Normen, voorschriften
3
Normen, voorschriften
3.1
Elektrische aansluiting
GEVAAR
Opgelet: Op de aansluitklemmen is ook bij uitgeschakelde werkschakelaar spanning aanwezig.
De CGL edu is uitgerust met een randaardestekker die alleen mag worden aangesloten op een vast
geïnstalleerd stopcontact met randaarde volgens de nationale elektriciteitsvoorschriften (max. zekering
ter plekke 16 A).
Aangezien het toestel een relatief hoog opgenomen vermogen heeft, wordt aanbevolen het toestel op een
aparte zekering aan te sluiten, voor zover dat op de gegeven opstelplaats mogelijk is. Per stroomkring is
slechts één toestel toegestaan.
OPMERKING
Alvorens werkzaamheden aan het toestel aan te vangen, moet dit buiten bedrijf worden genomen.
Hiertoe de CGL edu via de bedrijfsschakelaar uitschakelen en vervolgens de randaardestekker
afkoppelen van het net.
3.2
Gebruik
Reglementair gebruik
De luchtbehandelingskasten CGL edu van WOLF zijn bedoeld voor het verwarmen en filteren van
normale lucht. Maximale luchtaanzuigtemperatuur: +40 °C. De luchtbehandelingskast CGL edu is
ontworpen voor opstelling binnenshuis in vorstvrije ruimtes.
Opstelhoogte: tot maximaal 2000 m boven zeeniveau
Tot het reglementaire gebruik behoort ook het naleven van de meegeleverde bedrijfshandleidingen!
Niet-reglementair gebruik
Het gebruik van de toestellen in vochtige ruimtes (permanent boven 70 % rel. vochtigheid) of ruimtes met
een explosieve atmosfeer is niet toegestaan. Het transport van lucht die veel stof of agressieve media
bevat is niet toegestaan.
Veranderingen aan het toestel door de klant of niet reglementair gebruik is niet toegestaan. Voor schade
die hierdoor ontstaat aanvaardt WOLF. geen aansprakelijkheid.
3.3
Geval van brand
Een direct brandgevaar veroorzaakt door het toestel op zichzelf is er niet.
Door invloed van buitenaf kunnen de in het toestel in geringe hoeveelheden gemonteerde afdichtingen
in brand raken. In het geval van brand dient het toestel door middel van bijv. door de klant te verzorgen
rookmelders spanningsvrij te worden geschakeld. Bij de brandbestrijding moet adembescherming worden
gedragen. Voor de brandbestrijding kunnen de gebruikelijke blusmiddelen, zoals water, blusschuim
of bluspoeder worden ingezet. Omdat brandbare afdichtingen slechts in geringe hoeveelheden zijn
gemonteerd, kunnen in het geval van brand ook slechts geringe hoeveelheden schadelijke stoffen
vrijkomen.
3.4
Waarschuwingen
Het verwijderen of buiten werking stellen van veiligheids- en bewakingsinrichtingen is verboden!
De installatie mag uitsluitend in een technisch perfecte toestand worden gebruikt. Storingen en
beschadigingen die de veiligheid in gevaar brengen moeten onmiddellijk worden verholpen.
6809499_202108
WOLF GmbH | 9