met een potlood kunt schrijven, het is dus altijd mogelijk
de kaarten uit te wissen en erop opnieuw te schrijven. U kunt niet op alle kaarten schrijven,
sommige informaties zijn definitief opgeslagen, b.v. de identificatie van de fabrikant ESU.
U bepaalt zelf de inhoud van de geheugenlocaties, de inhoud wordt tijdens het bedrijf door de
decoder gelezen en in acht genomen. Door een 'programmering' genaamde procedure kunt u de
geheugenlocaties met de gewenste waarden invullen.
5.1. Configuration Variables (CV's).
De decoder volgt het CV-concept dat in de Verenigde Staten onstond. De benaming CV
(Configuration variable) is afgeleid van het feit dat de hierboven beschreven geheugencellen niet
alleen variabels zijn maar ook door het feit dat ze het gedrag van de decoder bepalen.
5.1.1. NMRA normalisatie.
De Amerikaanse NMRA (National Model Railroad Association) heeft bepaald welke eigenschap van
de decoder aan welke CV bestemd wordt. De DCC-norm stelt de nummers van de CV's vast
waarvan de belangrijkste bindend zijn. Hiermee wordt het beheer van CV's voor de verbruiker
vereenvoudigd daar verschillende decoderfabrikanten deze standardisatie volgen en de
aangeleerde behandeling van CV's overal kan toegepast worden.
Met het DCC CV-concept kunnen getallen van 0 tot 255 in de CV's geschreven worden. Elke CV
bevat precies een getal.
Terwijl de positie (CV-nummer) vooraf bepaald werd, kan het waardenbereik sterk verschillen. Niet
alle CV's dienen de waarde van 0 tot 255 aan te nemen.
In de lijst van CV's (hoofdstuk 10) zijn de toelaatbare waarden voor de LokSound decoder getoond.
5.1.2. Bits en bytes.
De meeste CV's bevatten direkte getallen, CV 1 bevat b.v. het locadres dat tussen 1 en 127