5. Onderhoud en reparatie
Instellen van de V-snaarspanning
De instelling van de V-snaarspanning is voor het functioneren van de koppeling
en voor de slijtage van de V-snaar zeer belangrijk. De V-snaarspanning moet bij
alle onderhouds- en reparatiewerkzaamheden gecontroleerd worden en indien
nodig worden bijgesteld (vooral tijdens de inrijperiode na eerste ingebruikname
en na vervanging van de V-snaar).
5
Tussen snaargeleiding (12) en V-snaar (6) moet na de afstelling een ruimte van
ca. 2,5 mm aanwezig zijn. Indien dit niet het geval is, is probleemloos ontkoppelen
niet gegarandeerd en zijn de V-snaren aan verhoogde slijtage onderhevig.
W
Gebruik alleen originele speciale agria-V-snaren!
Werktuigen alleen in gebruik nemen wanneer alle beschermings-
inrichtingen in de juiste positie zijn gebracht!
40
agria multifunctionele motorfrees 100-R
V-snaarspanning controleren
Snaarbeschermingskap (1) demon-
teren, hiertoe eerst bevestigingsmoeren
(2) uitschroeven
Koppelingshendel (C/5) in bedrijfspo-
sitie (gekoppeld) brengen
De afstand van de spanrol (7) tot de
V-snaarschijf (4) moet 8–10 mm bedra-
gen. Indien dit niet het geval is, moet de
aanslagschroef (8) met contramoer (9)
versteld worden.
Controleer of de V-snaar (6) zo strak ge-
spannen is, dat deze van onderen met 2
vingers ca. 15 mm kan worden opgetild.
Indien dit niet het geval is moet de V-snaar-
spanning opnieuw worden afgesteld.
V-snaarspanning afstellen
4 Motorbevestigingsmoeren (11) van
de motorophanging aan de onderzijde
van de motordrager losmaken
Motor zo naar achteren of naar voren
schuiven, tot de vereiste V-snaarspan-
ning bereikt is
Transmissie-V-snaarschijf (4) moet op
één lijn staan met de motor-V-snaarschijf
(5) (met een lineaal controleren) indien
nodig motor-V-snaarschijf verstellen
Motorbevestigingsmoeren (11) weer
vastdraaien
Snaarbeschermingskap (1) monteren
Snaargeleiding