ACHTERUITRIJCAMERA
Werking
Bij het achteruitrijden geeft de camera 1, af-
hankelijk van de varianten, een beeld van de
omgeving achter de auto op het multimedi-
ascherm 2 samen met een vaste tekening.
Dit systeem wordt gebruikt met behulp van
een vaste tekening voor de afstand. Stop de
auto wanneer de rode zone is bereikt.
(1/2)
1
N.B.: zorg ervoor dat de achteruitrijcamera
niet bedekt is (vuil, modder, sneeuw, enz.).
2
verantwoordelijkheid van de bestuurder
vervangen.
De bestuurder moet altijd op zijn hoede
blijven voor plotselinge gebeurtenissen
tijdens het rijden: let dus altijd op of er
zich bij het manoeuvreren geen kleine,
smalle obstakels (zoals een kind, dier,
kinderwagen, fiets, steen, paaltje, enz.)
in uw blinde hoek bevinden.
Deze functie is een (extra)
hulpmiddel. Het kan daarom in
geen geval de waakzaamheid
of de
2.31