Basisinformatie naaien
Leg de stof zodanig onder de naaivoet, dat de naald 2 mm
(1/16 inch) voor de plaats die gestopt moet worden in de stof
steekt, zet de naaivoet daarna omlaag.
A
Anwijzing
Als de naaivoet omlaaggezet wordt, mag de voorkant van
de naaivoet nergens tegenaan liggen.Anders wordt de plaats
niet in de gewenste grootte gestopt.
•
Trek de bovendraad door het gat in de naaivoet.
Druk op de knoopsgathevel.
•
•
De knoopsgathevel ligt acher de klem op de knoops-
gatvoet.
•
Houd de bovendraad voor naaibegin lichtjes in de lin-
kerhand.
De stopsteken worden vanaf de voorkant van de naaivoet
naar de achterkant genaaid, zie afbeelding.
Als de plek die gestopt moet worden te groot is,
•
–
is het raadzaam verschillende keren over het
gedeelte te naaien (of dwars over de plek te naaien)
om een beter resultaat te krijgen.
50
C
B